3.2 - les 3

3.2 - Les 3
Afronden 3.2
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

3.2 - Les 3
Afronden 3.2

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
10 minuten: uitleg
15-20 minuten: stof herhalen
20 minuten: zelfstandig werken

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen?
10 minuten: uitleg
15-20 minuten: stof herhalen
20 minuten: zelfstandig werken

Slide 3 - Diapositive

De pakhuizen in Amsterdam waren een van de oorzaken voor de Gouden Eeuw. Leg dit uit.

Slide 4 - Question ouverte

Lesdoelen
  1. De leerling kan uitleggen waarom de Republiek oorlogvoerde met Groot-Brittannië. 
  2. De leerling kan uitleggen waarom Lodewijk XIV de Nederlanden aanviel. 
  3. De leerling kan uitleggen waarom 1672 een 'rampjaar' wordt genoemd.
  4. De leerling kan uitleggen waarom Johan en Cornelis de Witt onthoofd werden. 

Slide 5 - Diapositive

De Republiek in de zeventiende eeuw
  • HELE grote handelsvloot, groter dan alle Europese landen samen.
  • Handelde veel met Azië en Amerika
  • Vocht daar ook met GB
  • Handelde ook tussen Britse
    koloniën en GB: pijnpunt 
  • GB had betere oorlogsvloot

Slide 6 - Diapositive

Stapel-
plaats

Slide 7 - Diapositive

Engeland wilde een eind maken aan de Nederlandse overmacht op zee
Daarom drie (zee-)oorlogen (1652-1674):
  • Eerste: onbeslist
  • Tweede: NL won
  • Derde: Rampjaar (samenwerking met Duitse en Franse troepen)

Slide 8 - Diapositive

Lodwijk XIV wou gebiedsuitbreiding in de Nederlanden.

  • Wilde natuurlijke grenzen (bergen, rivieren en zeeën)
    Waarom wilde hij dat?
  • Wilde de zuidelijke Nederlanden
  • Wilde tot de Neder-Rijn
  • Daarom: oorlog 

Slide 9 - Diapositive

Lodewijk XIV samenwerkte met GB, Münster en Keulen om de Nederlanden te veroveren.

Meerdere fronten!
Daarom: Rampjaar (nederlaag
voor NL)
Einde v/d Gouden Eeuw

Slide 10 - Diapositive

De Franse inval leidde tot de
onthoofding van de gebroeders
de Witt.

  • Nederlands leger was zwak en was snel verslagen
  • Er was al verdeeldheid onder regenten:
    macht bij stadhouder v.s. macht bij regenten
  • Schuld werd aan de tweede gegeven: 
    Gebroeders de Witt (gevangenisstraf wegens
    hoogverraad)
  • Ook dacht men dat zij een aanslag op stadhouder
     Willem III aan het voorbereiden waren.
  • Tenen, oren, neuzen en lippen werden afgesneden...
    Ook castratie en harten eruit

Slide 11 - Diapositive

Lesdoelen
  1. De leerling kan uitleggen waarom de Republiek oorlogvoerde met Groot-Brittannië. 
  2. De leerling kan uitleggen waarom Lodewijk XIV de Nederlanden aanviel. 
  3. De leerling kan uitleggen waarom 1672 een 'rampjaar' wordt genoemd.
  4. De leerling kan uitleggen waarom Johan en Cornelis de Witt onthoofd werden. 

Slide 12 - Diapositive

Wat gaan we doen?
10 minuten: uitleg
10 minuten: stof herhalen
30 minuten: zelfstandig werken

Slide 13 - Diapositive

Wie zaten er in de Staten en waar bepaalden deze mensen over?

Slide 14 - Question ouverte

Wat is een oligarchie?
A
Een bestuursvorm waarbij het volk bepaalt.
B
Een bestuursvorm waarbij de macht ligt bij een klein groepje.
C
Een bestuursvorm waarbij de macht centraal ligt.
D
Een bestuursvorm waarbij de koning de baas is.

Slide 15 - Quiz

Lodewijk XIV had de absolute macht. Leg dit uit. HOUD

Slide 16 - Question ouverte

De stadhouder bepaalde over
A
de belastingen
B
wie er regenten werden in de gewesten.
C
alles. De stadhouder had eigenlijk de absolute macht.
D
het leger en de vloot.

Slide 17 - Quiz

Johan van Oldenbarnevelt werd vermoord omdat
A
hij tijdens de tachtigjarige oorlog samen had gezworen met de Spanjaarden
B
hij Protestants was.
C
hij de schuld werd gegeven van het zwakke leger.

Slide 18 - Quiz

Wat is handelskapitalisme?

Slide 19 - Question ouverte

Welk antwoord is fout. De handel in Holland en Zeeland kon bloeien doordat:
A
daar veel geproduceerd werd. Denk aan kaas, laken en schepen
B
daar relatieve rust was. De oorlog was al verplaatst naar het Zuiden van de Republiek.
C
daar belangrijke stapelplaatsen waren.
D
daar de steden groeiden.

Slide 20 - Quiz

In de zeventiende eeuw kwamen er in de Nederlandse steden alsmaar meer arbeiderswijken. Waardoor kwam dat?
A
er was tekort aan werk in de steden.
B
er kwam meer werkgelegenheid in de steden
C
de boeren gingen meer produceren waardoor mensen naar de steden trokken.
D
arbeiders wilden graag in de mooie grachtenpanden wonen.

Slide 21 - Quiz

Wat gaan we doen?
10 minuten: uitleg
15-20 minuten: stof herhalen
20 minuten: zelfstandig werken

Slide 22 - Diapositive

Deel 3: zelfstandig werken
Lezen 3.2
Opdrachten 3.2: 1 t/m 10
Eerste 10 min: absolute stilte

Slide 23 - Diapositive