Les 5: Omgaan met geld en Consumeren


Burgerschap

Welkom
Omgaan met geld 
en consumeren
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 100 min

Éléments de cette leçon


Burgerschap

Welkom
Omgaan met geld 
en consumeren

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Presentaties!

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel weet je al over omgaan met geld en consumeren?

(0=nooit van gehoord - 10=heb er veel over gelezen)
010

Slide 3 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vaak kom je geld en consumeren tegen in je dagelijks leven?

(0=nooit - 10= elke dag)
010

Slide 4 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vaak houd jij je zelf bezig met geld en consumeren?

(0=nooit - 10= elke dag)
010

Slide 5 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Denk je dat deze les zinvol zal zijn voor je persoonlijk leven?
Zeker weten
Ja
Weet ik niet
Nee
Helemaal niet

Slide 6 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar komt dat door?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Inkomsten en uitgaven

  • Toeslag
  • Vaste lasten


Budgetteren?

Slide 8 - Diapositive

Toeslag: een maandelijkse of jaarlijkse bijdrage van de overheid als aanvulling op je inkomen, om bepaalde kosten te kunnen betalen. Voorbeelden: zorgtoeslag en huurtoeslag.

Vaste lasten: de uitgaven die je op vaste momenten moet doen en die telkens terugkeren.
Inkomsten en uitgaven

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzekering
Een overeenkomst met een verzekeraar, waarbij jij een vast bedrag betaalt en de verzekeraar bepaalde kosten dekt.

Premie
Het vaste bedrag dat je betaalt voor een verzekering.

Zorgverzekering
Een verplichte verzekering die medische kosten dekt.
  • basispakket
  • aanvullende verzekering

Slide 10 - Diapositive


Zorgverzekering:
  • Basispakket: verplicht. Dekt bijvoorbeeld de kosten voor huisarts, ziekenhuis, apotheek.
  • Aanvullende verzekering: niet verplicht. Dekt bijvoorbeeld de kosten voor tandarts, orthodontie, anticonceptie.

WAM-verzekering
aansprakelijkheids-verzekering
inboedelverzekering
reisverzekering

Slide 11 - Diapositive

Voorbeelden van verzekeringen:
  • WAM-verzekering (Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen): dekt de schade van de tegenpartij als je met jouw voertuig schade toebrengt aan een ander voertuig.
  • Inboedelverzekering: dekt schade aan of diefstal van je huisraad.
  • Aansprakelijkheidsverzekering: dekt schade die je onopzettelijk bij een ander veroorzaakt.
  • Reisverzekering: dekt financiële schade die je tijdens een reis oploopt.
Eigen risico
Je moet een deel van je zorgkosten zelf betalen. Het minimum eigen risico is wettelijk vastgesteld.


Je kunt een hoger eigen risico nemen. Dan is je maandelijkse premie lager.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sparen
Geld apart zetten voor later.

Rente
Een percentage van het bedrag dat je spaart of leent.



Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lenen
Geld ontvangen dat je weer moet terugbetalen (evt met rente).




lenen van 
familie
lenen van 
vrienden
creditcard
kopen op afbetaling
rood staan
lenen van 
de bank

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lenen
Geld ontvangen dat je weer moet terugbetalen (evt met rente).

Schuld
Het geldbedrag dat je nog moet betalen.



Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Consumeren
Een product of dienst kopen om in je behoeften te voorzien.

Levensbehoefte
Iets waarvan je vindt dat je het nodig hebt.
  • primaire levensbehoeften
  • secundaire levensbehoeften


Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reclame
Reclametrucs:
  • ideaalbeeld
  • bekend persoon
  • ingewikkelde termen
  • herkenbaarheid

Nederlandse Reclame Code
Regels waar reclamemakers zich aan moeten houden. 


Slide 17 - Diapositive

Reclame: het aanprijzen van producten of diensten met het doel om consumenten over te halen om ze te kopen.

Nederlandse Reclame Code:
De Nederlandse Reclame Code Commissie beoordeelt of reclamemakers zich aan de regels houden. 
Vraag: welke regels voor reclamemakers ken je?
Kritisch consumeren
Je stelt jezelf kritische vragen voor je een product of dienst koopt.


Consumentenrechten


bedenktijd
garantie
maximale levertijd
  • Consumentenbond
  • Keuringsdienst van Waarde

Slide 18 - Diapositive

Reclame: het aanprijzen van producten of diensten met het doel om consumenten over te halen om ze te kopen.

Nederlandse Reclame Code:
De Nederlandse Reclame Code Commissie beoordeelt of reclamemakers zich aan de regels houden. 
Vraag: welke regels voor reclamemakers ken je?
Welke verzekering is verplicht?
A
Zorgverzekering
B
WAM-verzekering
C
Inboedelverzekering
D
Aansprakelijkheids-verzekering

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een voor- en een nadeel van een hoger eigen risico

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wordt bedoeld met 'geld lenen kost geld'?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is géén consumentenrecht?
A
Bedenktijd
B
Maximale levertijd
C
Gratis reparatie
D
Garantie

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doe jij om 'kritisch te consumeren'?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel weet je nu over omgaan met geld en consumeren?

(0=nooit van gehoord - 10=heb er veel over gelezen/geleerd)
010

Slide 24 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vaak kom je dit onderwerp tegen in je dagelijks leven?

(0=nooit - 10= elke dag)
010

Slide 25 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vaak denk je dat je je met dit onderwerp bezig gaat houden in de toekomst?

(0=nooit - 10= elke dag)
010

Slide 26 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Is deze les zinvol geweest voor jouw persoonlijk leven?
Zeker weten
Ja
Weet ik niet
Nee
Helemaal niet

Slide 27 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar komt dat door?

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat neem je mee van deze les?

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan het werk
Presentatie voorbereiden 

of 

Opdrachten in Studiemeter

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Dank voor vandaag! 

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions