Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Week 35, korte startles, 3M
Herzlich willkommen!
Mittwoch, 28. August 2024
1 / 45
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
Cette leçon contient
45 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Herzlich willkommen!
Mittwoch, 28. August 2024
Slide 1 - Diapositive
Was machen wir heute?
- Klasseregeln
- Deutschlandquiz
- Buch und Methode
Slide 2 - Diapositive
Klasseregeln
-Respekt! (sehr wichtig)
-Nicht essen
-Immer Buch und Laptop mitnehmen
-Keine Jacke, Kappe, Kopfhörer usw.....
Slide 3 - Diapositive
Das Deutsch Quiz 2024
Slide 4 - Diapositive
Duits is de meest gesproken moedertaal in Europa.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quiz
Wat is de grootste stad van Duitsland?
A
Hamburg
B
Frankfurt
C
Berlijn
Slide 6 - Quiz
Welke kleuren heeft de Duitse vlag?
A
schwarz - gelb - rot
B
schwarz - rot- gelb
C
schwarz - gelb - grau
D
schwarz - rot - gold
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Duitsland is niet in provincies, maar in Bundesländer verdeeld. Hoeveel Bundesländer heeft Duitsland?
A
9
B
13
C
12
D
16
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Hoeveel buurlanden heeft Duitsland?
A
5
B
7
C
9
D
12
Slide 11 - Quiz
Hoe heet de snelweg in het Duits?
A
Fahrbahn
B
Autobahn
C
Schnellweg
D
Fahrweg
Slide 12 - Quiz
Wat is een Stau?
A
wegwerkzaamheden
B
afrit
C
file
D
parkeerplaats
Slide 13 - Quiz
Hoeveel inwoners heeft Duitsland?
A
83 Millionen
B
802 Tausend
C
75 Millionen
D
67 Millionen
Slide 14 - Quiz
Welk Bundesland heeft de meeste inwoners?
A
Nordrhein-Westfalen
B
Bayern
C
Hessen
D
Niedersachsen
Slide 15 - Quiz
Hoe heet de hoogste berg van Duitsland?
A
Zugspitze
B
Feldberg
C
Matterhorn
D
Hohe Acht
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Diapositive
Wat zie je hier?
A
der Fernsehturm
B
der Berliner Dom
C
der Bundestag
D
das Brandenburger Tor
Slide 18 - Quiz
Wat is het grootste pretpark van Duitsland?
A
Wunderland Kalkar
B
Movie Park Germany
C
Fort Fun
D
Europapark
Slide 19 - Quiz
der Kuchen =
A
de cake
B
het gebak
C
het koekje
D
de taart
Slide 20 - Quiz
Kartoffelsalat
Flammkuchen
Maultaschen
Lebkuchen
Kaiserschmarrn
Bratwurst
Slide 21 - Question de remorquage
Wat krijg je als je in Duitsland een "Frikadelle" bestelt? Een ...
A
braadworst met saus
B
soort gehaktbal
C
broodje kroket
D
frikandel met mayo, curry en uitjes
Slide 22 - Quiz
Hoe heet deze taart?
A
Schwarzwälder-Kirsch
B
Bienenstich
C
Sachertorte
D
Süßer Kirschenmichel
Slide 23 - Quiz
Apfelstrudel
Schweineohr
Currywurst
Brezel
Slide 24 - Question de remorquage
Hier staan vier automerken. Welk automerk komt niet uit Duitsland?
A
BMW
B
Toyota
C
Mercedes
D
Volkswagen
Slide 25 - Quiz
Welke drie merken zijn Duits?
A
Ikea, Facebook en Chanel
B
Dr. Oetker, Adidas en Porsche
C
Apple, Porsche und Nike
Slide 26 - Quiz
Hoe noemen de Duitser dit figuurtje?
A
Gartenzwerg
B
Gartenmann
C
Gartenkerlchen
D
Zaunkabalter.
