quiz doelgroep

Quiz
doelgroepen
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingHBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Quiz
doelgroepen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Secundaire veroudering is:
A
Lichamelijke aftakeling die veroorzaakt wordt door omgevingsfactoren of individueel gedrag
B
Gezondheidsrisico's voor verkoudheden en andere lichte ongemakken
C
Afname van longcapaciteit door te weinig beweging
D
De veroudering na het 30ste levensjaar

Slide 2 - Quiz

Feldman, pag. 9

Wat is coping?
A
Omstandigheden die we stressoren noemen
B
Om kunnen gaan met stress
C
Hyperventileren
D
Onaangename bedreigingen

Slide 3 - Quiz

Feldman, pag. 13

Tot welke leeftijd zijn je hersenen in ontwikkeling?
A
16 jaar
B
18 jaar
C
25 jaar
D
35 jaar

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent autonomie?
A
Gelijkheid
B
Onafhankelijk
C
Alleenrecht
D
Gezamenlijk

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Heeft sociale media
(en de reacties van mensen)
invloed op hoe jij over jezelf denkt?
A
JA!
B
NEE!
C
Een beetje
D
Doe niet aan social media

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een gevoel van eigenwaarde en zelfrespect hoort bij:
A
Lichamelijke behoefte
B
Sociale behoefte
C
Behoefte aan waardering
D
Behoefte aan veiligheid

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

'De vorm van intelligentie waarbij je denkhandelingen kan uitvoeren vanwege het gevolgde onderwijs en ervaring' heet....
A
vloeiende intelligentie (fluid intelligence)
B
gekristalliseerde intelligentie (crystallised intelligence)
C
kwalitatieve intelligentie
D
logische intelligentie

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welke drie belangrijke componenten bestaat intelligentie volgens Sternberg?
A
componentiele, experimentele en contextuele component
B
contextuele, introverte en extraverte component
C
experimentele, empirische en introverte component

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een carriére kieze is een belangrijk stadia bij jongvolwassenen. Welke drie stadia moeten mensen doorlopen bij het kiezen van een beroep volgens Ginzberg?



A
Fantasie periode tijdens de adolescentie, de realistische periode tijdens de kindertijd en de experimentele periode tijdens de vroege volwassenheid.
B
De experimentele periode tijdens de kindertijd, de fantasie periode tijdens de adolescentie en de realistische periode tijdens de vroege volwassenheid.
C
De fantasieperiode tijdens de kindertijd, de experimentele periode tijdens de adolescentie en de realistische periode tijdens de vroege volwassenheid.

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is gestalt?
A
De hersenen gaan door meer informatie heen, dan we eigenlijk nodig hebben, dus maken ze het eenvoudiger.
B
De hersenen organiseren een eenvoudige, hele perceptie voordat ze de losse delen beseffen.
C
Je ziet eerst de losse elementen en dan vormt het pas een geheel.
D
Gestalt is een psychische stoornis.

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

'De vorm van intelligentie waarbij je denkhandelingen kan uitvoeren vanwege het gevolgde onderwijs en ervaring' heet....
A
vloeiende intelligentie (fluid intelligence)
B
gekristalliseerde intelligentie (crystallised intelligence)
C
kwalitatieve intelligentie
D
logische intelligentie

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een dertigers dilemma heeft verband met
A
In je 30e levens jaar een trauma te hebben opgelopen
B
Er achter komen dat je ouder wordt.
C
Dat je keuzestress hebt

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

. Wat is NIET waar over
executieve functies?

A
Staat voor de uitvoerende regelfuncties van je hersenen
B
Een voorbeeld is het onthouden en verwerken van opdrachten
C
Term uit de neurowetenschap
D
Het gaat gericht om het plannen

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is ontwikkeling?
A
Het groter en zwaarder worden van een organisme
B
Een groeispurt
C
Een vlinder
D
Verandering in de bouw van een organisme

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk gestalt principe is dit?
A
Law of closure/wet van geslotenheid
B
Law of similarity/wet van gelijkheid
C
Law of proximity/wet van nabijheid
D
Law of continuity/wet van continuïteit

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een ontwikkelingsachterstand.....
A
Heb je voor de rest van je leven
B
Groei je vanzelf overheen
C
Is met ondersteuning in te halen

