1.1 Organismen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

achter 

sterre	margriet		remco	eline		xante	damaris
diana	margreet		lotte	sanne		amber	jente
maaike	esther		janne b	nibal		sabine	marije h
sandra	noa		fenna	hadja		danique	marije f

klas 3 kader

• 6 toetsen (3xVG en 3xSE)
• per toets een studiewijzer in Magister
• toets 1 op 26 september 2024

Periode 1:

- Organen en cellen (VG)

- Voortplanting (SE)

NB: Je moet een schrift bij je hebben

AFSPRAKEN:

Het is een volle klas en we hebben per toets maar weinig tijd. Daarom.....

• zit je op de afgesproken plaats
• heb je altijd je huiswerk af
• heb je je spullen bij je
• gaat je telefoon in de telefoontas
• eet of drink je niet in het lokaal 
• praat je niet door de uitleg en
• ga je voor of na de les naar het toilet.

Planning deze week

Vandaag:

Uitleg en maken basisstof 1 en 2

Volgende keer:

Uitleg en maken basisstof 3 en 4

Thema 1.1  Organismen

Wat is een ander woord voor organisme?

1. Levend wezen
2. Klaarkomen
3. Hart

Wat is GEEN organisme?

1. Een eikenboom
2. Een mens
3. Een robot
4. Een karper

1.1 Lesdoelen

1. Je kunt de 9 levenskenmerken van organismen noemen

2. Je kunt de levensfasen van de mens noemen met de gemiddelde leeftijden en voorbeelden van ontwikkeling geven

Organismen

Biologen noemen alle levende wezens organismen.

Alle bacteriën, planten, dieren en schimmels zijn organismen

Alle organismen hebben levenskenmerken.

Als iets leeft, is het een organisme. 

Geen levenskenmerken = LEVENLOOS

Levenskenmerken

• voortplanten
• groeien
• ontwikkelen
• reageren op prikkels
• bewegen
• voeden
• stofwisseling
• ademhalen
• uitscheiden

De 9 levenskenmerken op een rij

(stofwisseling)

Welke kenmerken heeft een organisme?

Levenskenmerken

Levenskenmerken:

• Groei
• Ontwikkeling
• Waarnemen
• Reageren op prikkels
• Bewegen
• Voeden 
• Ademen
• Uitscheiden
• Voortplanting

Stofwisseling

Stofwisseling: in je lichaam worden stoffen omgezet naar andere stoffen

Voedingsstoffen bv. worden verbrand in je lichaam en hierbij komt energie vrij waardoor je warm blijft en kunt bewegen

Voeding, ademhalen en uitscheiding horen bij levenskenmerk stofwisseling

Levend, dood en levenloos

Levend: Het heeft de 9 levenskenmerken

Dood: Het heeft ooit geleefd en had de 9 levenskenmerken.

Levenloos: Heeft nooit geleefd, vb. steen, water, lucht.

Levenloze dingen zijn erg belangrijk voor organismen

Levensfasen

• baby
• peuter
• kleuter
•  schoolkind
• puber
• adolescent
• volwassene
• oudere

leer: de namen

         de gemiddelde leeftijd

         de kenmerken

Maak opdracht 1-8 (blz 12-14)

klaar?

Maak in je online boek:

test jezelf 1.1 

verder met 1.2

https://www.lessonup.com/app/lesson/djL9rqZXykR2gbTWi/Y5TWAy67qtz42rBmi

Opdracht 2 introductie