Welkom, ga zitten volgens plattegrond, maak startopdracht in stilte en leg je huiswerk open op tafel
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3
Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Welkom, ga zitten volgens plattegrond, maak startopdracht in stilte en leg je huiswerk open op tafel
Slide 1 - Diapositive
Programma
Bespreken huiswerk
Herhalen H1
Aan het werk
Les afsluiten
Slide 2 - Diapositive
Oefentoets
Deze oefentoets gaat over hoofdstuk 1
Pak je laptop en log in op LessonUp.
Slide 3 - Diapositive
wat is geen primaire behoefte
A
een boterham
B
een tv
C
een huis om in te wonen
D
goede schoenen
Slide 4 - Quiz
welke van onderstaande is een voorbeeld van een schaars goed
A
wind
B
zonlicht
C
bos
D
tijd
Slide 5 - Quiz
Alles wat je nodig hebt om te kunnen leven, zoals voedsel, kleding, woonruimte en gezondheidszorg.
Het kopen van producten.
Alles wat je kunt vastpakken. Bijvoorbeeld je mobiele telefoon.
Alles wat iemand voor je doet. Bijvoorbeeld de fietsenmaker die je fiets maakt. Of de kapper die je haar knipt.
Alles wat je graag zou willen hebben, maar niet persé nodig is.
Basisbehoeften
Consumeren
Goederen
Diensten
Overige behoeften
Slide 6 - Question de remorquage
In de economie gaat het vaak over welvaart, als Thijs de spelcomputer door een verhoging van zijn loon nu vaker uit eten kan, wordt zijn welvaart , dit betekent dat je in meer kunt voorzien. Je kunt je welvaart ook vergroten door
Kies uit:
behoeften
zelfvoorziening
groter
kleiner
schaarste
goederen
Slide 7 - Question de remorquage
gratis koffie of thee op haar werk;
Rente op haar spaarrekening
loon voor het werken in de Tuin
Het inkomen van Esmee bestaat uit drie soorten sleep de goede inkomens vorm er achter.
loon in natura
loon uit bezit
loon uit arbeid
Slide 8 - Question de remorquage
Leg uit hoe zelfvoorziening kan zorgen voor meer welvaart
Slide 9 - Question ouverte
Jeroen heeft een goede baan, maar ook een duur huis, waardoor hij maandelijks maar weinig geld overhoudt om leuke dingen te gaan doen. Dat vindt hij lastig. Leo woont in een klein huis aan de rand van het dorp. Omdat hij werkloos is, heeft hij genoeg tijd om in zijn tuin te werken. Hij verbouwt er groente en voorziet zo in zijn behoeften. Wie is volgens jou het meest welvarend? Leg je antwoord uit
Slide 10 - Question ouverte
Hoe noem je het afstemmen van je uitgaven op je inkomsten?
Slide 11 - Question ouverte
Economische groei kan zorgen voor inflatie. Leg uit hoe dit kan.
Slide 12 - Question ouverte
Alles wat een bedrijf doet om meer te verkopen heet ...
A
Reclame
B
Promotie
C
Marketing
D
PR
Slide 13 - Quiz
De 6P's worden ook wel ... genoemd.
A
Marketing hulpmiddelen
B
Marketingmix
C
Marketing
groepering
D
Marketing
gereedschap
Slide 14 - Quiz
dit is een voorbeeld van marketing:
A
prijs
B
promotie
C
plaats
D
product
Slide 15 - Quiz
Om welke P van marketing gaat het? Er zijn veel concurrenten in een stadswinkelcentrum.
A
Prijs
B
Product
C
Plaats
D
Promotie
Slide 16 - Quiz
Het assortiment speelt een belangrijke rol in de marketingstrategie van Action. Tot welk onderdeel van de marketing behoort het assortiment?
A
plaatsbeleid
B
prijsbeleid
C
productbeleid
D
promotiebeleid
Slide 17 - Quiz
Wat is het doel van een begroting?
A
Een begroting geeft je inzicht in je toekomstige inkomsten en uitgaven.
B
Een begroting dient als bewijs voor de belastingdienst
C
Een begroting zorgt ervoor dat je genoeg geld uitgeeft.
D
Een begroting is een goede oefening in hoofdrekenen.
Slide 18 - Quiz
Manon besteedt per maand 40% van haar uitgaven aan uitgaan en in de schoolkantine. Ze besteedt 10% van haar uitgaven aan de afbetaling van haar smartphone. Bereken de ontbrekende bedragen in de begroting van Manon.
Schrijf je berekeningen op.
Slide 19 - Question ouverte
€16 van €175 is ....% Rond af op hele procenten
Slide 20 - Question ouverte
Aan de slag
Wat
Maken samenvatting op blz 26, leren begrippen op blz 27