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op deze leeftijd begint de lichamelijke achteruitgang
A
25
B
30
C
35
D
40

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

'De vorm van intelligentie waarbij je denkhandelingen kan uitvoeren vanwege het gevolgde onderwijs en ervaring' heet....
A
vloeiende intelligentie (fluid intelligence)
B
gekristalliseerde intelligentie (crystallised intelligence)
C
kwalitatieve intelligentie
D
logische intelligentie

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is de leeftijd van "jonge ouderen"
A
60 tot 70
B
65 tot 75
C
55 tot 65
D
50 tot 65

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is artrose?
A
heel vaak spierpijn hebben
B
slijtage
C
een aandoening van de spieren
D
een aandoening van de gewrichten

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is een enkel gevolg van het "lege nest syndroom"?
A
probleemdrinkers neemt toe
B
ouders scheiden van elkaar
C
verlies van werk
D
er komt uiteindelijk niks terecht van de kinderen

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


De periode na de menopauze wordt ook wel .... genoemd.
A
Menopauze
B
Pre-menopauze
C
postmenopauze
D
Perimenopauze

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Stelling I: Menopauze is een ander woord voor de overgang
Stelling II: De laatste menstruatie word ook wel menopauze genoemd
A
Stelling I is juist en stelling II is onjuist
B
Stelling I is onjuist en stelling II is juist
C
Geen van beide zijn juist
D
Beide stellingen zijn juist

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat moet je vooral niet vergeten bij het lesgeven aan 'ouderen'
A
Dat ze plezier moeten hebben!
B
Dat ze kunnen aangeven wat ze wel en niet kunnen.
C
Dat ze meer kunnen dan je denkt.
D
Bovenstaande antwoorden zijn juist.

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer vind de midlife crisis plaats?
A
12-22 jaar
B
22-35 jaar
C
35-50 jaar
D
50-75 jaar

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Methodes die gebruikt worden in de zorg 
Gentle teaching is?

EMB mensen zoveel mogelijk zelf laten waarnemen en ervaren. 
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een depressie bij ouderen wordt nog wel eens toegeschreven aan ouderdom
A
waar
B
niet waar

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Idiosyncratische ontwikkeling heeft verband met
A
In staat bent een eigen wending aan je leven te geven
B
Staan de interindividuele verschillen tussen mensen

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions



EMB mensen zoveel mogelijk zelf laten waarnemen en ervaren is ?
A
Basale stimulatie
B
Secundaire stimulatie

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mensen met een verstandelijke beperking, omgang met verschillende hulpmiddelen tijdens communicatie. Hierbij wordt gebruik gemaakt van pictogrammen, gebarentaal, afbeeldingen etc. 
A
Digitale communicatie
B
Totale communicatie

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is primary aging/ primaire verouderingsproces?
Is het Versnelde veroudering ten gevolge van ziektes, stress, of een trauma.

A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is secundary aging? secundaire verouderingsproces?
Is het Versnelde veroudering ten gevolge van ziektes, stress, of een trauma.

A
Waar
B
Niet waar

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem drie oorzaken waarom oudere volwassenen hulp nodig kunnen hebben?
(kies meerdere)
A
Verveling
B
Psychisch
C
Lichamelijk
D
Bijzondere omstandigheden

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is de juiste volgorde van de 5 fasen van rouw volgens Kubler Ross
A
boosheid - gevecht-aanvaarding - depressie-ontkenning
B
begrip- gevecht- boosheid-ontkenning- depressie
C
ontkenning- boosheid- gevecht- aanvaarding-depressie
D
ontkenning-boosheid-gevecht- depressie- aanvaarding

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een disharmonisch profiel
A
Is er een verschil in score tussen taal en ruimtelijk inzicht
B
Is er een verschil in gedrag tussen de kinderen
C
D

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de meest voorkomende vorm van dementie?
A
Fronto-temporaal
B
Lewy-Body
C
Alzheimer
D
Vasculair

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is de juiste volgorde van de 5 fasen van rouw volgens Kubler Ross
A
boosheid - gevecht-aanvaarding - depressie-ontkenning
B
begrip- gevecht- boosheid-ontkenning- depressie
C
ontkenning- boosheid- gevecht- aanvaarding-depressie
D
ontkenning-boosheid-gevecht- depressie- aanvaarding

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions