Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
1.3 ALINEA UITLEG blz. 24
Een tekst is verdeeld in alinea's. Een alinea is een tekstblokje van zinnen die bij elkaar horen. In een alinea staat een stukje van het onderwerp, deelonderwerp.
Een alinea herken je aan:
een alinea begint altijd op een nieuwe regel;
soms staat er een witregel tussen de alinea's;
soms begint de eerste regel van een nieuwe alinea met een stukje wit dat noem je inspringen;
de laatste zin van een alinea loopt meestal niet door tot het einde.
Slide 7 - Diapositive
Welke vraag stel je om het onderwerp te vinden van een tekst?
Slide 8 - Question ouverte
Het onderwerp van een tekst mag een hele zin zijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Onjuist, want het mag maximaal ... woorden lang zijn.
Slide 10 - Question ouverte
Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
1.3 aant. onderwerp van een tekst
Ieder tekst gaat over iets, dat noem je een onderwerp.
Hoe kun je het onderwerp vinden?
lees de titel
kijk naar de woorden die vet- of schuingedrukt zijn
bekijk de plaatsje
Stel de vraag: Waarover gaat deze tekst?
Het onderwerp is altijd een of een paar woorden.
timer
4:00
Slide 11 - Diapositive
Herkennen van een titel...
Slide 12 - Carte mentale
Herkennen van een tussenkopje...
Slide 13 - Carte mentale
Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
1.3 titel en tussenkopje
Bijna elke tekst heeft een titel. Meestal noemt de titel het onderwerp of geeft aanwijzingen over het onderwerp. Een titel van een krant noem je een kop. Meestal zijn de letters vaneen titel groter gedrukt.
Soms staan er in een tekst ook tussenkopjes (of kopjes). Deze vertellen waarover het tekstgedeelte eronder over gaat. Zo kun je makkelijk deelonderwerpen vinden in de tekst.
Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
1.3 ALINEA UITLEG blz. 24
Een tekst is verdeeld in alinea's. Een alinea is een tekstblokje van zinnen die bij elkaar horen. In een alinea staat een stukje van het onderwerp, deelonderwerp.
Een alinea herken je aan:
een alinea begint altijd op een nieuwe regel;
soms staat er een witregel tussen de alinea's;
soms begint de eerste regel van een nieuwe alinea met een stukje wit dat noem je inspringen;
de laatste zin van een alinea loopt meestal niet door tot het einde.
Slide 23 - Diapositive
Welke vraag stel je om het onderwerp te vinden van een tekst?
Slide 24 - Question ouverte
Het onderwerp van een tekst mag geen hele zin zijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quiz
Juist, want het mag maximaal ... woorden lang zijn.
Slide 26 - Question ouverte
Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
1.3 aant. onderwerp van een tekst
Ieder tekst gaat over iets, dat noem je een onderwerp.
Hoe kun je het onderwerp vinden?
lees de titel
kijk naar de woorden die vet- of schuingedrukt zijn
bekijk de plaatsje
Stel de vraag: Waarover gaat deze tekst?
Het onderwerp is altijd een of een paar woorden.
timer
4:00
Slide 27 - Diapositive
Herkennen van een titel...
Slide 28 - Carte mentale
Herkennen van een tussenkopje...
Slide 29 - Carte mentale
Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
1.3 titel en tussenkopje
Bijna elke tekst heeft een titel. Meestal noemt de titel het onderwerp of geeft aanwijzingen over het onderwerp. Een titel van een krant noem je een kop. Meestal zijn de letters vaneen titel groter gedrukt.
Soms staan er in een tekst ook tussenkopjes (of kopjes). Deze vertellen waarover het tekstgedeelte eronder over gaat. Zo kun je makkelijk deelonderwerpen vinden in de tekst.