Middelengebruik / misbruik

Wat is het effect van het overmatig gebruik van cocaïne?
A
Zelfingenomen gedrag
B
Opgefokt gedrag
C
Beschadiging van het neustussenschot
D
Alle bovenstaande antwoorden zijn juist
1 / 36
suivant
Slide 1: Quiz
WelzijnMBOStudiejaar 2,3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Wat is het effect van het overmatig gebruik van cocaïne?
A
Zelfingenomen gedrag
B
Opgefokt gedrag
C
Beschadiging van het neustussenschot
D
Alle bovenstaande antwoorden zijn juist

Slide 1 - Quiz

Middelengebruik 

LOB en Burgerschap



                                                                                                              
                                                                                                           Periode 2

Slide 2 - Diapositive

Lesinhoud en lesdoelen:
In deze les gaan we kijken naar middelengebruik. Je gaat kijken naar wat het is, wat het met je doet en hoe je er zelf eigenlijk over denkt.


- aan het eind van deze les heb jij kennis en inzicht over wat middelengebruik betekent;
- kun jij een eigen mening formuleren omtrent middelengebruik.
- Weet je wat zero tolerance inhoud en waarom dit er is.

Slide 3 - Diapositive

Welke genotsmiddelen ken je?

Slide 4 - Question ouverte

Verschillende middelen
Stimulerende middelen (uppers)
De gebruiker krijgt meer energie en is alerter. Je staat aan en krijgt meer zelfvertrouwen : cocaïne, amfetamine(speed), MDMA, koffie
Verdovend (downers)
De gebruiker komt in een slaperige roes. Het werkt kalmerend en ontspannen : heroine en andere opiaten (medicatie), alcohol, GHB, wiet, benzodiazepines en slaapmiddelen.
Bewustzijnsveranderend (trippers) 
De gebruiker gaat de wereld heel ander zien en beleven : LSD,  paddo’s en tripmiddelen.
Designer drugs
4FMP, 3MMC, Miauw-Miauw, Flakka 

Slide 5 - Diapositive

Gezamenlijk lezen theorie
in de firda campus.

Daarna opdracht over de streep.
Wees respectvol en luister na elkaar!

Slide 6 - Diapositive

Wat weet jij over het zero tolerace beleid binnen defensie?

Slide 7 - Question ouverte

Maak nu eens gebruik van internet en zoek een artikel of voorbeeld over het zero tolerance- beleid m.b.t. defensie. Lees het artikel en vat kort samen. 

Beantwoord daarna de volgende vragen: 

1. Wat vind je van het artikel, ben je het hier mee eens?
2. Waarom denk je dat defensie zo hard optreed tegen middelen gebruik?
3. Begrijp je waarom defensie personeel met on eervol ontslag wegstuurd?

Slide 8 - Diapositive

Kennis testen:
We hebben samen in kaart gebracht welke soorten genotsmiddelen er allemaal zijn. Maar weten jullie ook wat de verschillende middelen met je doen? 
Zoek de plaatjes en tekst bij elkaar.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Ken je de gevaren van 
middelen misbruik?


Slide 11 - Diapositive

Filmpje over alcoholmisbruik kijken?


Hoe kan het dat we alcoholgebruik minder erg vinden denk je?

Beantwoord daarna de vragen  +/- 15 minuten.

Slide 12 - Diapositive

Wanneer heb je een verslaving?
Ja = staan / nee = zitten 

1. Ik drink ieder weekend, na een week hard werken vind ik dat ik dit wel heb verdiend.


2. Ik blow iedere avondje een joint, anders kan ik niet slapen.

3. Ik maak ontzettend lange werkdagen, dankzij de cocaïne lukt het me om mezelf beter te concentreren en krijg ik meer werk verzet.

