Quiz Criminaliteit

Quiz 
Criminaliteit
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Quiz 
Criminaliteit

Slide 1 - Diapositive

2. Waar hebben regels altijd mee te maken?
A
Criminaliteit
B
Het wetboek van Strafrecht
C
Waarden

Slide 2 - Quiz

Delicten bestaan uit overtredingen en misdrijven.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Overtreding
Misdrijf
Licht vergrijp
Max. levenslang
Betrokkenheid officier van Justitie
Géén criminaliteit

Slide 4 - Question de remorquage


A
Dreigen met een aanslag in een tweet is een overtreding.
B
Dreigen met een aanslag in een tweet is een Misdrijf.

Slide 5 - Quiz

Iets is pas criminaliteit als het in het Wetboek van Strafrecht staat.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Normvervaging is een voorbeeld van een overtreding.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Over wat voor soort criminaliteit gaat het en waarom?
zware criminaliteit
veelvoorkomende criminaliteit
Omdat...
...de graffiti op het bankje een voorbeeld van vandalisme is en dat komt veel voor.
Omdat...
...de handel in drugs een ernstig misdrijf is.
Omdat...
...fietsen zonder licht een lichte overtreding is en wordt niet beschouwd als crimineel gedrag
Omdat...
...woninginbraak veel gepleegd wordt.
Misdrijf
Overtreding

Slide 8 - Question de remorquage

Gevolgen van vandalisme, zoals een kapot bushokje, vallen onder de immateriële gevolgen van criminaliteit.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz


A
Dit artikel gaat over materiële schade.
B
Dit artikel gaat over immateriële schade.
C
Dit artikel gaat over beide.

Slide 10 - Quiz

De grondrechten van alle burgers zijn vastgelegd in het Wetboek van Strafrecht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

De overheid moet zich aan de wet houden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz

Tijdsgebonden criminaliteit
Plaatsgebonden criminaliteit

Slide 13 - Question de remorquage

Je kan alleen gestraft worden voor iets dat volgens de wet strafbaar is.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz


A
Democratie
B
Rechtsbescherming
C
Rechtshandhaving

Slide 15 - Quiz