Veel kinderen moesten werken in fabrieken. Zo zorgden ze voor extra inkomsten, want de meeste arbeidersgezinnen waren erg arm. Ze konden maar net rondkomen.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2
Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Veel kinderen moesten werken in fabrieken. Zo zorgden ze voor extra inkomsten, want de meeste arbeidersgezinnen waren erg arm. Ze konden maar net rondkomen.
Slide 1 - Diapositive
Naast fabriekswerk werd er ook nog steeds veel thuiswerk gedaan. Zoals hier, waar een gezin eten aan het sorteren is. Ook in de landbouw werkten veel kinderen mee met hun ouders.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
4.5 De komst van het socialisme
Wie namen het op voor de lagere klassen?
Slide 4 - Diapositive
Industriële revolutie in Nederland
tweede helft 19de eeuw (1850-1900)
mannen, vrouwen en kinderen in fabrieken
lage lonen, slechte omstandigheden
Slide 5 - Diapositive
SOCIALE KWESTIE
Het probleem van armoede en de slechte woon- en werkomstandigheden van de arbeiders als gevolg van de industriële revolutie.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
1848: stemrecht voor mannen uit de gegoede burgerij
Waarom stemden deze mannen meestal op de liberalen?
Eerste sociale wet: die moest een einde maken aan kinderarbeid. Kinderen onder de 12 mochten niet meer in fabrieken werken.
Er werd weinig gecontroleerd op kinderarbeid in fabrieken na de wet van 1874. Ook al zou dat wel gebeurd zijn, hoezo was er dan nog steeds geen einde aan kinderarbeid door deze wet?
1901
In 1901 werd kinderarbeid echt moeilijker: door de invoering van de leerplicht. Alle kinderen van 6 tot 12 moesten vanaf toen naar school. Dat werd ook gecontroleerd.