Joyeux Noël et Bonne année! kerstquiz 2024

Noël en France
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 9 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Noël en France

Slide 1 - Diapositive

Op welke dag(en) wordt Kerst in Frankrijk gevierd?
A
Le 25 et le 26 décembre
B
Le 23 et le 24 décembre
C
Seulement le 25 décembre
D
Le 24 et le 25 décembre

Slide 2 - Quiz

Wat betekent 'Joyeux Noël?'
A
Gelukkig nieuwjaar
B
Fijne verjaardag
C
Vrolijke Kerst
D
Vrolijk Pasen

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Vidéo

Het rendier heeft een ....... neus.
A
zwarte
B
bruine
C
rode
D
blauwe

Slide 5 - Quiz

renne
nez
rire
boire
viens
le ciel
le chariot
le père Noël
minuit
rendier
neus
lachen
drinken
kom
 de lucht
de slee
de kerstman
middernacht

Slide 6 - Question de remorquage

Hoe noem je Kerstavond in Frankrijk?
A
Le soir de Noël
B
Noël soir
C
La soirée Noël
D
Le Réveillon de Noël

Slide 7 - Quiz

Hoe heet het nummer 'Jingle Bells' in
het Frans?
A
Vive Noël
B
Vive le vent
C
Vive le père Noël
D
Vive la fête

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

la neige
la main
le vent
souffle
l'enfant
l'hiver
le sapin
le temps
les bougies
le feu
de sneeuw
de hand
de wind
blaast
het kind
de winter
de kerstboom
het weer
de kaarsen
het vuur

Slide 10 - Question de remorquage

Wat betekent de titel van het liedje: Vive le vent d'hiver?
A
Leve de winterwind
B
Leve het winterkind
C
Leve de rinkelende bellen
D
Leve de sneeuwpop

Slide 11 - Quiz

Waar of niet waar: in Frankrijk is het traditie om te gourmetten op kerstavond.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Uit hoeveel gangen bestaat een Frans Kerstdiner?
A
1 tot 3 gangen
B
3 tot 4 gangen
C
4 tot 8 gangen

Slide 13 - Quiz

Le Menu de Noël:
  • Un apéritif : du champagne + des canapés au foie gras/du saumon fumé + des amuse-gueules + des huîtres/du poisson
  • Un bon dîner : du gibier, du homard et de la dinde aux marrons
  • Le dessert : une planche à fromage et une bûche de Noël 

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Op 'canapés' vind je vaak foie gras, maar wat is "foie gras" eigenlijk?
A
Varkenspaté
B
Ganzenlever
C
Kippenlever
D
Eendenlever

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Vidéo

Wat waren de twee hoofdingrediënten van deze "amuse-gueule"?
A
kerstopaatjes en slagroom
B
kerstomaatjes en roomkaas
C
kersen en room
D
druiven met roomkaas

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Diapositive

Wat eten de Fransen bij 'la dinde de Noël'?
A
B
C
D

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Vidéo

Wie zong(en) de originele versie van het vorige nummer?
A
Mariah Carey
B
Wham
C
Queen
D
coldplay

Slide 22 - Quiz

7

Slide 23 - Vidéo

Wie zong(en) de originele versie van het vorige nummer?
A
Mariah Carey
B
Wham
C
Queen
D
coldplay

Slide 24 - Quiz

01:00
'que je vois sous le sapin'
le sapin =
A
de etalage
B
het cadeau
C
het rendier
D
de kerstboom

Slide 25 - Quiz

01:46
'attendre sous le gui que tu reviennes'
=
wachten ....... opdat jij terugkomt
A
bij de deur
B
onder de maretak
C
op mijn stoel
D
in de kou

Slide 26 - Quiz

02:38
j'entends les gens chanter
et les cloches sonner
toutes les lumières brillent
les rires des enfants

Slide 27 - Question de remorquage

00:50
je ne demande pas beaucoup pour Noël
A
ik hou niet van kerst
B
ik nodig je uit voor kerst
C
ik vraag niet veel voor kerst
D
ik wil veel cadeaux voor kerst

Slide 28 - Quiz

01:29
vertaal:
dat ben jij

Slide 29 - Question ouverte

01:52
de kerstman

A
le bonhomme de Noël
B
l'homme de Noël
C
la femme de Noël
D
le père Noël

Slide 30 - Quiz

02:58
ce que ...... pour Noël, c'est toi

Slide 31 - Question ouverte

Slide 32 - Diapositive

Wat is de Franse naam van dit traditionele Kerstdessert?
A
Une bûche de Noël
B
Un macaron de Noël
C
Un gâteau de Noël
D
Un arbre de Noël

Slide 33 - Quiz

Hoe heet de Kerstman in Frankrijk?
A
Le papi Noël
B
Le père Noël
C
Le saint Noël
D
Le monsieur Noël

Slide 34 - Quiz

Hoeveel kerstmarkten zijn er (normalement) elk jaar in Frankrijk?
A
150
B
75
C
600
D
300

Slide 35 - Quiz

Wat gaf Frankrijk in 1886 als kerstcadeau aan de VS?
A
Een treinlading sinaasappelen
B
Het Coca-Cola recept
C
De Brooklyn Bridge
D
Het vrijheidsbeeld

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Diapositive


Wie was de ontwerper van het Vrijheidsbeeld
(la Statue de la Liberté)?
A
Norman Foster
B
Horace Jones
C
Gustave Eiffel
D
Willem Marinus Dudok

Slide 38 - Quiz

De quelle couleur est
un sapin de Noël (kerstboom)?
A
vert
B
jaune
C
bleu
D
blanc

Slide 39 - Quiz

Les cadeaux sont dans…
A
une chaussette
B
une chaussure
C
un chausson
D
un chausse-pied

Slide 40 - Quiz

Slide 41 - Vidéo

Op welke dag vieren de Fransen 'le Réveillon de la Saint-Sylvestre'?
A
Le 26 décembre
B
Le premier janvier
C
Le 24 décembre
D
Le 31 décembre

Slide 42 - Quiz

Horen 'les huîtres' (oesters) in Frankrijk vooral bij kerst of bij oud&nieuw?
A
kerst
B
oud & nieuw

Slide 43 - Quiz

Waar of niet waar: het is in Frankrijk verboden om zelf vuurwerk af te steken met oud en nieuw
A
Waar
B
Niet waar

Slide 44 - Quiz

Slide 45 - Vidéo

Welk beroemd monument in Parijs zag je in het filmpje?
A
De Notre-Dame
B
De Eiffeltoren
C
De Arc de Triomphe
D
De Sacré Coeur

Slide 46 - Quiz

Welke maand hoort bij Noël en welke hoort bij Le jour de l'An? (noteer de Franse woorden met kleine letters)

Slide 47 - Question ouverte

Slide 48 - Vidéo

Slide 49 - Vidéo

Joyeux Noël et Bonne Année!

Slide 50 - Diapositive