Engels modal verbs & passive

• Engels
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Do you know these words?

Write an English definition or translate to Dutch.

boredom

get on somebody's nerves

obstacle

safe

surprising

challenging

warning

threat

English Modal Verbs

What do you know already? 

Which modal verb?
je zou niet moeten roken als je fit wil blijven.

1. shouldn't
2. may
3. mustn't

Which modal verb?
Je hoeft je niet te haasten, we hebben alle tijd.

1. Should
2. Must
3. don't have to

Which modal verb?
De politie had de dieven moeten oppakken voordat ze die 2e winkel leeg roofden.

1. Might catch
2. must catch
3. had to catch
4. should have caught

Which modal verb?
Je had me kunnen bellen over dat belangrijke probleem ....

1. should have called me
2. could have called me
3. may have called me

What does the modal verb say?

John is allowed to leave the classroom.

1. zekerheid
2. verplichting
3. mogelijkheid
4. toestemming

Which modal verb?
The law says that you ... wait for a red light

1. should
2. have to
3. may
4. can

Which modal verb do you use?
¨Ik ben in staat om een hele zak chips leeg te eten¨

1. could
2. might
3. can
4. be able to

Which modal verb?
Ik moet een gordel om in de auto.

1. should wear
2. have to wear
3. must wear
4. ought to wear

We moesten de rekening betalen.

1. have to pay
2. must have paid
3. had to pay
4. must pay

Het regent misschien vandaag.

1. may rain
2. might rain
3. must rain

Get to work

Book B page 8-9

Exercise 1-4

Done? Read The Boy in the Striped Pyjamas

passive tenses

Even herhalen :

Kies de juiste vorm (passief):
1. De antwoorden werden gegeven door de docent.

1. were given
2. had been given
3. have been given
4. are given

Kies de juiste vorm (passief):
2. Het klimaat is met een paar graden gestegen.

1. was risen
2. had been risen
3. has risen
4. is risen

Kies de juiste vorm (passief):
3. Die films worden vaak bekeken in de bioscoop.

1. were often watched
2. are often watched
3. have often been watched
4. had often been watched

Kies de juiste vorm (passief):
4. De taart was opgegeten voordat ik thuiskwam.

1. was eaten
2. had been eaten
3. is eaten
4. have been eaten

wat is verschil tussen deze twee zinnen?
1. De film was al begonnen toen ik binnenkwam.
2. De taart was al opgegeten voordat ik binnenkwam.

1. de eerste zin is passief en de tweede actief
2. de eerste zin is actief en de tweede passief