B3 thema 2 BS 5 Geboorte

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

BS 5 Geboorte

Bij bevruchting ontstaat een bevruchte zaadcel.

1. Ja
2. Nee

Wanneer spreken we van een bevruchting?

1. Als een man klaarkomt
2. Als een vrouw ongesteld wordt
3. Als de spermacel en eicel samengesmolten zijn
4. Als een vrouw een ovulatie heeft

Waar worden de eicellen bevrucht?

1. vagina
2. baarmoeder
3. eierstok
4. eileider

Innesteling

Ovulatie

Menstruatie

Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde

 Geslachtsgemeenschap

Zaadlozing

Bevruchting

Innesteling

Zwangerschap

Bevalling

BS 5 Geboorte

Inleiding geboorte

Negen maanden groeit het ongeboren kindje in de baarmoeder.

Dan volgt de fase van de indaling, gevolgd door de geboorte. 

De geboorte (bevalling) gaat in een aantal stappen:

de ontsluiting

de uitdrijving

de nageboorte

Indaling

Start indaling paar weken voor de bevalling

Ontsluiting

• De baarmoedermond gaat open door (voor)weeën
  
• Vruchtvliezen breken

Ontsluiting

- De baarmoederhals gaat openstaan door  weeën.

- Ongeveer 1cm per uur.

- Volledige ontsluiting: 10cm openstaan.

Uitdrijving

 Persweeën (spieren in de buikwand en in de baarmoederwand trekken samen) duwen de baby naar buiten.

Nageboorte

Ongeveer een kwartier na de komst van de baby komt de nageboorte uit de moeder met persweeën.

Nageboorte = De placenta, de resten van de navelstreng en de  vruchtvliezen.

Nageboorte 

Nageboorte opengehouden door verloskundige

Verkeerde ligging

Stuitligging: andersom

Dwarsligging: dwars -> keizersnede

Aan het werk:

Lezen BS 5 Geboorte

Maken opdrachten: 1, 2, 3, 4, 5, 7