10.2 Krachten in constructies

10.2 Krachten in constructies


Welkom x4i
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

10.2 Krachten in constructies


Welkom x4i

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Trekkrachten
Drukkrachten
Krachten die iets uitrekken
  • Tuien
Krachten die iets indrukken
  • Pylonen
10.2 Krachten in constructies

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Gewapend beton

+ Drukkrachten
+ Trekkrachten
  • Vloeren




10.2 Krachten in constructies

Slide 5 - Diapositive

Baksteen

+ Drukkrachten
- Trekkrachten

  • Fundamenten
  • Muren
10.2 Krachten in constructies

Slide 6 - Diapositive

Hout

+ Drukkrachten
+ Trekkrachten


Starre driehoeken




10.2 Krachten in constructies

Slide 7 - Diapositive

H-profiel

Geef meer stevigheid

10.2 Krachten in constructies

Slide 8 - Diapositive

Een kracht kan:
A
vorm en richting veranderen
B
richting en snelheid veranderen
C
vorm en snelheid veranderen
D
vorm, snelheid en richting veranderen.

Slide 9 - Quiz

Welke kracht is de kracht die bewegingen tegenwerkt, zoals tegenwind.
A
Veerkracht
B
Spierkracht
C
Wrijvingskracht
D
Zwaartekracht

Slide 10 - Quiz

Wat is geen kenmerk van
een kracht?
A
Je kan een voorwerp van richting veranderen
B
Je kan een voorwerp vervormen
C
Je kan een voorwerp van snelheid veranderen
D
Je kan krachten zien

Slide 11 - Quiz

Krachten kan je meten met een
A
weegschaal
B
veerunster
C
thermometer

Slide 12 - Quiz

Lees de grootte van de kracht op de krachtmeter af.
De kracht is...
A
2,5N
B
2,2N
C
2,6N
D
2,8N

Slide 13 - Quiz

Wat is de eenheid van kracht?
A
Liter
B
Newton
C
Gram
D
Meter

Slide 14 - Quiz

een kracht herken je aan.....
A
verandering van vorm
B
verandering van beweging
C
verandering van richting
D
alle drie zijn goed

Slide 15 - Quiz

Kracht is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 16 - Quiz

De constructie hiernaast gebruik ik om een
lamp op te hangen.
Welke kracht(en) ondervindt balk A?
A
Drukkracht
B
Trekkracht
C
Beiden

Slide 17 - Quiz

De constructie hiernaast gebruik ik om een
lamp op te hangen.
Welke kracht(en) ondervindt balk B?
A
Drukkracht
B
Trekkracht
C
Beiden

Slide 18 - Quiz

De constructie hiernaast gebruik ik om een
lamp op te hangen.
Welke kracht(en) ondervindt balk C?
A
Drukkracht
B
Trekkracht
C
Beiden

Slide 19 - Quiz

Met welke twee hulpmiddelen kun je zowel trek- als drukkrachten overbrengen?
A
touwen
B
balken
C
stangen
D
kettingen

Slide 20 - Quiz

Aan de slag!

  • Lees 10.2  (p. 81-84 van Nova deel 4A) 
  • Maak opdr. 1 t/m 9 (p. 84-88 van Nova deel 4A

Huiswerk voor de volgende les is 10.2 opdr 1 t/m 9 afmaken.
10.2 Krachten in constructies

Slide 21 - Diapositive