Alfataal woorden Ik en mijn familie

• Nederlands
• ISK

Alfataal Ik en mijn familie

Ik leer:

• Woorden over familie
• Praten over familie en verjaardagen
• Je naam schrijven op de verjaardagskalender
• Een presentatie maken van mijn familie. 

Voornaam/ achternaam

Je voornaam + 

je achternaam=

Hoe je heet. (Sonja Bijsterveld) 

Geboortedatum. 

Ik ben op 3 augustus 2007 geboren. 

Geboren

Die nacht wordt de baby geboren.

Er is morgen iemand jarig.

Wonen/ woonplaats

Waar woon je? 

Ik woon in Rotterdam. 

Mijn woonplaats is Rotterdam. 

het land

• waar je vandaan komt
• Uit welk land kom je?
• het land - de landen
• zin: Syrië en Nederland zijn landen.
• zin: Den Helder is een stad in het land Nederland

35

de stad

• Een grote plaats waar veel mensen wonen.
• De stad - De steden
• Bijvoorbeeld: Rotterdam, Amsterdam of Maastricht.
• Zin: Morgen ga ik met vriendinnen naar de stad.

51

3: Vragen stellen over familie

Wie ben jij? Ik ben.............................

Heb jij een broer/ een zus? Ja, ik heb een broer/zus. nee ik heb geen broer/ zus. 

Hoe heet je broer/ zus? Mijn broer/ zus heet......................

Hoe oud is je broer/ zus? Mijn broer/zus is...............jaar. 

Hoe oud is je vader/ moeder? Mijn vader/moeder is ........jaar oud.

Hoe heten je ouders? Die heten ..............en .............

Waar woon je?     Ik woon in.............

Waar woont je familie?  Mijn familie woont in...........

Waar ben je geboren? Ik ben geboren in..................

Wat is je geboortedatum? Ik ben geboren op................

Wanneer ben jij jarig? 

9: Ik praat over mijn familie. 

• Maak een presentatie over je familie. (powerpoint/foto/ poster)
• Vertel 5 dingen over jouw familie. 
• Geef je presentatie. 
• Gebruik de taalkaart.