5.2 Monniken en Ridders - edelen, heren, horigen (hw:5.2)
Programma
Theevraag
Herhalingsvraag
Theorie over edelen
Theorie over heren en horigen
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1
Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Programma
Theevraag
Herhalingsvraag
Theorie over edelen
Theorie over heren en horigen
Slide 1 - Diapositive
Welke regel zou je het liefste willen breken?
Slide 2 - Question ouverte
Keizer Karel de Grote had een groot rijk wat hij bestuurde. Hoe hield hij zijn land in de gaten?
A
Door veel oorlog te voeren
B
Door veel te reizen door zijn rijk
C
Door graven een stuk gebied te geven
D
Door een groot kasteel te bouwen
Slide 3 - Quiz
Edelen
Karel de Grote verdeelde zijn land in honderden stukjes. Zo'n stukje land werd bestuurd door een Graaf. De graaf kreeg het land in ruil voor ridders die Karel nodig had voor zijn oorlogen.
Slide 4 - Diapositive
Karel de Grote
Karel gaf aan de graven stukjes land. De graven kregen veel macht over hun gebied.
Karel kreeg van de graven ridders voor zijn oorlogen.
Graven
Graven krijgen van Karel een gebied om in de gaten te houden.
In ruil voor het land geven ze Karel ridders voor zijn oorlogen.
Graven noem je ook wel edelen, -> adel.
Slide 5 - Diapositive
Macht
De graaf had in zijn gebied veel macht. Hij mocht bepalen hoe veel belasting er betaald werd, of wat voor straf je kreeg als je de wet overtrad. Iedereen moest dus wel naar hem luisteren.
Slide 6 - Diapositive
Heren en horigen
In een graafschap (stuk land van de graaf) woonden en werkten boeren. De grond waar ze dat op deden, was niet van de boeren zelf. Dit was van een (land)heer.
Slide 7 - Diapositive
Horigen
De heer woonde vaak in een kasteel, de boeren woonden op het land daar omheen. Veel boeren 'hoorden' bij het land = horigen. Ze mochten niet verhuizen, trouwen of reizen zonder toestemming.
Slide 8 - Diapositive
Bescherming
De boeren van het land van de heer gaven een gedeelte van hun opbrengst aan de heer als belasting. In ruil daarvoor kregen de boeren bescherming van de heer als er gevaar was.