Wat doe je graag? Ik wandel graag.
Ik vind het leuk om gitaar te spelen.
Ik ben gek op sporten.
Wat doe je niet graag? Ik werk niet graag in de tuin.
Ik vind het niet leuk om te koken.
Ik heb een hekel aan klussen.
Lijkt het je leuk? Ja, dat lijkt me leuk.
Nee, dat is niks voor mij.
Nee, dat vind ik helemaal niks.