Thema 2 Herhaling lezen en woorden

Thema 2 Herhaling lezen en woorden
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Thema 2 Herhaling lezen en woorden

Slide 1 - Diapositive

Welkom bij Nederlands!

Benodigdheden:
  • Leesboek
  • Werkboek en schrift

Zet alvast klaar:
  • Lessonup
    www.lessonup.com
    Log in met je eigen naam en wachtwoord.
  • Online methode
    Ga naar Magister
    Kies voor leermiddelen
    Kies Ne Talent


timer
2:30

Slide 2 - Diapositive


Check in?
A
groene smiley
B
oranje smiley
C
rode smiley

Slide 3 - Quiz

Lezen

Slide 4 - Diapositive

Programma:
  1. Check je kennis lezen en  woorden - terugblik vorige lessen  (zelfstandig)
  2. Zelfstandig werken
  3. Check je  woorden - terugblik van deze les (samen: Kahoot)
Leervragen en leerdoelen:
  1. Een synoniem is...
  2. Ik ken de betekenis van de volgende woorden:

De achtergrond
De mogelijkheid
Voortdurend
Accepteren
Diverse
variant
verantwoordelijk








Inleveren artikel:

Aaron
Dani
Iza
Kyan
Esperanza
 

Slide 5 - Diapositive


Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst?

Slide 6 - Question ouverte

Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 7 - Question ouverte

In de eerste alinea staat het woord 'leren'. In de laatste
alinea wordt een synoniem voor leren gegeven. Schrijf dit synoniem op.

Slide 8 - Question ouverte

In de eerste alinea staat het woord 'leren'. In de laatste
alinea wordt een synoniem voor leren gegeven. Schrijf dit synoniem op.

Slide 9 - Question ouverte

De achtergrond
Andere vorm of manier, variatie

de hele tijd, altijd

Iets aanvaarden zoals het is

De kans


allerlei, verschillende andere


Verplicht ervoor te zorgen dat alles goed gaat
1. Dat wat je achter iets ziet
2. Iemands afkomst , de voorgeschiedenis
De mogelijkheid
Voortdurend
Accepteren
Diverse
Variant
Verantwoordelijk

Slide 10 - Question de remorquage

Weektaak lezen
Thema 2,  2.3 Lezen (online methode)
Basisopdrachten
4(2) - 6 - 7 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13(1) - 13 (2)- 14 (1) - 14 (2) 
Extra opdrachten
5 (1) - 5 (2) - 15 - versterk jezelf (online)
Klaaropdrachten
Lezen in leesboek
Noteer de antwoorden op de lesvragen in je schrift. 
Werk aan fictie opdrachten 2.1
huiswerk 12-12 Lezen af zijn
Verkennend lezen
Verkennend lezen:
  • de titel
  • de kopjes
  • de illustraties
  • opvallende woorden:
  • (vet, schuingedrukt, onderstreept)
  •  getallen
Doe een voorspelling:
  • Wat is het onderwerp van de tekst (Waar gaat de tekst gaat over...)
    Schrijf dit zo kort mogelijk op.
  • Wat weet je er al van? Wat heb je gezien, gehoord of gelezen 
Woordhulp
Bij een moeilijk woord:
Vaak staat de betekenis voor of achter het woord;
Bekijk plaatjes 
Alinea
Een tekst is vaak verdeeld in alinea's.
Een alinea is een stukje tekst van twee of meer zinnen die bij elkaar horen. in iedere alinea staat een stukje van het onderwerp.  De zinnen van een alinea schrijf je achter elkaar.

Zo kun je een alinea herkennen:
  • Een alinea begint altijd op een nieuwe regel.
  • Soms staat er een witregel tussen twee alinea's.
  • Soms begint de eerste regel van een nieuwe alinea met een stukje wit. Dat noem je inspringen.
  • De laatste zin van een alinea loopt meestal niet door tot het einde van de regel.
  •  
Indeling tekst
Een tussenkopje is een dikgedrukte deeltitel boven een alinea. 

Slide 11 - Diapositive

Weektaak woorden
Thema 2,  2.5 Woorden (online methode)
Basisopdrachten
Maak flitskaartjes van de 7 woorden.
2 - 5 - 5- 6- 8 - 11 - 12 - 18 - 19
Extra opdrachten
3 - 4 - 9 - 10 - 16 - 17
Klaaropdrachten
Lezen in leesboek
Noteer de antwoorden op de lesvragen in je schrift. 
2.3 Versterk jezelf
Voorbereiden proefwerk; gebruik de leerdoelen kaart
huiswerk 21-12 moet woorden af zijn
Woordhulp
Bij een moeilijk woord:
Vaak staat de betekenis voor of achter het woord;
Bekijk plaatjes 
Woordenschat woorden
De achtergrond
 1 dat wat je achter iets ziet, bijvoorbeeld op je beeldscherm; 2 iemands afkomst, de voorgeschiedenis

De mogelijkheid
 de kans

Voortdurend
 de hele tijd, altijd

Accepteren
 iets aanvaarden zoals het is

Diverse
 allerlei, verschillende andere

variant
 andere vorm of manier, variatie

verantwoordelijk
 verplicht ervoor te zorgen dat alles goed gaat

Synoniem
Twee verschillende woorden met dezelfde betekenis bijvoorbeeld:

Bladzijde en pagina
Leerdoelenkaart

Slide 12 - Diapositive

Leerstrategieën 
Plan minimaal 4 leermomenten vanaf deze week tot aan 19 december , per leermoment leer je 10 minuten.
Schrijf erbij welke leerstrategie je wilt gebruiken/ uittesten
Oefenen met de betekenis vinden in teksten (T1 en 2 vragen)
Woordenschat uitbreiden door woordjes te leren (R vragen)
De robot 
Zoek een tekst op die je nog niet kent (bijvoorbeeld een nieuwsbericht).

Ga vervolgens in een vaste volgorde te werk:
- Markeer een woord dat je niet kent
- Kijk goed naar het woord, is het een samenstelling, synoniem of kan je de betekenis afleiden?
- Lees eerst de zin verder af, vind je dan de betekenis?
- lees anders de zin ervoor, vind je dan de betekenis?
Woordweb:
Kies een woord waarvan je de betekenis nog niet kent. Zet dit woord midden op een vel en bedenk andere woorden die erbij horen
De kapstok 
je verdeelt de begrippen in groepjes woorden die bij elkaar horen. Dat geeft overzicht! Daardoor onthoud je weer beter en sneller
Flitskaartjes:
Maak flitskaartjes van de woorden, voeg ook plaatjes toe
Maak een eigen verhaal 
Maak met de woorden uit woorden 1 en 2 een eigen verhaal

Slide 13 - Diapositive


Spanning voor de toets? Hoeveel spanning ervaar je voor de toets? 0 is geen spanning en 10 heel veel spanning. Leg je antwoord kort uit.

Slide 14 - Question ouverte

Donderdag maken we nog een oefentoets. Hoe wil je dat de docent de les na de vakantie (laatste les voor het proefwerk) inricht?

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Lien