Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Herhaling 2.3 en 3.1
Slide 1 - Diapositive
Hoe werd Duitsland na WO 1 genoemd, ze werden toen een democratie
Slide 2 - Question ouverte
Welke stroming hoort bij Hitler en de nazi's
A
Fascisme
B
Communisme
C
Nationaalsocialisme
D
Socialisme
Slide 3 - Quiz
Welke staatkundige kaart hoort bij Europa tijdens het Interbellum?
Gebruik de bron
A
kaart 1
B
kaart 2
C
kaart 3
D
kaart 4
Slide 4 - Quiz
Met welke beloftes probeerde Hitler aan het begin van de jaren dertig de steun van het Duitse volk te krijgen?
A
de beloftes dat de rechtsstaat zou worden ingevoerd en de werkloosheid zou worden bestreden
B
de beloftes dat de werkloosheid zou worden bestreden en het leger zou worden herbewapend
C
de beloftes dat het leger zou worden herbewapend en indoctrinatie zou
worden toegepast
D
de beloftes dat indoctrinatie zou worden toegepast en de rechtsstaat zou
worden ingevoerd
Slide 5 - Quiz
Wat is de rassenleer van de nazi's?
A
De leer dat het mensenras gelijk is
B
De leer dat er verschil is tussen het mensenras
C
De leer dat er verschillen zijn tussen dieren
Slide 6 - Quiz
Welk begrip past bij de conferentie van München 1938?
A
Gelijkschakeling
B
Blitzkrieg
C
asmogendheden
D
Appeasementpolitiek
Slide 7 - Quiz
Geallieerden
Asmogendheden
Duitsland
Italië
Engeland
Frankrijk
Japan
Sovet-Unie
VS
Slide 8 - Question de remorquage
Hoe voorkwam Hitler / Nazi-Duitsland een tweefrontenoorlog?
A
Door alleen het westen aan te vallen
B
Door een niet aanvalsverdrag te tekenen met Churchill
C
Door een niet aanvalsverdrag te tekenen met Stalin
D
Door allen het oosten aan te vallen
Slide 9 - Quiz
Duitsland veroverde gebieden door middel van 'blitzkrieg'. Wat is dat?
A
verdedigende manier van oorlogsvoering
B
Bliksemoorlog, snelle aanval
C
Snelle manier van onderhandeling om landen te dwingen over te geven
D
Langzaam terrein veroveren
Slide 10 - Quiz
Het lukte Nazi-Duitsland niet om Engeland in te verslaan
A
Deze uitspraak is juist
B
Deze uitspraak is onjuist
Slide 11 - Quiz
Welke gebeurtenis was een belangrijk keerpunt aan het oostfront?
A
D-Day
B
Slag om Koersk
C
Slag om Stalingrad
D
Operatie Overlord
Slide 12 - Quiz
Hieronder staan vijf gebeurtenissen die te maken hebben met Duitsland in de periode 1918-1939. Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde, van vroeger naar later.