2: Onderwerp les 1

Woordraadstrategie
Ik kan oriënterend lezen
Ik kan een tekst oriënterend lezen en het onderwerp vinden
Ik ken de begrippen alinea en tussenkopje 
Wat is oriënterend lezen?
Hoe is een tekst opgedeeld?
Nederlands
blz 15-17 opdr. 1, 2
Hebben we alle doelen behaald?
Geen
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Woordraadstrategie
Ik kan oriënterend lezen
Ik kan een tekst oriënterend lezen en het onderwerp vinden
Ik ken de begrippen alinea en tussenkopje 
Wat is oriënterend lezen?
Hoe is een tekst opgedeeld?
Nederlands
blz 15-17 opdr. 1, 2
Hebben we alle doelen behaald?
Geen

Slide 1 - Diapositive

Vorige les(sen)

Woordraadstrategieën:
synoniem, omschrijving, voorbeeld, tegenstelling

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Woord van de week

1. betekenis
2. zin maken

Slide 4 - Diapositive

Nieuwe theorie

Dit gaat over oriënterend lezen. 

Iemand al eens van gehoord?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Onderwerp zoeken
Stel jezelf de vraag: 
"Waarover gaat deze tekst?"

In ongeveer 5 woorden weergeven waar de tekst over gaat, met behulp van het lezen van de titel, afbeeldingen en opvallende woorden. 

Slide 7 - Diapositive

Vragen?

Slide 8 - Diapositive

Aan het werk
blz 15-17 
maken opdr. 1, 2

Klaar? 
1. Wat voor jezelf doen
2. nabespreken
timer
15:00

Slide 9 - Diapositive

Evaluatie
Hebben we alle doelen behaald?

Wat gaat al goed?
Wat kan nog beter?
Wat begrijp ik nog niet?

Slide 10 - Diapositive

Tijd over?

Voorlezen of iets anders leuks. 

Slide 11 - Diapositive

Naar welke dingen kijk ik NIET als ik het onderwerp wil vinden?
A
De titel
B
De tussenkopjes
C
Het lettertype
D
De plaatjes

Slide 12 - Quiz

Om het onderwerp te vinden, moet je antwoord geven op de volgende vraag
A
Waarover gaat deze tekst?
B
Wie heeft deze tekst geschreven?
C
Wie is de schrijver van de tekst?
D
Vind ik de tekst leuk?

Slide 13 - Quiz