Slide 27 - Quiz
Een Duitse jongere spreekt zijn eigen oma aan met …
A
du (jij)
B
Sie (u)
Slide 28 - Quiz
"bellen" betekent in het Duits ...........
A
blaffen
B
roepen
C
schreeuwen
D
huilen
Slide 29 - Quiz
De meest voorkomende Duitse achternaam is .................
A
Jansen
B
Meier
C
Schmidt
D
Müller
Slide 30 - Quiz
Duitsers betalen ook sinds 2002 met euro 's. Wat was daarvoor de munteenheid in Duitsland?
A
Das deutsche Pfund
B
Die deutsche Krone
C
Die deutsche Mark
D
Der deutsche Franken
Slide 31 - Quiz
In het Duits zet je soms een Umlaut op:
A
de a, o, i, u
B
de i, u, e
C
de a, o, u
D
de a, i, u, o, e
Slide 32 - Quiz
juist of onjuist?
de vertaling van "es"= het
de vertaling van "ihr"= jullie
A
juist
B
onjuist
Slide 33 - Quiz
Wat is het hoogste cijfer dat men in Duitsland kan halen?
A
10
B
6
C
8
D
1
Slide 34 - Quiz
Hoe noem je de basisschool in het Duits?
A
Hauptschule
B
Grundschule
C
Kindergarten
D
KITA
Slide 35 - Quiz
.... heißt du?
..... Telefonnummer hast du?
.... bleibst du nicht?
....ist er gekommen?
..... wohnst du?
Wo
Warum
Welche
Wie
Wann
Slide 36 - Question de remorquage
Welk lidwoord is juist?
A
der Mutter
B
das Mutter
C
die Mutter
D
ein Mutter
Slide 37 - Quiz
Waar heeft Arjan Robben gespeeld?
A
FC Kaiserlautern
B
HSV Hamburg
C
Schalke 04
D
Bayern München
Slide 38 - Quiz
A
Anke Merzel
B
Angelika Merz
C
Angela Merkel
D
Anke Engelke
Slide 39 - Quiz
Welke modedesigner is Duits?
A
Giorgio Armani
B
Louis Vuitton
C
Hugo Boss
D
Karl Lagerfeld
Slide 40 - Quiz
Wat is een Duitse uitvinding?
A
tandpasta
B
onderzeeboot
C
flitspaal
D
bluetooth
Slide 41 - Quiz
Wat is een Duitse uitvinding?
A
asperientje
B
vierwielaandrijving
C
microscoop
D
brandweerslang
Slide 42 - Quiz
Brückenschlag
Kann nur online gemacht werden
Machen:
Brückenschlag 1, Wortschatz, Aufgabe 1 und 2
Grammatik, Aufgabe 3.1 (3.2 nicht)
Brückenschlag 2, Wortschatz, Aufgabe 1 und 2
Grammatik, Aufgabe 3
Slide 43 - Diapositive
Hausaufgaben
Machen:
Brückenschlag 1, Wortschatz, Aufgabe 1 und 2
Grammatik, Aufgabe 3.1 (3.2 nicht)
Brückenschlag 2, Wortschatz, Aufgabe 1 und 2
Grammatik, Aufgabe 3
Buch und Laptop mitnehmen!
Slide 44 - Diapositive
Slide 45 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
4ma 3 okt
Septembre 2022
- Leçon avec
12 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Week 37, 3m, lang
Septembre 2021
- Leçon avec
23 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
Mavo 3 les 2
Août 2022
- Leçon avec
32 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
4. Stunde Kap. 2 vwo
Novembre 2022
- Leçon avec
12 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Woche 11
Novembre 2023
- Leçon avec
11 diapositives
Duits
Secondary Education
Intro Deutsch
Août 2022
- Leçon avec
50 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Week 41, les 2, 4m K2 AB
Septembre 2021
- Leçon avec
22 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
2 TH Kapitel 3,4,5
Janvier 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2