Drugs voorlichting

Strakke uitleg
Drugs voorlichting
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
MentorlesMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 3-6

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Strakke uitleg
Drugs voorlichting

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drugs

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn drugs?
Drugs is een verzamelnaam voor middelen die de hersenen beïnvloeden en daardoor effect op lichaam en geest hebben. Dit wordt ook wel de psychoactieve werking genoemd.

Slide 3 - Diapositive

Drugs is een verzamelnaam voor middelen die de hersenen beïnvloeden en daardoor effect op lichaam en geest hebben. Dit wordt ook wel de psychoactieve werking genoemd.
Effecten
Stimuleren

Verdoven

Bewustzijnsveranderend

Slide 4 - Diapositive

Stimulerend
Bij deze middelen krijgt de gebruiker het gevoel meer energie te hebben en alerter te zijn. De ademhaling en hartslag verhogen, de bloeddruk stijgt en de spieren spannen zich aan. Voorbeelden: cocaïne en speed maar ook tabak en koffie. Stimulerende middelen worden soms ook wel ‘uppers’ genoemd.
Verdovend
Hierbij komt de gebruiker in een slaperige roes. Verdovende middelen hebben een kalmerende en ontspannende werking. De gebruiker kan in een slaperige roes komen. De ademhaling en hartslag worden langzamer en spieren ontspannen. Voorbeelden: heroïne en andere opiaten (bijvoorbeeld oxycodon), ghb, maar ook alcohol en slaapmiddelen. Verdovende middelen worden soms ook wel ‘downers’ genoemd.
Bewustzijnsveranderend
De gebruiker van deze middelen gaat de wereld (heel) anders zien en beleven doordat deze middelen het bewustzijn tijdelijk veranderen. Voorbeelden: LSD, hasj en wiet en paddo’s. Bewustzijnsveranderende middelen worden soms ook wel ‘trippers’ of ‘tripmiddelen’ genoemd.
Effecten
Drugs:
Soort, hoeveelheid, manier.
Set:
Kenmerken gebruiker, hoe je je voelt, gezondheid, verwachtingen, vermoeidheid.
Setting (omgeving):
Temperatuur, drukte, mensen, muziek.

Slide 5 - Diapositive

In het algemeen zijn er drie factoren van invloed op het effect van een bepaalde drug:
De drug zelf: het soort drug, hoeveel je er van neemt, de manier van inname.
De set: kenmerken van de gebruiker zelf, zoals hoe je je voelt (blij, gestrest, verdrietig), de gezondheid, verwachtingen, vermoeidheid, etc.
De setting: kenmerken van de omgeving, zoals de temperatuur, vertrouwde of onveilige omgeving, druk of rustig, de mensen die aanwezig zijn, de muziek die opstaat.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Alcohol
Effecten:
- Trager reageren
- Geheugen word slechter
- Smaak, reuk en gezichtsvermogen gaan achteruit
- Je gaat gemakkelijker dingen doen die je anders nooit zou doen

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lachgas

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lachgas
Effecten:
- Duizeligheid
- Kortdurend gevoel van euforie
- Hoofdpijn na gebruik
- Dromerige roes


Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cannabis

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cannabis
Effecten:
- Sloom/traag gevoel
- Vreetkick
- Verhoogd risico psychose
- Rode ogen en droge mond

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Roken
Effecten:
- Schade aan de longen
- Rust bij stress
- Afname eetlust
- Hoesten
- Schade aan stembanden

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

XTC

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

XTC
Effecten:
- Verhoging bloedruk en hartslag
- Moeilijkheden met plassen
- Bij uitwerking zware negatieve gevoelens
- Op tong bijten

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stellingen

Slide 16 - Diapositive

Natuurlijk adviseren we pas drugs gebruik vanaf een leeftijd van 18 jaar. Maar omdat kinderen voor het grootste deel eerder gaan experimenteren dan deze leeftijd gaan wij jullie informeren over de effecten van drugs
Je bent op een feestje. De ouders van je vriend of vriendin zijn niet thuis en er
Worden meerdere flessen sterke alcohol op tafel gezet. Jullie zijn allemaal minderjarig, jij voelt je hier niet prettig bij. Wat doe je?

Slide 17 - Diapositive

Natuurlijk adviseren we pas drugs gebruik vanaf een leeftijd van 18 jaar. Maar omdat kinderen voor het grootste deel eerder gaan experimenteren dan deze leeftijd gaan wij jullie informeren over de effecten van drugs
Je vriend of vriendin voelt zich na een paar hijsjes ineens niet lekker na het roken van wiet. Je wilt zijn of haar ouders niet bellen want je weet dat ze heel erg tegen het roken van wiet zijn, wat doe je?

Slide 18 - Diapositive

Natuurlijk adviseren we pas drugs gebruik vanaf een leeftijd van 18 jaar. Maar omdat kinderen voor het grootste deel eerder gaan experimenteren dan deze leeftijd gaan wij jullie informeren over de effecten van drugs
Het jongere broertje van je vriend of vriendin die 12 is wil graag roken maar kan zelf geen pakje kopen. Hij vraagt aan jou en je vriend of vriendin om dit te kopen, wat doe je?

Slide 19 - Diapositive

Natuurlijk adviseren we pas drugs gebruik vanaf een leeftijd van 18 jaar. Maar omdat kinderen voor het grootste deel eerder gaan experimenteren dan deze leeftijd gaan wij jullie informeren over de effecten van drugs
Wat is verslaving?

Slide 20 - Diapositive

Niet iedereen die regelmatig gokt of alcohol of drugs gebruikt, is direct verslaafd. Je spreekt pas van verslaving als er zich een toestand voordoet waarin je fysiek en/of mentaal afhankelijk bent van een middel of van een gewoonte. Je verliest als gebruiker de controle over het gebruik en dat gaat ten koste van je normale dagelijkse activiteiten.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

gevoel van waardeloosheid
inactief zijn door effect van alcohol en drugs
inactief zijn door veel tijd kwijt te zijn aan het gebruiken van alcohol of drugs
somber zijn
schuldgevoel hebben
moeilijker concentreren
onrustig zijn
huishouden en sociale contacten verwaarlozen
Verslaving
Fases:
1. Experimenteren
2. Sociaal/Recreatief gebruik
3. Overmatig of Problematisch gebruik
4. Afhankelijkheid en verslaving
5. Chronische verslaving

Slide 23 - Diapositive

Experimenteren.

Sociaal/ Recreatief (de momenten waar het voor bedoeld zijn om bijvoorbeeld te drinken (feestjes etc.)

Overmatig (meer over je grenzen heen, ongewone momenten, voor ontspanning en gezelligheid)

Afhankelijk (Slecht voelen bij het niet gebruiken, omgeving begint er onder te lijden)

Chronische verslaving (Het enige dat telt, lichamelijke en geestelijke klachten te dempen met nog een nieuwe dosis)

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hulp bij verslaving
- Novadic
- Solutions
- NA Meetings (drugs) 
- AA Meetings (alcohol)
- Yes we can


https://www.youtube.com/watch?v=yOL1XL4M

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

SPACE BRILLEN

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zijn er nog vragen?
Zijn er nog vragen?

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions