Wat is het percentage saneringskredieten ten opzichte van schuldbemiddelingen in 2023?
A
SK 90%
SB 10%
B
SK 70%
SB 30%
C
SK 50%
SB 50%
D
SK 40%
SB 60%
Slide 6 - Quiz
Marco heeft een participatiewet uitkering, hij heeft geen vrijstelling van de sollicitatieplicht en krijgt begeleiding van de gemeente richting werk. Er is sprake van psychosociale problematiek en begeleid wonen. Het is door zijn problematiek nog maar de vraag of hij makkelijk te begeleiden is naar werk en of hij zijn baan kan houden, want als gevolg van zijn problematiek veroorzaakt Marco snel conflicten. Wat meld je in het kader van de AVG aan de schuldeisers?
A
Schuldbemiddeling zonder toelichting over achterliggende problematiek
B
Schuldbemiddeling met toelichting (sprake van psychosociale problematiek, hij is moeilijk bemiddelbaar naar werk, waardoor de kans bestaat dat dit niet gaat lukken tijdens het schuldregelingstraject)
C
Saneringskrediet zonder toelichting over achterliggende problematiek
D
Saneringskrediet met toelichting (sprake van psychosociale problematiek, hij is moeilijk bemiddelbaar naar werk, waardoor de kans bestaat dat dit niet gaat lukken tijdens het schuldregelingstraject)
Slide 7 - Quiz
Wat was de gemiddelde schuldenlast in 2023?
A
€28.360
B
€40.170
C
€36.201
D
€32.820
Slide 8 - Quiz
Jelly heeft een aanvraag schuldregeling gedaan. Er zijn tenminste 46 schuldeisers met een totaalbedrag van € 24.500,--. Haar inkomen is minimaal. Jelly bestelt makkelijk online kleding en kan moeilijk prioriteiten stellen. Ze is wel gemotiveerd om zelf haar financiën te regelen. Welke producten zet je in?
A
Schuldregeling en
beheer vaste lasten
B
Schuldregeling
C
Schuldregeling
en coaching
D
Schuldregeling, beheer vaste lasten en coaching
Slide 9 - Quiz
Hoeveel mensen zaten er in 2023 in beschermingsbewind (NVVK-leden)
A
23291
B
19360
C
25823
D
21438
Slide 10 - Quiz
Tineke heeft een auto die zij nodig heeft voor woon- werkverkeer. De auto vertegenwoordigt een waarde van € 5000,-. Wat doe je?
A
Niets, de auto is nodig voor woon- werkverkeer en de waarde is gering.
B
De auto vertegenwoordigt een waarde van € 5000,--. Je vraagt Tineke om de auto te verkopen en een andere auto ter waarde van € 2.500,-- weer te kopen.
C
Je vraagt Tineke om de auto te verkopen en zij moet maar kijken hoe ze op haar werk komt.
D
Geen idee.
Slide 11 - Quiz
Hoeveel procent van de aanvragers was man in 2023?
A
61%
B
73%
C
36%
D
50%
Slide 12 - Quiz
Is het nieuwe normenoverzicht al beschikbaar?
A
Ja
B
Nee
C
Bijna
D
Ongeveer
Slide 13 - Quiz
Moet je bij een 0-voorstel ook vermogensonderzoek doen?
A
Ja
B
Nee
C
Misschien
D
Soms
Slide 14 - Quiz
Als er geen afloscapaciteit is en je feitelijk een 0-voorstel moet doen, maar de klant geeft aan wel te willen aflossen, mag dat?
A
Ja, dat mag. Als de klant niet tot de WSNP wordt toegelaten.
B
Nee, liever niet. Omdat de klant anders onder het bestaansminimum komt en dan komt de bestaanszekerheid in het geding.
C
Beide antwoorden (A & B) zijn juist.
D
Alle antwoorden zijn onjuist.
Slide 15 - Quiz
Wat is een 0-voorstel?
A
Saneringskrediet
B
Schuldbemiddeling
C
Schuldregeling zonder uitdeling
D
Niks
Slide 16 - Quiz
Wanneer wordt een schuld als ‘problematisch’ gezien ?
A
Wanneer te voorzien is dat mensen schulden niet kunnen blijven afbetalen of zijn gestopt met afbetalen.
B
Wanneer mensen de schuld niet zelfstandig binnen 36 maanden kunnen oplossen.
C
Wanneer de schulden groter zijn dan € 40.000
D
Wanneer mensen met schulden geen afloscapaciteit hebben.
Slide 17 - Quiz
Je hebt een dossier waarin je voorstellen gaat doen. Je ziet dat het een 0-voorstel wordt, er loopt budgetbeheer, kun je een 0-voorstel doen?
A
Ja, want er is financiële begeleiding in de vorm van budgetbeheer.
B
Nee, want budgetbeheer is geen financiële begeleiding.
C
Geen idee.
D
Dat ligt aan de klantmanager.
Slide 18 - Quiz
Waar kunnen wij gegevens van klanten aandragen ter voorkoming van verdere escalatie van schulden?
A
Bij Schuldenknooppunt
B
Bij SNG
C
Bij VISH
D
Bij Gerjan
Slide 19 - Quiz
Je hebt een dossier waarin je voorstellen gaat doen. Je ziet dat een 0-voorstel zou kunnen, er is alleen nog geen financiële begeleiding. Wat zijn je opties:
A
Je kunt geen voorstel doen. Er moet eerst een gesprek met de klant en/of gemeente plaatsvinden over begeleiding.
