les/level 4 soma/vp vaardigheden theorie

1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

programma
wat doet de lever en waarom moet je dit weten


Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Lien

waarom zijn jongeren eerder dronken dan ouderen
A
hun lever is kleiner, nog niet volgroeid
B
ze zijn nog niet gewend aan alcohol
C
jongeren hebben een sneller hartslag
D
Jongeren plassen alcohol slechter uit

Slide 14 - Quiz

waarom hebben jongeren meer last van alcoholschade
A
jongeren hebben minder ervaring met drinken
B
organen zoals de hersenen zijn in ontwikkeling
C
jongeren drinken niet geleidelijk maar grote hoeveelheden per keer
D
er is geen verschil tussen ouderen en jongeren

Slide 15 - Quiz

waarom zijn meiden sneller dronken
A
testosteron beschermt tegen alcohol
B
mannen zijn stoerder en meiden zijn watjes
C
Mannen bevatten meer vocht
D
mannen hebben een dikkere maagwand

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

Tekst

Slide 18 - Diapositive

pauze

Slide 19 - Diapositive

Feces

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Hoofdstuk 11
Lesdoelen:
- De student kan feces observeren aan de hand van de 6 observatiepunten.
- De student kan bij elk observatiepunt afwijkingen met oorzaken benoemen.
- De student kan minimaal 3 aandachtspunten benoemen in het bieden van hulp bij defeceren en incontinentie van ontlasting.
- De student kan oorzaken en gevolgen beschrijven van de volgende defecatieproblemen: aarsmaden, diarree & obstipatie.
- De student weet wat laxerende middelen zijn en kan daar twee voorbeelden van geven.

Slide 22 - Diapositive

Doel van vandaag
Het bewust observeren en leren herkennen van veranderingen in het defecatie patroon van een client.

Slide 23 - Diapositive

Defecatie

Slide 24 - Carte mentale

Wat is defeceren?
Defeceren is ontlasten (ontlasting) het afvoeren van afvalstoffen door de darmen, de blaas, en de huid.

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

normale kleur van ontlasting is
A
grijs
B
zeer lichtbruin
C
Donkerbruin
D
bruin

Slide 29 - Quiz

Aarsmaden komen alleen in de ontlasting van kinderen voor.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quiz

Wat is een ander woord ontlasting?
A
Poep
B
Faces
C
Urine
D
Feces

Slide 31 - Quiz

In vakjargon...
poep noem je?
A
def. in je rapportage
B
ontlasting
C
kak
D
defecatie

Slide 32 - Quiz

zorgjargon...
plas noem je?
A
pies
B
frictie
C
mictie
D
defecatie

Slide 33 - Quiz

zwarte ontlasting kan duiden op?
A
bloed
B
medicatie zoals staal
C
soort voedsel
D
afsluiten gal

Slide 34 - Quiz

De normale hoeveelheid ontlasting voor een volwassene wordt geschat op

A
50- 100 gram per dag
B
400-600 gram per dag
C
100-200 gram per dag
D
150-300 gram per dag

Slide 35 - Quiz

opdracht
ga naar de boekenkast en maak van de opdracht feces (bestand feces en urine)

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive