Thema en motieven

Verhaalanalyse 
Doel: 

Je leert wat thema’s in een verhaal zijn. 
Je leert wat motieven zijn.
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Verhaalanalyse 
Doel: 

Je leert wat thema’s in een verhaal zijn. 
Je leert wat motieven zijn.

Slide 1 - Diapositive

Check in-vraag:

Ik ken en kan thema’s in verhalen benoemen en herkennen

😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Sondage

De term fictie betekent:
A
een verhaal wat echt is gebeurd
B
een verhaal dat is verzonnen
C
een verhaal wat echt gebeurt kan zijn, maar waar de hoofdpersonen zijn verzonnen
D
geen idee

Slide 3 - Quiz

Non-fictie betekent:
A
Een verhaal dat echt gebeurd is
B
een verhaal dat verzonnen is
C
een verhaal dat is verzonnen, maar wat echt gebeurd kan zijn.

Slide 4 - Quiz

Realistisch fictie betekent:
A
Een verhaal dat echt gebeurd is
B
een verhaal dat verzonnen is
C
een verhaal dat is verzonnen, maar wat echt gebeurd kan zijn.

Slide 5 - Quiz

Een genre is:
A
onderwerp van een verhaal
B
personages in een verhaal
C
waar het verhaal zich afspeelt
D
soort verhaal

Slide 6 - Quiz

Personages kun je verdelen in:
A
Innerlijk
B
uiterlijk
C
Typen
D
Karakters

Slide 7 - Quiz

Een karakter is veelal:
A
Iemand die het hele verhaal hetzelfde blijft
B
Iemand die gedurende het verhaal een ontwikkeling doormaakt
C
Een hoofdpersoon van een verhaal
D
Ziet er in een verhaal altijd hetzelfde uit.

Slide 8 - Quiz

Thema van een verhaal
Een thema is de kortst mogelijke samenvatting van een verhaal:
- sprookje —> thema is: een wijze les (eerlijk en eenvoud is belangrijk).
- Harry Potter —> thema: de strijd tussen goed en kwaad (Harry Potter moet Voldemort bestrijden). 

Slide 9 - Diapositive

Meerdere thema's
Een verhaal kan meerdere thema’s hebben, maar er is er altijd 1 die de overhand neemt. Die het belangrijkste is:
bijv: Een weeffout in onze sterren - John Green.
Twee tieners die verliefd op elkaar worden, maar ook ernstig ziek zijn. 
Thema: vriendschap, ziekte en dood. 

Slide 10 - Diapositive

Bepalen van een thema
Onderwerp van een verhaal kun je vaak omschrijven in 1 woord.
Als je nauwkeuriger het verhaal wilt omschrijven, dus het thema wil verwoorden, heb je vaak meer woorden nodig. Vaak gebruik je hiervoor een korte zin. 

Stel jezelf altijd de volgende vragen;
- wat is de ‘wijze les’ van dit verhaal?
- wat wil de schrijver meegeven over het onderwerp?
- Wat ontdekt de hoofdpersoon in de loop van het verhaal? Verandert hij/zij in de loop van het verhaal van mening?

Oefenen een de hand van drie filmtrailers. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Welk(e) thema(’s) zou je dit verhaal geven?

Slide 13 - Carte mentale

Slide 14 - Vidéo

Welk(e) thema(’s) zou je dit verhaal geven?

Slide 15 - Carte mentale

Slide 16 - Vidéo

Welk(e) thema(’s) zou je dit verhaal geven?

Slide 17 - Carte mentale

Thema (grondmotief)
De achterliggende gedachte van een verhaal, wat een schrijver wil overbrengen meer dan alleen 'een leuk verhaal'

In een paar woorden of korte zin samen te vatten. 

'geld maakt niet gelukkig, familie is belangrijk' (Donald Duck)
'moedig zijn om te overleven' (Oorlogswinter)

Slide 18 - Diapositive

Verhaalmotieven
abstracte motieven: literair historische motieven
  • liefde, vriendschap, oorlog

leidmotieven: concrete motieven
  • tastbaar
  • dobbelsteen (toeval), steen (oorlog), huis (familiebanden)

klassieke motieven (van oudsher in verhalen)
  • assepoester, oeidipus 

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Motieven gezien?

Slide 21 - Carte mentale

Wat is het thema?

Slide 22 - Question ouverte