Cette leçon contient 53 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 25 vidéos.
Éléments de cette leçon
jazz
Slide 1 - Diapositive
Ontstaan
Jazz ontstond in New Orleans in de jaren 20/30. Het waren vooral de Afro-Amerikanen die jazz maakten. Jazz ontstond uit een combinatie van meerdere muziekstijlen die al bestonden; de ragtime uit de cafés, blues en gospels uit de kerk .
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Blues
Blues wordt met name gemaakt/gezongen door de Afro-Amerikanen. Het komt voort uit de liederen die de slaven zongen op de plantages. De slaven bezongen hun extreem slechte omstandigheden om door de dag heen te komen.
In de 20e eeuw is er geen slavernij meer, maar hun leven is nog steeds ellendig en dat bezingen ze. Hierna volgt een fragment.
Slide 4 - Diapositive
Blues kenmerken 1/2
Inhoud: neerslachtige karakter → afspiegeling van toenmalige zorgelijke situatie van dagelijks leven → na afschaffing van slavernij is hij vrij, maar heeft geen rechten
Slepend tempo → langzame swing-beweging (subtiel uit de maat, spannende timing) met uitroepen (‘call and response’)
Slide 5 - Diapositive
Blues kenmerken 2/2
Uitvoering:
‘Blue notes’ → noten die in combinatie met de begeleidingsakkoorden een spanning oproepen
‘Dirty intonation’ → rauw, schrapend stemgeluid
‘Glissando’ → glijdende uithalen
Waarom worden deze wijzen van uitvoeren gehanteerd?
Slide 6 - Diapositive
Call and Response
Slide 7 - Diapositive
0
Slide 8 - Vidéo
St. Louis Blues
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
01:00
BENOEM 3 MUZIKALE KENMERKEN VAN BLUES IN DIT FRAGMENT
Slide 11 - Question ouverte
Ragtime
Ragtime is een muziekvorm waar in de Afro-Amerikaanse muziek en de Europese klassiek samenkomen. Ragtime is oorspronkelijk gemaakt voor piano. De kern van het genre is “Hit the note twice”. De baspartij (op piano dus) wordt heel strak gespeeld, terwijl de hoofdmelodie daar juist ritmisch tegenin gaat. In elk geval klinkt het een beetje alsof er niet in de maat gespeeld wordt. Een voorbeeld maakt het duidelijker!
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
0
Slide 14 - Vidéo
Ragtime: kenmerken
De eerste vorm van vermenging → eerste genoteerde zwarte muziek
Marsachtige pianomuziek met een swingende melodie
Vaak gespeeld in “honky tonks”
Kenmerken:
Strakke baspartij, melodie gaat hier tegenin
‘Ragged time’ → gescheurde maat (klinkt als: melodie loopt voor begeleiding uit of er juist achteraan)
Improvisatie
Slide 15 - Diapositive
Jazz
Muzikanten mixen al de invloeden tot de jazz, een nieuw soort dansmuziek. Het allerbelangrijkste voor de jazz is de improvisatie. Veel gebruikte instrumenten zijn blazers, slagwerk en zang. Later komen daar gitaren en een piano bij.
Slide 16 - Diapositive
JAZZ STIJLEN - OUDE STIJL - 1910 - 1940
NEW ORLEANS JAZZ
CHICAGO JAZZ
SWING
Slide 17 - Diapositive
NEW ORLEANS JAZZ (7.3)
- 1910 - 1920
- collectieve improvisaties: door elkaar heen improviseren
- klinkt wat chaotisch , vrij, melodieën klinken door elkaar
- instrumenten: klarinet, trompet, trombone, ritmesectie: drums, banjo, en akoestische bas
- swing + syncopische ritmes
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Vidéo
CHIGAGOJAZZ (7.4)
- 1920 - Verschuiving naar stad: Chigago
- opnamestudio + platenindustrie
- is meer gestructureerd, muzikanten improviseren na elkaar
-scat vocals: improviseren met de stem met klanken zonder betekenis.
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Vidéo
SWING
1930
commercieel
duidelijke structuur met bandleider
bigbands: grote jazz orkesten (3 blazers sectie: trompet sectie, trombone sectie, saxofoonsectie, ritmesectie: drums, bas, gitaar, piano
dansbaar + call and response (tussen 2 secties)
-
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Vidéo
Begrippen - Jazz
Walking bass: lopende bas, op elke toon speelt de contrabas een noot.
scat vocals/scatten: improviseren met je stem met klanken zonder betekenis.
Call and response: vraag en antwoordspel tussen instrumenten. Voor en nazingen/spelen.
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Vidéo
Slide 26 - Vidéo
Slide 27 - Vidéo
JAZZ - NIEUWE STIJL - VANAF 1940
BEBOB
COOL JAZZ
HARDBOP
FREE JAZZ
FUSION JAZZ en LATINJAZZ
Slide 28 - Diapositive
BEBOP (7.5)
Na de WO2
- nieuwe radicale stijl
- terugkeer kleine bezetting
- bezetting: ritmesectie, trompet, saxofoon
- super snel tempo, snelle akkoordwisselingen, improvisaties