Klokkijken en woordenschat

Klokkijken en woordenschat
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ISK

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Klokkijken en woordenschat

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Stillezen (15)
  • Woordenschrift + werkblad (30)
  • Klokkijken (15)
  • Doelen check (5)
  • Vrijdag + huiswerk (LEREN)


Slide 2 - Diapositive

ONS DOEL VOOR VANDAAG
  1. Ik kan een geschreven tijd op de klok aanwijzen
  2. Ik ken het verschil tussen middag en nacht met klokkijken

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

DISK klokkijken

Slide 5 - Diapositive

Voorbeeld
De grote wijzer wijst naar de 12, de kleine wijzer wijst naar de 2.

Het is hier 2 uur.

Slide 6 - Diapositive


Hoe laat is het?
A
twaalf uur
B
vier uur

Slide 7 - Quiz

Hoe laat is het?
A
half twaalf
B
half zes

Slide 8 - Quiz

2. Digitale klok


Slide 9 - Diapositive

Hoe zat het ook alweer?
Een digitale klok geeft met cijfers op een scherm
aan hoe laat het is. Dit tijdstip noemen we de
digitale tijd. 

Slide 10 - Diapositive

Hoe doe je dat nou?

Digitaal klokkijken?
Bekijk het filmpje!

Slide 11 - Diapositive


Hoe laat is het?
A
10 voor 11
B
5 over 10

Slide 12 - Quiz

Hoe laat is het?
A
5 over 4
B
5 over 2

Slide 13 - Quiz

De foto van deze klok is gemaakt
in de:
A
nacht
B
ochtend
C
middag
D
avond

Slide 14 - Quiz

Je hebt nu geleerd over:

    • Analoog klokkijken
    • Digitaal klokkijken
    • 24-uurs klok

    Slide 15 - Diapositive

    Slide 16 - Lien

    Huiswerk
    Bronnen en bouwstenen af
    Woordenschrift leren tot en met ''Nou'' en ''Oké''

    Slide 17 - Diapositive