2.2 Optellen en aftrekken met negatieve getallen

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 2: Rekenen met negatieve getallen

      Pak je: boek, schrift, potlood en een pen

Planning

- Herhaling: 2.1 Positieve en negatieve getallen

   

- 2.2: Optellen en aftrekken met negatieve getallen

- Maken opdrachten 19 t/m 35 paragraaf 2.2

Vragen

1. Wanneer spreken we van een negatief getal?

2. Schrijf een voorbeeld op wanneer jij met negatieve getallen te maken hebt?

Welk teken moet er op de stippellijn komen

<, > of =

Het getal 4 is groter dan 1 je schrijft: 4 ..... 1

Het getal -6 is kleiner dan -3 je schrijft dan: -6 ..... -3

Herhaling

Noem twee tegengestelde getallen

Leerdoelen

Aan het eind van de les weet je...

- Hoe je kan optellen en aftrekken met negatieve getallen

- Kan je met temperaturen rekenen

De krokodil wil de prooi die het grootst is.

Temperatuurverschil (blz. 205 boek)

Temperatuurverschil (blz. 205 boek)

Opdr. 15

Wat is het verschil in temperatuur tussen thermometer 2 en 4?

Opdr. 17a

Wat is het verschil in temperatuur tussen thermometer 3 en 4?

Wat is het temperatuur verschil tussen Rome en Sofia?

Aan de slag

           Speel  samen met je buurman/buurvrouw het spel op BLZ. 102

                     Zoek op je laptop een digitale dobbelsteen en zorg voor 2 pionnen 

Ben je klaar? Dan maak je: Paragraaf 2.2 BLZ. 86

Opdracht 19 t/m 25 en 31 t/m 34

Ben je klaar? Dan mag je verder werken

Optellen en aftrekken

Optellen en aftrekken

Optellen en aftrekken

Aan de slag

Paragraaf 2.2 blz 89

Opdracht 29 t/m 35

Ben je klaar? Dan mag je verder werken

Optellen en aftrekken