3AH - werkwoorden op -re

Bienvenue
Assieds-toi
(ga zitten)

Prends tes affaires
(pak je spullen)

Ton iPad est éteint
(je iPad is uit)


1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bienvenue
Assieds-toi
(ga zitten)

Prends tes affaires
(pak je spullen)

Ton iPad est éteint
(je iPad is uit)


Slide 1 - Diapositive

Aujourd'hui
  • Les verbes en -re
  • corriger les devoirs
Jeudi 29 septembre
Leerdoel; Ik kan een werkwoord eindigend op -re in de présent en de passé composé zetten.

Slide 2 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden?!
Werkwoorden die je vervoegt met een regel.
Je leert 1 maar je kent ze allemaal!

Slide 3 - Diapositive

Stappenplan
1. Stam zoeken
2. Kijk goed naar het onderwerp
3. Juiste uitgang achter de stam zetten

Werkwoord: attendre (= wachten)

Slide 4 - Diapositive

Stap 1 (stam zoeken)
Attendre --> stam = -re

Dus: ATTEND

Slide 5 - Diapositive

Stap 2 (onderwerp)
Stap 1: ATTEND

Tu ..... (attendre) le bus.

Slide 6 - Diapositive

Stap 3 (juiste uitgang)
Stap 1: ATTEND
Stap 2: TU 
Stap 3: tu attends

UITGANGEN:
je                    + s                         nous          + ons
tu                    + s                         vous          + ez
il/elle/on      + -                         ils/elles     + ent



Slide 7 - Diapositive

Passé composé
Hoe maak je dan een werkwoord op -re in de passé composé?

Slide 8 - Diapositive

2 stappen
Stap 1: Vorm van avoir                     Stap 2: voltooid deelwoord     
 j'ai                                                     attendu  --> dus: -re + u
tu as                                                   attendu    
il/elle/on a                                         attendu
nous avons                                        attendu
vous avez                                          attendu
ils/elles ont                                        attendu              

Slide 9 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden 
op -re
Je
Tu
Il
Nous
Vous
Ils
s
s
-
ONS
EZ
ENT

Slide 10 - Question de remorquage

werkwoorden op -re in de présent
Tu.............(vendre)
A
vends
B
vende
C
vend
D
vendes

Slide 11 - Quiz

werkwoorden op -re in de présent
Nous ..... (attendre) la maison.
A
attendont
B
attendez
C
attendent
D
attendons

Slide 12 - Quiz

werkwoorden op -RE / present
Paula.............(rendre)

A
rends
B
rende
C
rend
D
rendez

Slide 13 - Quiz

werkwoorden op -re in de présent
Ils .............(perdre)
A
perds
B
perdent
C
perd
D
perdez

Slide 14 - Quiz

Werkwoorden op -re in de passé composé: vous ..... (répondre) trop tard.

Slide 15 - Question ouverte

Werkwoorden op -re in de passé composé: tu ..... (vendre) les pommes?

Slide 16 - Question ouverte

Werkwoorden op -re in de passé composé: Paula ..... (rendre) les livres.

Slide 17 - Question ouverte

Verder oefenen
Page 44
Havo: fais exercices 29, 30ac + 31
vwo: fais exercices 29abc, 30ab + 31

Klaar? Ga naar de volgende dia om te zien wat je dan gaat doen.

Slide 18 - Diapositive

Corriger les devoirs
Je gaat je huiswerk nakijken. Gebruik de volgende dia's.
Let op:
GEEL = HAVO
GROEN = vwo

Slide 19 - Diapositive

HAVO
Exercice 23a
Odre correct: 3 - 1 - 4 - 2 - 5
Exercice 23c
1 représentera
2 zal vertegenwoordigen
Exercice 23d
1 niet
2 niet
Exercice 23e
4 d
13,6 b
24h/24 a
1000 c
Exercice 23f
A
Exercice 23g
De teksten zijn vooral positief geschreven. Dat zie je aan de laatste zin van elke tekst.







Exercice 24
Eigen antwoord.
Exercice 25a
1 un visiteur
2 exister
3 Américain
4 savoir
Exercice 25b
1 or
2 Le prix/le prix
3 cher
4 argent
5 pauvre
Exercice 25c
coin presse




Slide 20 - Diapositive

VWO
Exercice 23a
Réponse type:
Er kwamen hele negatieve reacties op via social media.

Exercice 23b
1 niet
2 wel
3 wel

Exercice 23c
C

Exercice 23d
zich ermee vermaken / zichzelf ermee krabben

Exercice 23e
spieken / afkijken


Exercice 25a
1 mijn geboorte
2 een doos / een kartonnen doos
3 social media / sociale media / social media kanalen / sociale media kanalen
4 een uitdrukking / een blik / een expressie
5 want / omdat
Exercice 25b
période de 100 ans - siècle
satisfait - content
fâché - énervé
contraire de 'derrière - devant
avant - autrefois
quelques - certains
Exercice 25c
1 la tête / le visage
2 le verre
3 le prénom
4 les yeux
5 réfléchir / penser
6 le gouter










Exercice 25a
1 mijn geboorte            5 want / omdat
2 een doos / een kartonnen doos
3 social media / sociale media / social media kanalen / sociale media kanalen
4 een uitdrukking / een blik / een expressie

Exercice 25b
période de 100 ans - siècle
satisfait - content
fâché - énervé
contraire de 'derrière - devant
avant - autrefois
quelques - certains

Exercice 25c
1 la tête / le visage3 le prénom5 réfléchir / penser
2 le verre4 les yeux6 le gouter




Slide 21 - Diapositive

www.verbuga.eu
Werkwoorden:
attendre
entendre
perdre
rendre
vendre

Tijden:
présent + passé composé

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive