Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Instructions
Lesdoelen
- De leerling kan het belang van een trailer beschrijven.
- De leerling leert over de betekenis van humor in een verhaal.
- De leerling maakt kennis met vertelperspectieven en kan beschrijven wat een egodocumentaire is.
- De leerling leert over het effect van reacties op films.
- De leerling weet wat een POV-camerastandpunt is en wat voor effect het heeft op de kijker.
Werkwijze
Van de film Pisnicht: The Movie (2019, 45 min, Nicolaas Veul) bekijk je met de klas vijf fragmenten. Dit lesmateriaal kan voor of na het kijken van de film worden behandeld. Aan het einde van het lesmateriaal vind je kijkvragen die alleen na het zien van de film besproken kunnen worden. Je kunt de les uitprinten, inclusief de notities per dia, door op de printknop te drukken rechtsboven in het scherm.
Meer filmlessen van het Nederlands Film Festival? Kijk dan hier. [link nog toevoegen]
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Introductie
Filmmakers zetten allerlei middelen in om onze blik te sturen. Wij zien dus wat de filmmaker wil dat wij zien. In hoeverre is de leerling zich hiervan bewust? Dit lesmateriaal van Pisnicht: The Movie is geschikt voor middelbare scholieren (vanaf jaar 2). In deze les worden vragen gesteld over het narratief (op welke manier de inhoud verteld wordt), de filmische vormgeving (beeld en geluid) en de context.
Synposis
'Pisnicht' of 'vuile flikker'. Wat de een humor noemt, is voor de ander reden om nóg dieper de kast in te kruipen. Nicolaas Veuls zoektocht naar de impact van homoscheldwoorden voert hem naar scholen, voetbalkleedkamers, en zijn eigen jeugd.
Vraag of opdracht
Extra informatie
Tip of weetje
Slide 2 - Diapositive
Legenda
Waar staan de iconen voor, hoe werkt deze les?
Klik in de volgende dia's op de iconen voor uitleg.
Bekijk de filmposter. Waar gaat de film over denk je?
Als je alleen de titel leest, waar denk je dan dat de film over gaat?
Slide 3 - Diapositive
Introductie
Laat de leerlingen naar de filmposter kijken en vraag naar hun gedachtes en/of verwachtingen.
* Als de leerlingen de film al hebben gezien, vraag hen dan alleen naar de elementen die je van de filmposter af kunt lezen en hoe dit past bij het verhaal van de documentaire.
Trailer
Een trailer is een officiële aankondiging van een film.
Je krijgt een voorproefje te zien van wat komen gaat.
Slide 4 - Diapositive
Fragment 1
De leerling bekijkt de trailer van de film. Bespreek eerst de definitie van een trailer. Introduceer vervolgens het gebruik van humor in te trailer die verwijst naar de humoristische insteek van de regisseur.
Uitleg trailer
Een trailer is een officiële aankondiging van een film. Je krijgt een voorproefje te zien van wat komen gaat.
Slide 5 - Vidéo
Trailer
Je hebt net de trailer bekeken, waar denk je nu dat de film over gaat? Is je mening veranderd?
Wat is het doel van een trailer?
Zitten er ‘spoilers’ in deze trailer?
Waarom denk je dat de filmmakers ervoor hebben gekozen om een gescripte scène op te nemen als trailer voor een documentaire?
Slide 6 - Diapositive
Introductie - Trailer
Antwoordsuggesties:
- Eigen inbreng
- Een trailer wordt gemaakt om de film te promoten en is meestal al geruime tijd voor het uitbrengen van de film te zien. Soms laat een trailer al korte fragmenten zien uit de film. Soms geeft een trailer al iets weg over de film wat je nog niet wist of iets wat je liever nog niet had willen weten voor het zien van de film (spoilers).
- Nee, je ziet geen fragmenten uit de documentaire zelf, maar een in scène gezette sketch. Wel geeft de trailer de kijker hints over het onderwerp van de documentaire.
- De gescripte trailer maakt duidelijk dat de filmmakers grappen niet schuwen en dat zij met de nodige humor naar een serieus onderwerp kijken.
Nicolaas Veul:
“Zo kan het ook. Humor, nu eens niet ten koste van de homo, maar van degene die homo’s belachelijk maakt.”
Slide 7 - Diapositive
Quote
“Zo kan het ook. Humor, nu eens niet ten koste van de homo, maar van degene die homo’s belachelijk maakt.”
Vind je dat een film over een serieus onderwerp ook grappig mag zijn? Wanneer wel? Wanneer niet?
Slide 8 - Diapositive
Context - De ernst van humor
Nicolaas Veul (regisseur en de hoofdrol in de documentaire) onderzoekt de dunne lijn tussen grappen en homofobie, maar schuwt humor niet.
Antwoordsuggesties:
- Ja, humor is een middel om een bepaald onderwerp te begrijpen en er mee om leren gaan. De filmmaker moet wel genuanceerd te werk gaan, want wat sommigen als grappig ervaren, kan voor anderen kwetsend zijn.
- Een humoristische benadering zorgt voor een luchtige sfeer, maar het zorgt ook voor meer verbondenheid met het onderwerp. Ook schept het een vorm van herkenbaarheid. Je vindt vaak iets grappig omdat je het herkent. Dit maakt het verhaal een stuk relevanter.
- Eigen inbreng
Slide 9 - Vidéo
Humor in de film
In dit fragment vertelt de acteur Nicolaas Veul zelf over he gebruiken van humor in de film.
05:50 – 06:33
Slide 10 - Diapositive
Fragment 2
De leerling bekijkt een fragment waarin Nicolaas vertelt over zijn ervaringen. In een egodocumentaire neemt de filmmaker een privékwestie als uitgangspunt en is vervolgens hoofdpersoon in zijn eigen film. Vaak gaat het over een familieprobleem, een zoektocht naar de eigen identiteit of een standpunt over een sociaal-maatschappelijk onderwerp.
Vanuit wiens perspectief wordt de documentaire verteld?
Hoe weet je dit?
Waarom zou de regisseur hebben gekozen voor deze vorm?
Slide 11 - Diapositive
Narratief - Vertelperspectief (ego documentaire)
Antwoordsuggesties:
- Vanuit het ik-perspectief, in deze vertelvorm is de hoofdpersoon aan het woord. Bij documentaires wordt dit dus egodocumentaire genoemd.
- In dit fragment is Nicolaas aan het woord. Je hoort hem praten over zijn jeugd en je ziet hem in beeld. Hij gebruikt woorden als ik en mij. Dit toont aan dat het over hemzelf gaat.
- De aanleiding van de documentaire is een verhaal wat Nicolaas zelf heeft ervaren. Doordat het zijn eigen verhaal is, kun je je beter identificeren met de verteller.
00:00 – 02:22
Slide 12 - Diapositive
Fragment 3
De leerlingen bekijken een fragment waarin Nicolaas de straat op gaat en probeert mensen in te laten zien wat het betekent om als homo op te groeien en continu geconfronteerd te worden met het feit dat je anders bent en volgens sommigen minder of zelfs vies.
Om dit doel te bereiken maakt hij gebruik van verschillende stijlen om interviews af te nemen. In dit fragment ligt de focus op de volgende stijl: de voxpop.
Wat zouden andere manieren kunnen zijn om interviews af te nemen op camera? En waarom zijn deze technieken interessant voor een documentaire?
Waarom denk je dat Nicolaas heeft gekozen voor het opnemen van een voxpop?
Wat is het nadeel van het gebruiken van een voxpop?
Voxpop
Een voxpop is een gefilmd interview met mensen op straat. Het doel van een voxpop is om een spontane reactie te vangen van de ‘gewone’ mens.
Slide 13 - Diapositive
Filmische vormgeving - Interviewstijlen
Antwoordsuggesties:
- Nicolaas wil een spontane reactie ontvangen. Deze reacties komen meestal als mensen onvoorbereid zijn op de vragen die gaan komen. Ze antwoorden dan met wat hen als eerste te binnen schiet. Dit levert dan weer belangrijke inzichten voor zijn doel.
- Nicolaas kan niet weten wat de mensen op straat gaan antwoorden. In andere interviews kun je soms sturen waar je naartoe wilt, maar bij zo’n momentopname van een voxpop kan dit niet. Dit kan resulteren in dat een voxpop achteraf toch niet bruikbaar blijkt te zijn.
- Eigen inbreng, maar: een 1-op-1 interview, waarbij je door kan vragen en dieper ingaat op de ervaringen van de geïnterviewde. Groepsinterviews, waar je kan zien hoe de mensen op elkaar reageren en of er sprake is van groepsdruk.
Uitleg Voxpop
Een voxpop is een gefilmd interview met mensen op straat. Het doel van een voxpop is om een spontane reactie te vangen van de ‘gewone’ mens. Voxpop komt van het latijnse woord vox populi, wat de stem van het volk betekent.
14:12 – 15:22
Slide 14 - Diapositive
Fragment 4
De leerling bekijkt een fragment waarin de filmische vormgeving centraal staat. Vraag hen te letten op verschillende camerastandpunten; de hoek en het perspectief van waaruit de camera het te filmen object ziet.
Als je kijkt naar hoe dit fragment gefilmd is, wat valt je dan op?
Wat voor camerastandpunt is er aangenomen om dit beeld te creëren?
Waarom is er denk je voor dit standpunt gekozen?
Slide 15 - Diapositive
Filmische vormgeving - Camerastandpunt (POV)
Antwoordsuggesties:
- Eigen inbreng
- In dit fragment maak je vooral kennis met het camerastandpunt: POV. POV is de afkorting voor Point of View: 'punt waar je vandaan kijkt'. Je bekijkt de scène door de ogen van het personage: je ziet de wereld zoals hij of zij die ziet.
- Nicolaas gebruikt dit cameraperspectief om een beeld te creëren waarin jij je goed kunt inleven in het personage. Hij versterkt dit beeld door een voice-over en beelden van het internet te gebruiken.
Slide 16 - Vidéo
Negatieve reacties
In dit fragment vertelt de acteur Nicolaas Verheul wat, voor vaak dubbel gevoel, negatieve reacties hem gaven bij het maken van deze ego documentaire.
Hoe denk jij zelf over het onderwerp?
Wat was het doel van Nicolaas Veul bij het maken van deze documentaire? Heeft hij zijn doel bereikt?
Hoe had de documentaire eruitgezien als het geen egodocumentaire was?
Wat heb je geleerd van deze documentaire?
Vragen na het zien van de film
Slide 17 - Diapositive
Vervolgsuggesties
Deze vragen kunnen behandeld worden als de leerling de film heeft gezien.