BK1H 5.3 Sociale Media 27-02-25

27-02-'25
op de tafel: 
werkboek

1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

27-02-'25
op de tafel: 
werkboek

Slide 1 - Diapositive

Welkom 1H
Wat gaan we doen deze les?
  • 10 Minuten lezen: nieuwe aanpak.
  • Verder werken in lesboek >
     Emoji & Afko's.
leerdoelen:
Je weet:
1) wat Emoji zijn en doen.
2) waarvoor afko's staan.

Slide 2 - Diapositive

Lezen: nieuwe aanpak
1) Ik noteer welk boek elke leerling leest.
2) Jullie krijgen een 'boekenlegger'. Zet je naam
    erop en houd 'm in 'jouw' boek.
3) Boek uitgelezen? Wees trots op jezelf! Je vult
    een korte vragenlijst in voor een extra punt.
    De spelregels volgen nog.
4) Begin in een nieuw boek.
5) Eind van het schooljaar gaan jullie
    boeken-speeddaten.
Waarom lezen?
+ woordenschat
+ concentratie
+ begrijpend lezen
+ inleven / fantasie


timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Lesboek
5.4 - 18: Taal van Emoji > klassikaal (blz. 122)
5.4 - 19: Emoji en afkortingen > klassikaal
       - 21: Je mening geven > klassikaal

Klaar?
Verder met Fictiedossier.
Hulp nodig?
1) opdr. goed lezen
2) overleg met klasgenoot
3) vraag docent 


timer
10:00

Slide 4 - Diapositive

Afsluiting
  • Leerdoelen: antwoorden?
  • Op maandag werken we voor de laatste   keer aan het Fictiedossier. 
  • Fictie-dossier compleet inleveren > maandag 3 maart!
  • Toets PTD6 - Sociale media = 13 maart.
leerdoelen:
Je weet:
1) wat Emoji zijn en doen.
2) waarvoor afko's staan.

Slide 5 - Diapositive

Hele werkwoorden
Werkwoorden (ww) werken. Ze doen iets. 
  • Lopen. Denken. Verdienen. 

Vindproef > Zet er ik / jij / wij voor. Klopt dat?
  • Ik loop. Jij denkt. Wij verdienden.
Let op ww over het weer: daar kan alleen het voor.
  • Onweren > het onweert. Sneeuwen > het sneeuwt.

leerdoel:
ww. herkennen

Slide 6 - Diapositive

Werkwoordsvorm 1 = de pv
Persoonsvorm (pv) = enige ww. dat zich aanpast.
  • aan de persoon die het doet
  • aan de tijd: tegenwoordige tijd of verleden tijd.
Ik loop de trap af. 
  • andere persoon = Wij lopen de trap af. 
  • andere tijd = Ik liep de trap af.
Vindproef > Zet de zin in een andere tijd. Het woord dat verandert = pv. Tijdproef.

Samen oefenen: Learnbeat 4.1 F opdracht 3

leerdoel:
pv. herkennen

Slide 7 - Diapositive

Werkwoordsvorm 2 = vdw
Voltooid deelwoord (vdw) = ww. dat aangeeft 
dat iets voltooid is = het is gebeurd. Staat altijd in 
een zin met de hulpww. hebben / worden / zijn.
  • Jan heeft het brood gebakken.
  • Bestellingen worden door hem bezorgd.
  • De broden zijn al snel allemaal verkocht.

Vindproef > Een vdw. begint vaak met ge... / be.../ ver...

Samen oefenen: Learnbeat 4.1 F opdracht 5

leerdoel:
vdw. herkennen

Slide 8 - Diapositive

Alle werkwoorden samen
Werkwoordelijk gezegde (wwg) = alle ww. in 
een zin. Vormen samen de kern van de zin >
kort gezegd.
  • Jan heeft het brood gebakken.
Splitsbaar ww = ww staat in twee delen in de zin. 
  • De docent geeft het huiswerk op
Wwg met 'te' en 'aan te':
  • Zij zit een spannend boek te lezen.
Samen oefenen: Learnbeat 4.1 F opdracht 7

leerdoel:
wwg. herkennen

Slide 9 - Diapositive

Mijn (huis)regels
1) Tijdens mijn instructie, luistert iedereen.
     Ik geef per onderdeel aan wat ik verwacht: 
  • zelf werken in stilte
  • samenwerken 

2) Blijf van elkaar en elkaars spullen af. 

3) Na 2 waarschuwingen neem ik maatregelen.

4) Water drinken en gebruik oortjes / koptelefoon = toegestaan. 
5) Laat je plek netjes achter = stoel aanschuiven; tafel en vloer leeg.
doel
verwachting duidelijk maken



Slide 10 - Diapositive