Nederlands 12 Lezen Feiten en meningen (les 3)

Nederlands 12 Feiten en meningen (les3)


Nederlands Lezen

Feiten en meningen 
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Nederlands 12 Feiten en meningen (les3)


Nederlands Lezen

Feiten en meningen 

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
Start: planning mentorles- mededelingen- licenties?
Samen lesson up les
Zelfstandig werken les op papier
pauze
online les/ examen maken
Lesdoel: Aan het einde van deze les herken je feiten, meningen en argumenten in een tekst.

Slide 2 - Diapositive

Maandag 22 april Mentor gesprekjes
 12.45 uur Anna
 13.00 Ian
 13.15 Roxy
 13.30 Dustin
 13.45 Anne
 14.00 Dawn
 

Vakantie van maandag 29 april tot en met zondag 12 mei.
Geen lessen.  Je mag wel stage uren in halen!
Daarna nog 6 weken les tot aan wissel weken.

Slide 3 - Diapositive

Nog ven herhalen:
Wat is het onderwerp van een tekst?
A
Is de samenvatting van een tekst in één zin.
B
Geeft in een paar woorden aan waar de tekst over gaat.

Slide 4 - Quiz

De samenvatting van een tekst in een zin is:
A
de hoofdgedachte
B
het onderwerp

Slide 5 - Quiz

Een nieuwsbericht in de krant.
Gebruiksaanwijzing van een telefoon.
Een reclame voor energiedrank.
Informeren
Instrueren
Overtuigen

Slide 6 - Question de remorquage

Waar let je op
om te weten of de
tekst
betrouwbaar is?


Slide 7 - Carte mentale

Wat zijn volgens jou feiten?

Slide 8 - Question ouverte

Feiten
  • Een feit kun je bewijzen of op waarheid controleren.

  • Feiten zijn objectief, kunnen dus niet beïnvloed worden door eigen gevoel.

Slide 9 - Diapositive

De langste rivier ter wereld is de rivier de Nijl, met een lengte van 6.853 km.
A
feit
B
mening

Slide 10 - Quiz

Wat zijn volgens jou meningen?

Slide 11 - Question ouverte

Meningen
  • Zeggen wat iemand van iets vindt.
  • Meningen zijn subjectief. 
  • Je kunt niet zeggen of ze waar of niet waar zijn.
  • Je kunt ermee eens of oneens zijn. 

Slide 12 - Diapositive

Vandaag ga ik liever niet naar buiten want het is koud.
A
feit
B
mening

Slide 13 - Quiz

Wat zijn volgens jou argumenten?

Slide 14 - Question ouverte

Argumenten
  • Worden gebruikt door een schrijver om zijn of haar mening (standpunt) te onderbouwen of aannemelijk te maken.
  • Er zijn sterke, zwakke en foutieve argumenten 

Slide 15 - Diapositive

Het is fijn dat de aarde opwarmt, want dan kunnen we in ons eigen land lekker veel zonnen.
A
feit en mening
B
mening en argument
C
argument en feit

Slide 16 - Quiz

Op stagemarkt.nl kan je veel stageplekken vinden.
A
feit
B
mening

Slide 17 - Quiz

Amsterdam is de hoofdstad van Nederland en een van de mooiste steden van Europa.
A
mening
B
feit
C
feit en mening
D
mening en feit

Slide 18 - Quiz

Mediamarkt heeft 10 stageplekken voor entreestudenten.
A
feit
B
mening

Slide 19 - Quiz

Mediamarkt is volgens de studenten een fantastische stageplek.
A
mening
B
feit

Slide 20 - Quiz

Bij Mediamarkt krijg je een stagevergoeding.
A
mening
B
feit

Slide 21 - Quiz

De studenten vinden de stagevergoeding te laag.
A
feit
B
mening

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Geef zelf een voorbeeld van een feit

Slide 27 - Question ouverte

Geef zelf een voorbeeld van een mening

Slide 28 - Question ouverte

En dan nu:


  • Maak de les op papier
  • Malmberg Taalblokken online: Bouwstenen 2F hoofdzaken en bijzaken H5.1 en 5.2 en 5.3 
  • of examen oefenen: ga naar oefenen facet.nl kies MBO oefenomgeving > examens oefenen> Nederlandse taal 2F> kies een examen. Laat je score zien of maak een foto van de score.
SUCCES! 

Slide 29 - Diapositive