Paragraaf 4.4 Een nieuwe leider

4.4 Een nieuwe leider
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

4.4 Een nieuwe leider

Slide 1 - Diapositive

4.4 Een nieuwe leider 
In 1933 kwam in Duitsland Hitler aan de macht. Hij maakte een einde aan de democratie en begon het land op een nieuwe oorlog voor te bereiden.

Hoe kreeg Hitler alle macht? Hoe kon hij Duitsland op een nieuwe oorlog voorbereiden?

Slide 2 - Diapositive

Welk land werd als hoofdschuldige aangewezen in het Verdrag van Versailles?
A
België
B
Frankrijk
C
Duitsland
D
Rusland

Slide 3 - Quiz

Wat is geen punt uit de vrede van Versailles?
A
Duitsland kreeg de schuld van WOI
B
Duitsland werd uitgeroepen tot winnaar van WOI
C
Duitsland mocht maar een klein leger hebben
D
Duitsland moest herstelbetalingen doen

Slide 4 - Quiz

Waardoor kon de Duitse economie niet herstellen na WO I?
A
Duitsland had veel oorlogsschade
B
Duitsland moest herstelbetalingen betalen
C
Duitsland moest al zijn leningen terugbetalen
D
Duitsland had een weddenschap verloren

Slide 5 - Quiz

In welk jaar begon de economische crisis in de Verenigde Staten?
A
1918
B
1919
C
1929
D
1933

Slide 6 - Quiz

In 1929 hadden de Duitsers veel vertrouwen in de democratie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Adolf Hitler
  • Geboren in Oostenrijk 
  • Soldaat in het Duitse leger tijdens WO I
  • Teleurgesteld en om einde WO I 
  • Tegen het Verdrag van Versailles

Slide 8 - Diapositive

Kunstacademie
Hitler wilde vroeger helemaal geen dictator worden. Hij wilde graag naar de kunstacademie in Wenen. Helaas werd hij hiervoor afgewezen.
Schilderij gemaakt door Hitler

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

NSDAP
Hitler sluit zich aan de bij de NSDAP. Hij werd al snel de leider van deze partij. 
De aanhangers werd nazi's genoemd. 
De nazi's gaven van alles wat fout ging de joden en communisten de schuld.
Met dit soort verkiezingsposters probeerden de nazi's met verkiezingen veel stemmen te krijgen. 

Slide 11 - Diapositive

NSDAP
1. Het verdrag van Versailles opzeggen.
2. Duitsland economisch en militair weer een sterk land maken.
3. Alleen maar echte Duitsers in Duitsland . 
4. Alle Duitssprekende mensen in 1 land (Heim ins Reich). 
5. Het land moet 1 leider hebben. 

Slide 12 - Diapositive

Crisis in Duitsland
Hitler profiteert van de wanhoop van het volk:

  • Belooft werkgelegenheid
  • Duitsland weer sterk en trots!
  • Weg met het Verdrag  v. Versailles! (met name herstelbetalingen!!)
 

Slide 13 - Diapositive

Propaganda onder Hitler

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Fascisme 
  • Fascisme is tegen: vooral dingen die 'vreemd' zijn en tegen andere culturen.

  • Fascisme is anti-democratisch

  • Er is één leider. Hij bepaalt wat goed is. (Leidersbeginsel/Führerbeginsel)


  • Het fascisme verheerlijkt geweld en militair vertoon.

Slide 16 - Diapositive

Nationaal-socialisme
Hitler voegt één ding toe aan het fascisme: rascisme/ antisemitisme (jodenhaat). 
Het fascisme + de racistische ideeën van Hitler noemen we het nationaal-socialisme

Slide 17 - Diapositive

Van welke politieke partij werd Hitler lid?
A
PVDA
B
CPN
C
NSDAP
D
D66

Slide 18 - Quiz

De nazi's waren een voorstander van democratie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Hitler wilde het verdrag van Versailles opzeggen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

Verkiezingen
In 1933 wordt Hitler gekozen tot minister-president.
Hitler wil niet samenwerken met andere partijen.
De nazi's willen alle macht.

Slide 21 - Diapositive

Rijksdag in brand
Op een nacht wordt het Rijksdaggebouw in brand gestoken.
Hitler geeft communisten de schuld.
Door Machtigingswet krijgt Hitler alle macht in handen.
De nazi's staken de Reichstag, het Duitse regeringsgebouw in de brand. Ze gaven de schuld aan de communisten en wilden nieuwe verkiezingen.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Dictatuur
Hitler schaft de democratie af. 
Duitsland wordt een dictatuur.
Mensen kunnen niet meer zeggen en denken wat ze willen.

De democratie werd afgeschaft, Duitsland veranderde in 1933 in een dictatuur. In een dictatuur heeft 1 persoon alle macht.

Slide 24 - Diapositive

Op weg naar een nieuwe oorlog
Werklozen krijgen werk in wapenfabrieken en het leger.
Er worden veel wegen aangelegd.
Werkloosheid daalt. 
Eigenlijke doel: voorbereiden op een oorlog.

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Wat is propaganda?
A
Jezelf slecht afbeelden en de ander niet
B
Reclame maken voor jezelf
C
Jezelf goed afbeelden en de anderen slecht
D
Een soort verkiezingsposter.

Slide 28 - Quiz

Wat staken de nazi's in 1933 in brand?
A
De Hitlerbunker
B
Het Witte Huis
C
De Eiffeltoren
D
De Reichstag

Slide 29 - Quiz

In welk jaar greep Hitler de macht?
A
1919
B
1930
C
1933
D
1938

Slide 30 - Quiz

Wat is een dictatuur?
A
Dan regeert er iemand in zijn eentje
B
Dan is er sprake van meerdere partijen die regeren
C
Dan zijn er wel verkiezingen, maar staat de uitslag al vast
D
Dan regeren er twee personen

Slide 31 - Quiz

Hoe zorgde Hitler voor werkgelegenheid in Duitsland?
A
Mensen gingen koelkasten en tv's bouwen
B
Mensen ging snelwegen aanleggen en huizen bouwen
C
Mensen gingen wapens bouwen en snelwegen aanleggen
D
Mensen gingen het leger in en tv's bouwen

Slide 32 - Quiz

Welke vragen heb je nog over paragraaf 4.4 Een nieuwe leider?

Slide 33 - Question ouverte

Personen
Adolf Hitler

Begrippen
NSDAP
Propaganda
Machtigingswet
Dictatuur
Fascisme
Nationaalsocialisme

Slide 34 - Diapositive

4.4 Een 7nieuwe leider
1 2,  4, & 7 tm 11

Slide 35 - Diapositive