2.3 De Franse tijd in de Nederlanden

2.3 De Franse tijd in de Nederlanden
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

2.3 De Franse tijd in de Nederlanden

Slide 1 - Diapositive

Leervragen
Schrijf de leervragen in je schrift.
  1. Wat zijn patriotten?
  2. Door welk land kwamen de patriotten in Nederland aan de macht (en hoe heet deze Revolutie)?
  3. Wat stond er in de grondwet van de Bataafse Republiek?
  4. Wie was er aan de macht in Koninkrijk Holland?
  5. Waarom en door wie werd Lodewijk Napoleon afgezet
  6. Wat veranderde toen Nederland bij Frankrijk ging horen?
  7. Wie kwam er aan de macht nadat Napoleon was verslagen?

Slide 2 - Diapositive

Lees: Weg met de stadhouder!
Patriotten zijn...
A
Mensen die een koning steunen
B
Mensen die kritiek hadden op de stadhouder en regenten.
C
De Fransen die in Nederland woonden
D
Mensen die de stadhouder en regenten steunden.

Slide 3 - Quiz

De patriotten streden voor:
A
Democratie
B
Minder belasting
C
Absolute macht
D
Monarchie

Slide 4 - Quiz

Sleep de zinnen naar het juiste vak
WEL een oorzaak voor de 
opstand van de patriotten.
GEEN oorzaak voor de 
opstand van de patriotten.
Het bestuur was niet democratisch.
De regenten deden weinig om de economie te verbeteren.
De koning van Pruissen wilde de macht in de Republiek overnemen.
De patriotten wilden een grondwet.
patriotten wilden even rijk worden als de regenten.

Slide 5 - Question de remorquage

Lees: Van republiek naar koninkrijk
Franse Revolutie
Allebei
Bataafse Revolutie
Bastille
Lodewijk XVI
Patriotten
Democratische Revolutie
Willem V
Armoede Bevolking

Slide 6 - Question de remorquage

De vorst van koninkrijk Holland was:
A
Willem V
B
Koning Willem I (zoon van Willem V)
C
Lodewijk Napoleon
D
Napoleon Bonaparte

Slide 7 - Quiz

Het Koninkrijk Holland was de naam van Nederland tussen: ... en ...
A
1588-1795
B
1795-1806
C
1806-1812
D
vanaf 1812

Slide 8 - Quiz

Wat heeft Lodewijk Napoleon NIET gedaan voor Nederland?
A
Hij bedacht de burgerlijke stand.
B
Hij hielp bij de Leidsche kruitramp.
C
Hij hielp bij een besmettelijke ziekte .
D
Hij richtte het Rijksmuseum op.

Slide 9 - Quiz

Wat was de bijnaam van Lodewijk Napoleon?
A
De konijnen koning
B
De rampen koning
C
De lieve koning
D
De born-to-party-koning

Slide 10 - Quiz

Lees: Een Franse provincie
Waarom werd Lodewijk Napoleon afgezet?
A
Hij was slecht voor het volk
B
Hij liet een kruitschip ontploffen
C
Hij deed niet wat Napoleon wilde
D
Willem I kwam terug uit Engeland

Slide 11 - Quiz

Bekijk bron 11.
Hoe kun je aan de afbeelding zien dat de Fransen aan de macht waren toen Napoleon Amsterdam bezocht?

Slide 12 - Question ouverte

Achternamen
Wel door Napoleon bedacht

Niet door Napoleon bedacht

Meter, Kilo, Liter
Napoleon snoepje
Rechts rijden op de weg
De naam Nederland

Slide 13 - Question de remorquage

Wie was wanneer aan de macht in Nederland?
1795 - 1798
1806 - 1810
1810 - 1813
1813 - 1840
Napoleon Bonaparte
Lodewijk Napoleon
Nationale vergadering
Willem I

Slide 14 - Question de remorquage

Lees: Na de Franse tijd en bekijk bron 12
Welke zin uit de tekst is een goed bijschrift bij bron 12.

Slide 15 - Question ouverte

10. Zet in chronologische volgorde:
Dit is een sleepvraag.
1
2
3
4
Lodewijk Napoleon wordt koning van Holland
Nederland wordt een onderdeel van Frankrijk
De Patriotten worden verjaagd
De Bataafse Revolutie

Slide 16 - Question de remorquage

Ten noorden van Frankrijk lag vanaf 1815 een groot land. Waarom vonden de overwinnaars van Napoleon dat verstandig?

Slide 17 - Question ouverte

Leervragen.
Beantwoord de leervragen in je schrift
  1. Wat zijn patriotten?
  2. Door welk land kwamen de patriotten in Nederland aan de macht (en hoe heet deze Revolutie)?
  3. Wat stond er in de grondwet van de Bataafse Republiek?
  4. Wie was er aan de macht in Koninkrijk Holland?
  5. Waarom en door wie werd Lodewijk Napoleon afgezet
  6. Wat veranderde toen Nederland bij Frankrijk ging horen?
  7. Wie kwam er aan de macht nadat Napoleon was verslagen?

Slide 18 - Diapositive