6.1 & 6.2 herhaalvragen

Alkanen zijn voorbeelden van
A
verzadigde koolwaterstoffen
B
onverzadigde koolwaterstoffen
1 / 37
suivant
Slide 1: Quiz
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Alkanen zijn voorbeelden van
A
verzadigde koolwaterstoffen
B
onverzadigde koolwaterstoffen

Slide 1 - Quiz

Alkenen zijn voorbeelden van
A
verzadigde koolwaterstoffen
B
onverzadigde koolwaterstoffen

Slide 2 - Quiz

Is dit een alkaan of een alkeen?
A
alkaan
B
alkeen

Slide 3 - Quiz

is dit een alkaan of een alkeen?
A
alkaan
B
alkeen

Slide 4 - Quiz

is een ...... alkaan
A
vertakt
B
onvertakt

Slide 5 - Quiz

Wat is de algemene formule voor een alkaan?
A
CnH2n+1
B
CnH2n+2
C
CnH2n
D
CnHn

Slide 6 - Quiz

Wat is de algemene formule van een alkeen?
A
CnHn
B
CnH2n
C
CnHn+2
D
CnH2n+2

Slide 7 - Quiz

Wat is hier de alkeen?
A
C8H18
B
C7H15
C
C33H66
D
C25H52

Slide 8 - Quiz


Wat zijn isomeren?
A
Zelfde molecuulformule, maar andere structuurformule
B
Zelfde molecuulformule en structuurformule
C
Gelijke structuurformule, maar andere molecuulformule
D
Andere molecuulformule en structuurformule

Slide 9 - Quiz

deze moleculen zijn isomeren van elkaar
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

is een isomeer van
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

De halogenen zitten in:
A
periode 1
B
groep 1
C
periode 17
D
groep 17

Slide 12 - Quiz

Wat is geen halogeen?
A
F
B
Cl
C
I
D
Ne

Slide 13 - Quiz

Welke van deze stoffen is een halogeenalkaan?
A
B
C
D

Slide 14 - Quiz

Hoe heten de koolstofverbindingen met de karakteristieke groep
OH
A
alkaanzuren
B
alkanolen
C
alkaanaminen
D
esters

Slide 15 - Quiz

Hoe heten de koolstofverbindingen met de karakteristieke groep
COOH
A
alkaanzuren
B
alkanolen
C
alkaanaminen
D
esters

Slide 16 - Quiz

Hoe heten de koolstofverbindingen met de karakteristieke groep
NH2
A
alkaanzuren
B
alkanolen
C
alkaanaminen
D
esters

Slide 17 - Quiz

deze verbinding is een
A
halogeenalkaan
B
alkanol
C
carbonzuur
D
ester

Slide 18 - Quiz

Wat zijn de alkanolen?
A
B
C
D

Slide 19 - Quiz

Welke van deze stoffen is een alkaanamine?
A
B
C
D

Slide 20 - Quiz

Hoe heet dit alkaan?
A
octaan
B
nonaan
C
septaan
D
decaan

Slide 21 - Quiz

Welke is het alkaan?
A
C7H12
B
C5H10
C
C9H20
D
C10H16

Slide 22 - Quiz

Wat voor alkaan is dit?
A
Vertakt
B
Onvertakt

Slide 23 - Quiz

Een voorbeeld van een alkeen is
A
ethaan
B
ethyl
C
etheen
D
ethyn

Slide 24 - Quiz

Is dit een alkaan of alkeen?
A
Alkaan
B
Alkeen

Slide 25 - Quiz

Wat is de naam van dit alkaan?
A
5-methylpentaan
B
1-methylpentaan
C
hexaan
D
heptaan

Slide 26 - Quiz

Wat is de naam van dit alkaan?
A
3-methylbutaan
B
2-ethylpropaan
C
2-methylbutaan

Slide 27 - Quiz

Wat is de naam van dit
alkaan?
A
3,4-dimethylbutaan
B
3-methylpentaan
C
2-ethyl-butaan
D
3-ethyl-butaan

Slide 28 - Quiz

Hoe heet deze alkeen?
A
Methaan
B
Etheen
C
Propeen
D
Buteen

Slide 29 - Quiz

Is dit alkeen vertakt of onvertakt?
A
Vertakt
B
Onvertakt

Slide 30 - Quiz

Een isomeer van but-1-een is:

A
butaan
B
but-2-een
C
but-1,3-dieen
D
prop-1-een

Slide 31 - Quiz


Tot welke categorie behoort de volgende stof: 
2-methylbutaan?

A
alkeen
B
halogeenalkaan
C
vertakt alkaan
D
onvertakt alkaan

Slide 32 - Quiz

W Welke zijn geen
isomeren?
A
A en G
B
F en H
C
E en C
D
I en H

Slide 33 - Quiz

Geef de naam van dit halogeenalkaan
A
2-dibroompentaan
B
4-dibroompentaan
C
2,2-dibroompentaan
D
4,4-dibroompentaan

Slide 34 - Quiz

Geef de naam van dit alkanol.
A
Pentaan-1-ol
B
methylpentanol
C
3-methylpentaan-1-ol
D
3-ethyl-butaan-1-ol

Slide 35 - Quiz

Wat is de systematische naam van barnsteenzuur. Gebruik alleen Binas.
A
azijnzuur
B
propaanzuur
C
butaandizuur
D
alkaanzuur

Slide 36 - Quiz


A
halogeenalkaan
B
alkanol
C
alkaanzuur
D
alkaanamine

Slide 37 - Quiz