1 vmbo-kgt 2.5 Organen en cellen: Celdeling

Thema 2 Organen en cellen
2.5 Celdeling
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Thema 2 Organen en cellen
2.5 Celdeling

Slide 1 - Diapositive

wat gaan we vandaag doen?
herhalen vorige les: 2.4 De celkern
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 2.5 Celdeling
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen

Slide 2 - Diapositive

boek blz. 105
5 min. in stilte

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Hoeveel chromosomen zitten er in de celkern van een mens?
A
30
B
40
C
46
D
56

Slide 6 - Quiz

Welk onderdelen heeft een dierlijke cel?
A
Celwand, celplasma, celkern
B
Celplasma, celkern, vacuole
C
Celmembraan, celplasma, celkern
D
Celwand, vacuole, celkern

Slide 7 - Quiz

Welke onderdelen van de plantencel worden hier aangegeven? Sleep het juiste onderdeel naar het juiste vakje. 
Celwand
Celkern
Bladgroenkorrel
Cytoplasma
Vacuole

Slide 8 - Question de remorquage

leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kan je de stappen van de celdeling noemen

Slide 9 - Diapositive

Inleiding
Je lichaam bestaat uit wel dertig biljoen cellen.

In je lichaam ontstaan steeds nieuwe cellen.

Slide 10 - Diapositive

2.5 Celdeling
De buitenste laag van je huid bestaat uit dode cellen.

Elke dag verlies je miljoenen van deze cellen.
Maar ze zijn zo klein, dat je dat niet merkt.



Slide 11 - Diapositive

2.5 Celdeling
In je huid ontstaan steeds nieuwe cellen
Daardoor blijft het aantal cellen in je huid ongeveer gelijk.

Ook op andere plaatsen in je lichaam gaan cellen dood en ontstaan nieuwe cellen. De nieuwe cellen vervangen de dode cellen.

Ook om te groeien maak je nieuwe cellen.

Slide 12 - Diapositive

2.5 Celdeling
Nieuwe cellen ontstaan door celdeling.
Bij een celdeling deelt één cel zich in twee.


Slide 13 - Diapositive

2.5 Celdeling
Mensen hebben in elke celkern 46 chromosomen.
Vóór de celdeling ontstaat van elk chromosoom een kopie.

In de celkern zitten dan 2 keer 46 chromosomen.

Slide 14 - Diapositive

2.5 Celdeling
Daarna gaat de celkern zich delen. Er ontstaan 2 kernen. In elke kern zitten nu weer 46 chromosomen.

Dan deelt ook de rest van de cel zich.

Slide 15 - Diapositive

2.5 Celdeling
Uit 1 cel, de moedercel, ontstaan zo 2 nieuwe cellen, de dochtercellen.

Deze bevatten dezelfde informatie als de moedercel.

Slide 16 - Diapositive

2.5 Celdeling
Na de celdeling gaan de dochtercellen groeien.
De hoeveelheid celplasma neemt toe. Dit heet plasmagroei.

De dochtercellen worden daardoor even groot als de moedercel.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Diapositive

VRAGEN??

Slide 22 - Diapositive

zelf aan de slag
2.5 Celdeling: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 1, 2, 4 maken
(vanaf blz. 108)


Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je de stappen van de celdeling noemen

Slide 30 - Diapositive