Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 110 min
Éléments de cette leçon
Montag, den 13. Mai
Slide 1 - Diapositive
Ziel heute
*herhalen voorzetsels en persoonlijke vnw
*Sprachmittel herhalen
* mondeling
*spel
Slide 2 - Diapositive
Ohne (hij/hem)...... geht Kai nicht weg.
Slide 3 - Question ouverte
Wir geben (jullie) ...... ein Eis.
Slide 4 - Question ouverte
Ich habe (zij enk/haar) ........ leider nicht gesehen.
Slide 5 - Question ouverte
Die Blumen sind für (ik/mij) .........
Slide 6 - Question ouverte
Ich habe (jj/jou) ........ gestern angerufen.
Slide 7 - Question ouverte
Ich habe mit (zij mv/hun) ......... gesprochen.
Slide 8 - Question ouverte
Warum hast du Michael zu (ik/mij) ......... geschickt?
Slide 9 - Question ouverte
Für (wie) .......... hast du das gekauft.
Slide 10 - Question ouverte
Am 15. Januar. (schrijf 15. voluit)
Slide 11 - Question ouverte
Am 7. März
Slide 12 - Question ouverte
mondelinge zinnen
we gaan weer verder met een paar vragen te beantwoorden van de mondelinge zinnen.
Slide 13 - Diapositive
spel bingo
schrijf 16 Nederlandse woorden op van blz 48
Ik noem straks de Duitse woorden en als je de Nederlandse betekenis daar hebt staan dan kun je dat vakje arceren met een andere kleur of een kruis doorheen zetten.
Slide 14 - Diapositive
Hausaufgaben 21 Mai
Leer de Sprachmittelzinnen en ga bezig met de woordenlijst.