Personal pronouns + to be

English today
  • Personal pronouns
  • to be
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

English today
  • Personal pronouns
  • to be

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat zijn persoonlijke voornaamwoorden?

Slide 3 - Carte mentale

PERSONAL PRONOUNS

Persoonlijke voornaamwoorden zeggen iets over de persoon die iets doet.

She is very sweet.
They are always late.
Why do you like him?

Slide 4 - Diapositive

LET OP! HET ENGELSE WOORD 'I' SCHRIJF JE ALTIJD MET EEN HOOFDLETTER, OOK AL STAAT HET MIDDEN IN DE ZIN!
Dit zijn persoonlijke voornaam-
woorden die gaan over het ONDERWERP. Ze staan aan het begin van de zin.

Slide 5 - Diapositive

Dit zijn persoonlijke voornaam-
woorden die gaan over het VOORWERP. Ze staan aan het einde van de zin.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Vul aan:
___ (ik) am 12 years old.
A
You
B
He
C
They
D
I

Slide 8 - Quiz

Vul aan:
My friends are always nice to ___ (hen).
A
you
B
us
C
them
D
me

Slide 9 - Quiz

Vul aan:
___ (zij) is late for school.
A
They
B
She
C
He
D
It

Slide 10 - Quiz

Vul aan:
___ (hij) is taller than ___ (mij).
A
he / me
B
we / I
C
she / him
D
you / us

Slide 11 - Quiz

Are ___ (we) going to play soccer with ___ (haar)?
A
you / him
B
we / her
C
I / it
D
they / us

Slide 12 - Quiz

New Interface p.16
Ex. 8 + 9

10 minuten


Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Wat betekent het werkwoord 'to be'?
'To be' is het werkwoord 'zijn'.

I                 am
He             is
She           is
It                is
You           are
We            are
You           are
They         are

Slide 15 - Diapositive

Vormen van 'to be'



In de tegenwoordige tijd heb je drie vormen van 'to be', namelijk:
am, are & is

Voorbeelden:
I am the best.                                   He is the best.                   You are the best.

Slide 16 - Diapositive

Wanneer gebruik je 'to be'?
Het werkwoord 'to be' gebruiken we bij:
Persoonlijke voornaamwoorden

Voorbeelden:
We are family.                      She is my sister.                 It is broken.

Zelfstandige naamwoorden

Voorbeelden:
John is my best friend.                The cat is tired.                   The car is very fast.

Slide 17 - Diapositive

I
You
He
She
It
We
You 
They
Het werkwoord 'to be' 
Am
Is
Are
Are
Are
Are
Is
Is

Slide 18 - Question de remorquage

Mans and Seppe ... watching TV
A
am
B
are
C
is

Slide 19 - Quiz

The car ... really fast
A
am
B
are
C
is

Slide 20 - Quiz

Maarten and Willem ... eating cookies
A
am
B
are
C
is

Slide 21 - Quiz

Dunya ... very happy.
A
am
B
are
C
is

Slide 22 - Quiz

Practice time
New Interface
p. 17
Ex. 10+11

Slide 23 - Diapositive

Ik begrijp de 'personal pronouns' en 'to be'.
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Sondage