Oefentoets Thema: Werk

Oefentoets
Thema Werk

1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Oefentoets
Thema Werk

Slide 1 - Diapositive

Wat is werk?

Slide 2 - Question ouverte

Er zijn vijf basisbehoefte waarom we werken -> ontplooiing.
Hoe is dit terug te zien op werk?

Slide 3 - Question ouverte

Capaciteiten
Je capaciteiten worden bepaald door:
- aanleg
- opleiding
- werkervaring

Slide 4 - Diapositive

Welke capaciteiten heb je nodig als je kapper wilt worden en waarom?

Slide 5 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen wit en zwart werk

Slide 6 - Question ouverte

Arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden

Slide 7 - Diapositive

Welke begrippen horen bij arbeidsomstandigheden?
A
Afspraken en regels tussen wg en wn
B
Eisen waar een werkplek aan moet voldoen

Slide 8 - Quiz

Wat is geen arbeidsvoorwaarde?
A
Het loon dat je verdient
B
Het aantal uren dat je werkt
C
De veiligheid van je werk
D
De verlofdagen

Slide 9 - Quiz

Stijlen van leidinggeven

Slide 10 - Diapositive

Wat is het verschil tussen de autoritaire stijl en de democratische stijl van leiding geven?

Slide 11 - Question ouverte

Fred overlegt en beslist veel dingen samen met zijn verkopers, dan blijven ze volgens hem goed gemotiveerd.
A
Autoritaire stijl
B
Democratische stijl

Slide 12 - Quiz

Josien wil dat de klanten van haar peuterdagverblijf tevreden zijn. Ze neemt zelf beslissingen , zodat alles goed gaat.
A
Autoritaire stijl
B
Democratische stijl

Slide 13 - Quiz

Vraag naar arbeidskrachten= elk bedrijf heeft mensen nodig om het werk in de samenleving uit te voeren.
Aanbod van arbeidskrachten= mensen die kunnen en willen werken.

Slide 14 - Diapositive

Geef aan of het gaat om; vraag of aanbod van arbeidskrachten.

Een scholier wil in de vakantie vakantiewerk doen
A
Vraag naar arbeidskrachten
B
Aanbod van arbeidskrachten

Slide 15 - Quiz

Er staat een vacature 'secretaresse' open
A
Vraag
B
Aanbod

Slide 16 - Quiz

Geef aan of het gaat om; vraag of aanbod van arbeidskrachten.
De baas van een crèche belt jou op en biedt je een baan aan.
A
Vraag naar arbeidskrachten
B
Aanbod van arbeidskrachten

Slide 17 - Quiz

Geef aan of het gaat om; vraag of aanbod van arbeidskrachten.
het UWV zoekt werk voor pas ontslagen elektromonteurs.
A
Vraag naar arbeidskrachten
B
Aanbod van arbeidskrachten

Slide 18 - Quiz

Geef aan of het gaat om; vraag of aanbod van arbeidskrachten.
Een schrijver belt reclamebureaus op met de vraag of zij nog opdrachten hebben.
A
Vraag naar arbeidskrachten
B
Aanbod van arbeidskrachten

Slide 19 - Quiz

Arbeidssectoren

Slide 20 - Diapositive

Eerste/ Primaire sector
Tweede/secundaire sector
Derde/tertiare sector
Vierde/quartiare sector

Slide 21 - Question de remorquage

Kansen op de arbeidsmarkt

Slide 22 - Diapositive

Welke groepen komen minder snel aan werk?

Slide 23 - Question ouverte

Soorten werkloosheid

Slide 24 - Diapositive

Wat is seizoenswerkloosheid, conjuncturele werkloosheid en structurele werkloosheid

Slide 25 - Question ouverte

Er zijn drie soorten werkloosheid:
strandpersoneel heeft 's zomers werk, in de winter niet.
A
Seizoenswerkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid
C
Structurele werkloosheid

Slide 26 - Quiz

Er zijn drie soorten werkloosheid:
Bij ... gaan banen voorgoed verloren.
A
Seizoenswerkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid
C
Structurele werkloosheid

Slide 27 - Quiz

Er zijn drie soorten werkloosheid:
komt voor als het met de economie even wat slechter gaat.
A
Seizoenswerkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid
C
Structurele werkloosheid

Slide 28 - Quiz

Door de handscanners bij de Albert Heijn is de kassamedewerker niet meer nodig. Dit is een vorm van ...
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Seizoenswerkloosheid
C
Structurele werkloosheid

Slide 29 - Quiz

Sonja was al 12 jaar bij een zorgverzekeraar in dienst toen ze werd ontslagen. Ze was niet meer nodig in het archief, omdat alle informatie intussen gedigitaliseerd was
A
Seizoenswerkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
Structurele werkloosheid

Slide 30 - Quiz

Julia is actrice en speelt vaak in het theater. In de zomermaanden is het theater dicht en heeft ze weinig te doen
A
Seizoenswerkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
Structurele werkloosheid

Slide 31 - Quiz

Door corona zijn mensen die in de horeca werken voorlopig werkloos
A
Seizoenswerkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
structurele werkloosheid

Slide 32 - Quiz

Wat zijn belangen van werknemers?

Slide 33 - Question ouverte

Wat zijn belangen van werkgevers?

Slide 34 - Question ouverte

Verzorgingsstaat

Slide 35 - Diapositive

Nederland is een verzorgingsstaat.
Wat is een verzorgingsstaat?

Slide 36 - Question ouverte

Kinderwetje van Van Houten
Sociale zekerheid
Ziektewet
AOW
AKW
WIA
Liefdadigheid
Sinds 1874 is kinderarbeid verboden
Mensen hebben recht op een basisinkomen
Bijvoorbeeld voor uitzendkrachten en zwangere werkneemsters
  Pensioenuitkering waarop iedere burger vanaf ongeveer 67 jaar recht heeft.
De kerk en de familie zorgden voor arme mensen
Mensen kunnen door langdurige gezondheidsproblemen niet meer werken.
Tegemoetkoming voor ouders met kinderen tot 18 jaar

Slide 37 - Question de remorquage

Vragen?

Slide 38 - Diapositive