2022 Ademhalingsstelsel/ Vitale functie ademhaling

• Begeleiden bij de ADL
• Beroepsopleiding

Zelfzorg en activiteiten

Thema 1 en 3

Wat gaan we doen?

Welkom

• Praktijksituatie

Herhaling

• Theorie Anatomie/fysiologie ademhalingsstelsel

Verwerking/verdieping

• Praktijksituaties> observeren van de ademhaling en zuurstofsaturatie meten

• Werken aan opdrachten in Thieme

Afsluiting

• Evalueren leerdoelen
• Opschrijven huiswerk

Praktijksituatie

Wat moet je weten over de ademhaling om deze cliënt te kunnen helpen?

Lesdoelen

Ademhalingsstelsel

• Je kunt benoemen wat de functie van de longen is.
• Je kunt uitleggen hoe de gaswisseling in de longen en in je weefsels plaatsvindt.
  
• Je kunt beschrijven hoe de ademhaling gereguleerd wordt.
  
• Je kunt beschrijven hoe de ademhalingsbewegingen verlopen.
  
• Je kunt toelichten welke longfunctiewaarden de belangrijkste informatie over de longfunctie geven

Ademhaling observeren

• Je kunt uitleggen wat de ademhaling als vitale functie inhoudt.
  
• Je kunt uitleggen wat de aandachtspunten zijn bij het meten van ademfrequentie en de zuurstofsaturatie bij een zorgvrager.
  
• Je kunt uitleggen wat de normaal- en afwijkende waarden zijn van de ademfrequentie en de zuurstofsaturatie bij een zorgvrager.
  
• Je kunt samenvatten hoe je de zorgvrager ondersteunt bij de ademhaling.

00:56

Beschrijf hoe de ademhalingsbewegingen werkt

01:05

Waarom haal je adem?

02:08

Beschrijf hoe zuurstof vanuit de lucht naar je kleine teen komt!

Ademhaling

02:22

Leg in eigen woorden uit hoe jouw ademhaling wordt geregeld vanuit de hersenstam

Longfunctiewaarden

Ademteugvolume: gemiddeld 500ml

Inspirator reservevolume: Lucht die je na een normale inademing nog extra kunt inademen

Respiratoir reservevolume: Alle lucht die je na een normale uitademing nog extra kunt uitademen

Vitale capaciteit: de maximale hoeveelheid lucht die je kunt inademen na een maximale uitademing en andersom

e gemiddelde hoeveelheid lucht die je inademt, is ongeveer 500 ml en noem je het adem(teug)volume. Ongeveer de helft van de ingeademde lucht blijft achter in de dode ruimte. Dat is de ruimte in je luchtwegen waar geen gaswisseling is, zoals in je neusholte, mondholte, keelholte, strottenhoofd, luchtpijp, hoofdbronchiën, bronchiën en bronchiolen. Lucht die je na een normale inademing nog extra kunt inademen, noem je inspiratoir reservevolume. Alle lucht die je na een normale uitademing nog extra kunt uitademen, noem je expiratoir reservevolume.

De vitale capaciteit is de maximale hoeveelheid lucht die je kunt inademen na een maximale uitademing en andersom. De vitale capaciteit hangt af van je geslacht, leeftijd, lengte en lichamelijke conditie (fitheid). Deze geeft informatie over de elasticiteit van je longweefsel. De hoeveelheid lucht die achterblijft in je longen na een maximale uitademing, heet residuvolume.

Als je inademt, bestaat de inademingslucht voor 21% uit zuurstof en voor 79% uit stikstof. Buitenlucht bestaat voor het grootste deel uit stikstof. Deze stof speelt geen rol in de gaswisseling. Hierdoor verschilt je inademingslucht maar een klein beetje van je uitademingslucht. Uitademingslucht bestaat voor 77% uit stikstof, voor 16% uit zuurstof, voor 4% uit koolzuurgas en voor 3% uit waterdamp (denk maar aan condens op de ruit, als je ertegen uitademt)

Als je inademt, hoeveel % van deze lucht bevat zuurstof?

1. 97%
2. 21%
3. 55%
4. 65%

Inademingslucht: 21% uit zuurstof en voor 79% uit stikstof. 

Als je uitademt, hoeveel % van deze lucht bevat er dan zuurstof?

1. 2%
2. 21%
3. 5%
4. 16%

Uitademingslucht: bestaat voor 77% uit stikstof, voor 16% uit zuurstof, voor 4% uit koolzuurgas en voor 3% uit waterdamp 

Ademhaling observeren

• Geluid 
• frequentie 
• diepte en gelijkmatigheid 
• ritme

zuurstofsaturatie: 95%-100%

De ademhalingsfrequentie is het aantal ademhalingen per minuut. Je telt een in- en uitademing samen als één ademhaling. Normaalwaarden voor de ademhalingsfrequentie zijn bij:

volwassenen: 9 tot 14 keer per minuut;

kinderen: 20 tot 30 keer per minuut;

baby's: 30 tot 40 keer per minuut.

Frequentie

Diepte en gelijkmatigheid

Ondersteunen bij de ademhaling

• Raam openen
• Knellend kleding losmaken
• Gevoelens van angst bespreken
• Helpen doorhoesten
• Mondverzorging (uitdroging)
• Houding
• Ademinstructie; wijze van ademhalen

8. Ik ben uniek

Nodig: /

De spelers staan in een kring, het doel is zo snel mogelijk bij ’t middelpunt van de kring te raken. Dit doe je door een origineel weetje over jezelf te vertellen. Als nog niemand hetzelfde heeft meegemaakt of ’t zelfde kenmerk heeft, mag je een stap naar voren doen.

Ondersteunen bij de ademhaling

• Raam openen
• Knellend kleding losmaken
• Gevoelens van angst bespreken
• Helpen doorhoesten
• Mondverzorging (uitdroging)
• Houding

8. Ik ben uniek

Nodig: /

De spelers staan in een kring, het doel is zo snel mogelijk bij ’t middelpunt van de kring te raken. Dit doe je door een origineel weetje over jezelf te vertellen. Als nog niemand hetzelfde heeft meegemaakt of ’t zelfde kenmerk heeft, mag je een stap naar voren doen.

Praktijksituatie

Situatie 1: Observeren van de ademhaling (Johan)

Situatie 2: Ondersteunen bij benauwdheid (Mw. El Khetabi)

Werken aan opdrachten in Thieme

Afronding

• Evaluatie
• Huiswerk volgende week

Wat was er nieuw voor jou deze les? (wat heb je geleerd?)