B
Je doet een voorstel zonder toelichting over financiële begeleiding.
C
Je doet een voorstel en geeft richting de schuldeisers aan dat er geen financiële begeleiding is, omdat dit niet nodig was ten tijde van de intake.
D
Je vraagt B&K
Slide 20 - Quiz
Marco heeft een participatiewet uitkering. Hij staat onder bewind en zijn bewindvoerder heeft € 2.500,00 op de beheergeldrekening staan. Het VTLB bedraagt €995,00. Wat doe je met het tegoed op de beheergeldrekening?
A
Hij heeft al jaren een participatiewet uitkering en in theorie geen afloscapaciteit gehad. Het gespaarde bedrag op zijn bankrekening, hoger dan het vrijgestelde VTLB, is geen vermogen.
B
Je vraagt de bewindvoerder om € 2.500,00 minus € 995,00 = € 1.505,00 over te maken voor de schuldregeling. Het tegoed is namelijk vermogen.
C
Zowel antwoord a als b is juist en daarom deel je het door 2. De bewindvoerder maakt € 2.500,00 minus € 995,00 = € 1.505,00 delen door 2 = € 752,50 over voor de schuldregeling.
D
Dit leg ik voor aan de teamleider.
Slide 21 - Quiz
Waar kun je meer informatie vinden over de afspraken met gemeenten?
A
In Allegro
B
In PerfectView
C
In Visma
D
In BlueBox
Slide 22 - Quiz
Welke partijen leveren bij Vroegsignalering informatie over betalingsachterstanden van inwoners aan bij de gemeente?
Jochem heeft 4 jaar geleden een bedrijf gehad met een vriend. De vriend heeft Jochem opgelicht en daarom heeft hij besloten uit het bedrijf te stappen. De belastingaangiften zijn niet gedaan. Het lukt Jochem ook niet om deze te doen, omdat de vriend de stukken voor de aangifte niet vrij wil geven. De belastingdienst weigert jou saldo opgave te doen, waardoor je feitelijk geen minnelijke regeling kunt starten. Wat doe je?
A
Je wijst de aanvraag af. Je kunt geen minnelijke regeling starten.
B
Je verwijst Jochem naar SHVO.
C
Je dient een verzoek WSNP in.
D
Je belt de vriend van Jochem.
Slide 24 - Quiz
Hoeveel huishoudens kampen er in Nederland met problematische schulden?
A
510.000
B
730.000
C
950.000
D
1.100.000
Slide 25 - Quiz
Rudy heeft al enkele jaren een participatiewet uitkering. Door begeleiding vanuit de gemeente is het hem gelukt een reguliere baan voor 36 uur te vinden. Het beleid van de gemeente is dat ze hem een bonus vanuit de participatiewet uitkeren van € 500,00. Wat doe je?
A
Niets, ik heb een SK ingezet ivm de participatiewet uitkering. De schulden zijn geregeld, Rudy heeft recht op de bonus.
B
Niets, de bonus is vanuit de participatiewet aan Rudy toegekend en deze komt schuldeisers niet toe. Rudy mag de bonus houden.
C
Ik heb een schuldbemiddeling ingezet en de bonus is een inkomensbestanddeel en moet daarom in de schuldbemiddeling vloeien.
D
Ik heb een schuldbemiddeling ingezet en de bonus is vanuit de participatiewet aan Rudy toegekend en deze komt schuldeisers niet toe. Rudy mag de bonus houden.
Slide 26 - Quiz
De afloscapaciteit is 0, er is wel perspectief op werk. Wat doe je?
A
Ik kies voor een 0-aanbod.
B
Ik kies voor maatwerk (schuldbemiddeling).
C
Ik kies voor een 0-aanbod met financiële begeleiding.
D
Ik kies voor maatwerk (schuldbemiddeling) met financiële begeleiding.
Slide 27 - Quiz
Er is een achterstand bij de ziektekostenverzekering. In de overige vaste lasten zijn geen achterstanden. Je wilt ook een schuldregeling opzetten. Zet je wel/niet een vorm van financiële begeleiding (budgetbeheer) in?
A
Nee, budgetbeheer is niet nodig, omdat er verder geen achterstanden zijn in de vaste lasten.
B
Ik zet budgetbeheer in, omdat er toch een achterstand in de vaste lasten is.
C
Ik zet budgetbeheer in, vanwege de achterstand in de vaste lasten, budgetbeheer is nodig om de schuldeiser te overtuigen akkoord te gaan. Budgetbeheer biedt zekerheid.
D
Ik stem dit af met de klant.
Slide 28 - Quiz
Wat vind jij? Moeten we een 4-ogen principe toepassen op de VTLB berekening?
A
Nee, dat vind ik niet nodig, want ik ben prima in staat een juiste VTLB berekening te maken en het wordt nu nog makkelijker omdat we uitgaan van inkomen – VTLB = afloscapaciteit.
B
Nee, dat werkt vertragend en dat kost tijd.
C
Ja, dat lijkt me een goed idee, want het draagt bij aan de kwaliteitsverbetering.