2. verschillende soorten media

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Maatschappijleer

5.2 verschillende soorten media

herhaling.

uitleg paragraaf 2 aan het werk

Een middel om mee te communiceren noem je...

1. Communicatie
2. Medium
3. Massacommunicatie
4. Social Media

Wat is de juiste volgorde bij communicatie?

1. boodschap - zender - ontvanger
2. zender - ontvanger - boodschap
3. zender - boodschap - ontvanger
4. ontvanger - boodschap -zender

Wie is de zender?
Emma en Tom lopen door de stad Emma vertelt over haar stagedag

1. Emma
2. Tom
3. Emma en Tom

Wie is de ontvanger?
Martijn appt zijn moeder dat hij om 17:30u thuis is voor het eten.

1. Martijn
2. Moeder
3. App
4. 17:30u thuis voor het eten

Wat is het medium?
Martijn appt zijn moeder dat hij om 17:30u thuis is voor het eten.

1. Martijn
2. Moeder
3. WhatsApp
4. 17:30u thuis voor het eten

Deze paragraaf

• Welke massamedia zijn er?
• Wat voor soort informatie krijg je van deze massamedia?
• Is de informatie betrouwbaar?

Internet en sociale media

Iedereen kan informatie verzenden.

Maar is informatie dan betrouwbaar?

  

bron: wie zendt de informatie en is het betrouwbaar?

Welke nieuwssites zijn volgens jou betrouwbaar?

wat valt je op?

Kranten

kwaliteitskranten

serieuzer nieuws: uitgebreide achtergrond-informatie, politiek, economie.

populaire kranten

sensantioneel nieuws: sport, criminaliteit en shownieuws

Doelgroep: een groep mensen met dezelfde kenmerken en belangstelling

Tijdschriften

• verschijnen 1x per week, maand of kwartaal
• gaan vaak over 1 onderwerp
• kan dieper ergens op ingaan
• doelgroep erg belangrijk

Televisie en radio

organisaties die via radio, tv en internet informatie uitzenden naar een groot publiek

[

omroepen

publieke

commerciële

Zij krijgen geld van de overheid.

een bedrijf dat vooral als doel heeft om geld te verdienen met zijn uitzendingen

Kijk- en luistercijfers belangrijk. Hoe meer kijkers, hoe meer inkomsten

Mediawet geldt, dus verplicht voor elke doelgroep inhoud maken. Gevolg: pluriformiteit (dat er voor alle doelgroepen in NL voldoende aanbod van media is.

Noem zoveel mogelijk publieke omroepen

Aan het werk!

* Lees bladzijde 72 en 73in je tekstboek goed door.

* Maak opgave 1 t/m 14 op bladzijde 85 t/m 87 van je werkboek.