M3 Speaking vlog

Watch the next interview!
Why is it really important to speak correct English?
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Watch the next interview!
Why is it really important to speak correct English?

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Watch the next interview!
Why is it really important to speak correct English?

Slide 3 - Question ouverte

What grammatical tenses do you use speaking about yourself?

Slide 4 - Question ouverte

Recap: Present Simple / Past Simple/... used to
Please, take out your notebook

Slide 5 - Diapositive

Past Simple
The Past Simple

Slide 6 - Diapositive

Als iets in het verleden is gebeurd en afgelopen is.





 

Yesterday, last week, last month, two days ago, four days ago, months ago, a second ago, etc.

Slide 7 - Diapositive

Past Simple / Spelling

Slide 8 - Diapositive

    Past simple
          'to be'
    Past simple
        'to have'
I
You
He
She
It
We
They
was
was
was
were
were
were
had
had
had
had
had
had
had
was

Slide 9 - Question de remorquage

Past Simple regelmatige vorm
Past Simple Onregelmatige vorm
Worked
Played
Drove
Bought
Ate
Swam
Slept
Walked
Cycled
Talked

Slide 10 - Question de remorquage

USED TO 
                                              
We gebruiken  'USED TO'  om te zeggen wat vroeger was, maar nu niet meer/ wat vroeger altijd gebeurde.

De formule hiervoor is: onderwerp + used to + hele werkwoord

  • I used to have two dogs.
  • She used to live in London.
  • When I was 6 years old I used to swim twice a week.

Slide 11 - Diapositive

Add used to+ (positive)

I/ to play / football / .

Slide 12 - Question ouverte

Add used to + (positive)

We / to have / a dog / .

Slide 13 - Question ouverte

What did you use to do when you were a child?

Slide 14 - Carte mentale

Present Simple 
  • Wat is de Present Simple?

  • Wanneer gebruik je de Present Simple?

  • Hoe maak je de Present Simple? 

Slide 15 - Diapositive

Present Simple


Je gebruikt de Present Simple bij:

FEITEN
GEWOONTEN
REGELMATIGHEDEN

Slide 16 - Diapositive

Present Simple: + / - / ?

Slide 17 - Diapositive

Make the present simple - negative.
John .......... French. (not speak)

Slide 18 - Question ouverte

Present Simple & negative (-)
You (not / like) ___________ chocolate.

Slide 19 - Question ouverte

Make the present simple negative
I like working hard (not)

Slide 20 - Question ouverte

Oefening 1
- Maak een korte vlog over jezelf. 
(zeg wie je bent, hoe oud je bent, wat je hobbies zijn etc)
De vlog duurt minimaal 2 minuten en maximaal 5 minuten 

Slide 21 - Diapositive

Preparation
Na de carnivalsvakantie doen we een mondeling examen . 
Om te zorgen dat je goed voorbereid bent, gaan we op verschillende manieren oefenen met spreekvaardigheid.

Slide 22 - Diapositive

Stap 1:

  • Kies een partner waarmee je wil samenwerken. 
  • Geef dit aan mij door!



Stap 2:

  • Open je drive.
  • Maak een bestand aan met de naam 'verslag mondeling Engels'
  • Deel het bestand met je samenwerkingspartner.
timer
5:00

Slide 23 - Diapositive

Het onderdeel: 'This is me!'
Een soort van 'profielpagina' / poster waarmee je over jezelf vertelt. 
Inhoudselementen:
  • iets over je gezin
  • je hobby’s 
  • je interesses 
  • je bezigheden 
  • je school 
  • je toekomstplannen, etc. 
  • Maak ook gebruik van foto’s. Je maakt de poster op A3 formaat. (evt. met een programma zoals bijv. Canva. )

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Een onderzoek heeft het volgende uitgewezen:
Nederlanders spreken het beste Engels
Helemaal geweldig toch? 
Kijk maar mee naar een video waarbij dit getest wordt

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Opdracht voor thuis: 
Maak een vlog waarin je jezelf voorstelt. Deze vlog moet je uploaden via de ELO bij 'opdracht spreekvaardigheid' 
Good luck! 

Slide 28 - Diapositive