4. Met een shotje GHB om de aantal uur kan ik nog prima functioneren en niemand ziet dat ik onder invloed ben.

5. Ik drink iedere dag een wijntje tijdens het koken

6. Wanneer ik op een festival ben, een aantal keer per jaar, gebruik ik XTC



Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Aan welke soort vitamine hebben problematische drinkers vaak een tekort?
A
Vitamine A
B
Vitamine B1
C
Vitamine C
D
Vitamine D1

Slide 15 - Quiz

Welke stof komt in de hersenen vooral vrij onder invloed van cocaïne?
A
Serotonine
B
Dopamine
C
Adrenaline
D
Alle bovenstaande stoffen

Slide 16 - Quiz

Vrouwen zijn gevoeliger voor alcohol omdat ze:
A
Minder alcohol drinken
B
Meer alcohol afbreken in de maag
C
In verhouding minder lichaamsvocht hebben
D
Dat zijn ze niet

Slide 17 - Quiz

Hoeveel tijd na inname begint een XTC-pil gemiddeld te werken?
A
Direct na inname
B
Na 20-60 minuten
C
Na 60-100 minuten

Slide 18 - Quiz

Energiedrank bevat altijd:
A
Cafeïne
B
Glucose
C
Glucuronolacton
D
alle het bovenstaande

Slide 19 - Quiz

Het roken van hasj en wiet zorgt voor blijvende schade aan je geheugen.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

Wat is hasj precies?
A
Samengeperst hars van de cannabisplant
B
Samengeperste bloemtoppen van cannabisplant
C
Samengeperste steel en wortels van de cannabisplant

Slide 21 - Quiz

Cocaïne is voornamelijk geestelijk verslavend en zelden lichamelijk (geen ontwenning bij afkicken)
A
Waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Wat is de belangrijkste reden geweest voor de Nederlandse overheid om het gedoogbeleid in te voeren?
A
Om geld te kunnen verdienen in de vorm van belastingen
B
Om de markt van softdrugs te scheiden van die van harddrugs
C
De overheid vindt dat mensen zelf wel kunnen bepalen wat goed voor hen is

Slide 23 - Quiz

XTC is slecht voor je tanden omdat:
A
MDMA je tandglazuur aantast
B
Je vaak gaat tandenknarsen
C
Je minder speeksel aanmaakt
D
Een combinatie van bovenstaande factoren

Slide 24 - Quiz

Waarom voel je steeds minder van XTC als je het vaker gebruikt?
A
Je leert het effect kennen en dan is het niet bijzonder meer
B
XTC voel je niet minder naarmate je het vaker gebruikt
C
Omdat je vaak nog moe bent van de vorige keer
D
Omdat je serotonine systeem uitgeput raakt

Slide 25 - Quiz

Hasj en wiet zijn softdrugs. Dit is zo omdat het gebruik ervan vrijwel geen schadelijke effecten kan hebben voor de gezondheid.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quiz

Hoeveel glazen wijn per dag kan gezond zijn?
A
Alcohol is nooit goed voor de gezondheid
B
1 glas voor vrouwen, 2 glazen voor mannen
C
2 glazen voor vrouwen, 3 voor mannen
D
1 tot 1,5 glas voor zowel mannen als vrouwen

Slide 27 - Quiz

Het belangrijkste acute risico als je XTC gebruikt is:
A
Hallucineren
B
Tandenknarsen
C
Oververhitting
D
Ernstige psychische problemen

Slide 28 - Quiz

Met hoeveel procent wordt de kans om alcoholverslaafd te raken vergroot als een van je ouders dat ook is?
A
Alcoholverslaving is niet erfelijk dus 0%
B
Met 10%
C
Met 30-40%
D
Met 70-80%

Slide 29 - Quiz

In de jaren ’70 werd XTC gebruikt bij behandeling van depressieve en neurotische patiënten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quiz

Hoeveel procent van de ervaren gebruikers is weleens 'out' gegaan door het gebruik van GHB?
A
10%
B
33%
C
50%
D
66%

Slide 31 - Quiz

Hoelang duren de effecten van GHB?
A
1 uur
B
2-3 uur
C
6-8 uur
D
10-12 uur

Slide 32 - Quiz

Hoeveel procent van de bevolking heeft weleens speed gebruikt?
A
minder dan 1%
B
4%
C
10%
D
21%

Slide 33 - Quiz

De werkzame stof in een XTC-pil is?
A
MDMA
B
Cafeïne
C
Speed

Slide 34 - Quiz

Wat vonden jullie van de les?
En wat blijft je bij?

Slide 35 - Carte mentale

Slide 36 - Vidéo