H3.2 Lenzen VWO

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2,3

H3.2 Lenzen

Checklist

Na deze les kun je uitleggen wat een lens is.

Na deze les weet je wat een positieve en een negatieve lens is.

Na deze les kun je het verschil tussen een convergente en 

divergente lichtbundel uitleggen.

Na deze les kun je uitleggen wat het brandpunt is.

Na deze les kun je constructiestralen tekenen.

Na deze les kun je de vergrotingsfactor berekenen.

Lenzen

Lenzen

Schijven van glas of kunststof.

Licht dat op een bepaalde manier van richting verandert heet breking.

Positieve lenzen:

Deze zijn in het midden het 

dikst (bolle lenzen).

Positieve lenzen hebben een convergerende werking

Het licht breekt iets naar binnen t.o.v. voor de lens. 

Negatieve lenzen:

In midden dunst (holle lenzen).

Negatieve lenzen hebben een divergerende werking

De bundel beweegt uit elkaar t.o.v. er voor.

Wat voor soort lens zie je op de afbeelding?

1. Negatieve lens (Bolle lens)
2. Negatieve lens (Holle lens)
3. Positieve lens (Holle lens)
4. Positieve lens (Bolle lens)

Op de afbeelding zie je een divergerende lichtbundel.

1. Niet waar
2. waar

Maken opgave 2 

Het brandpunt

Evenwijdig licht gaat na breking door het brandpunt (F van focus). Het brandpunt is waar alle lichtstralen bij elkaar komen.

Constructiestralen

 Bepaal waar het beeld achter lens ontstaat.

We doen het altijd met twee constructiestralen.

1 - Door het midden van de lens, verandert niet richting

2 - Evenwijdig aan hoofdas. Na lens door brandpunt (F).

1 Teken de lens, het brandpunt en de hoofdas. F = 1,5 cm

Teken het voorwerp als een pijltje L1 L2 (Voorwerp 3 cm voor de lens en 2 cm lang)

3 Teken het beeldpunt B1 met de twee constructiestralen.

Teken het beeld als een pijl B1B2.

Construeren

Met een bolle lens kun je een beeld maken van een voorwerp. 

Vergrotingsfactor (N)

Vergrotingsfactor (N) = Lengte van het beeld / lengte van het voorwerp.

Bijvoorbeeld de beamer op het bord. Plaatje van de beamer is 2,5 cm. Het beeld op het bord is 1,5 m

Dus vergrotingsfactor is 150/2,5 = 60 

Maken opgave 12 

Checklist

Na deze les kun je uitleggen wat een lens is.

Na deze les weet je wat een positieve en een negatieve lens is.

Na deze les kun je het verschil tussen een convergente en 

divergente lichtbundel uitleggen.

Na deze les kun je uitleggen wat het brandpunt is.

Na deze les kun je constructiestralen tekenen.

Na deze les kun je de vergrotingsfactor berekenen.

Aan de slag

Huiswerk voor maandag 

1, 3 & 14