13.2 De bloedsomloop en bloedvaten

H13 Transport en afweer
13.2 De bloedsomloop en bloedvaten
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

H13 Transport en afweer
13.2 De bloedsomloop en bloedvaten

Slide 1 - Diapositive

Door welk eiwit kunnen rode bloedcellen zuurstof vervoeren?
A
Trombine
B
Fibrine
C
Fibrinogeen
D
Hemoglobine

Slide 2 - Quiz

Welk bloedcel is belangrijk voor je bloedstolling?
A
Rode bloedcel
B
Witte bloedcel
C
Hemoglobine
D
Bloedplaatjes

Slide 3 - Quiz

Aan het einde van de les...
Kun je drie typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies;
Kun je in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen;
- Weet je waar de poortader mee verbonden is en de functie er van.

Slide 4 - Diapositive

Soorten bloedvaten
Slagaders: Van hart naar organen, dikke wand.
Aders: Van organen terug naar het hart, dunne wand met kleppen.
Haarvaten: Bij de organen voor de stofwisseling, hele dunne wand waar stoffen doorheen kunnen.

Slide 5 - Diapositive

Soorten bloedvaten
Aders: Dunne wand met kleppen
Slagaders: Dikke wand zonder kleppen

Slide 6 - Diapositive

Op een preparaat

Slide 7 - Diapositive

Poortader
Via het verteringsstelsel gaat
het bloed altijd eerst naar de 
lever! 

> de lever breekt schadelijke
stoffen af.

Slide 8 - Diapositive

Zelfstandig werken
- Werk aan de opdrachten van 3.2
- De eerste 10 minuten werk je in stilte. Sla opdrachten die je niet snapt over tot na de 10 minuten.

- Klaar? Begin alvast aan 3.4 (of 3.3 als je die nog niet af hebt)

Succes! 
timer
10:00

Slide 9 - Diapositive

Huiswerk: Opdrachten van 3.2 + 3.3

Slide 10 - Diapositive

Waarom zitten er geen kleppen in de slagaders?

Slide 11 - Question ouverte

De kleine bloedsomloop gaat naar de
A
Rest van het lichaam
B
De longen

Slide 12 - Quiz