Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Startaufgabe
Welches Land grenzt nicht an Deutschland?
a. die Schweiz
b. Polen
c. Italien
timer
5:00
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Was wirst du heute lernen?
- je kent de persoonlijke voornaamwoorden en het werkwoord 'sein'
- je kent het alfabet in het Duits
- je kent de getallen 1-20
- Je kunt om persoonlijke gegevens in het Duits vragen en vertellen
Slide 3 - Diapositive
Wie werden wir das machen?
Quiz
Sprechübungen
Slide 4 - Diapositive
die Hausaufgaben für heute
Gemacht:
die Aufgabe 16 zu F Sprechen.
Gelernt:
slim stampen N-D und D-N
Aufgabe
Buchstabiere deinen Name
Slide 5 - Diapositive
Quiz (bitte einloggen)
das Verb sein
der, die oder das?
Wortschatz
Slide 6 - Diapositive
Ich ......... Max
A
seid
B
bin
C
ist
D
sind
Slide 7 - Quiz
Was ..... deine Telefonnummer?
A
ist
B
bist
C
sein
D
sind
Slide 8 - Quiz
Milan und Moritz ......... 11 und 12 Jahre alt
A
ist
B
sein
C
sind
D
bist
Slide 9 - Quiz
Wie alt ..... ihr?
A
seid
B
sind
C
ist
D
bist
Slide 10 - Quiz
Der, die oder das?
Slide 11 - Diapositive
Schweiz
A
der
B
die
C
das
Slide 12 - Quiz
Adresse
A
die
B
der
C
das
Slide 13 - Quiz
Jahr
A
der
B
das
C
die
Slide 14 - Quiz
Name
A
die
B
das
C
der
Slide 15 - Quiz
Wortschatz
Slide 16 - Diapositive
Übersetze auf Deutsch: waarvandaan
Slide 17 - Question ouverte
Übersetze auf Deutsch: wie (wie ben jij?)
A
wer
B
was
C
wo
D
wie
Slide 18 - Quiz
Übersetze auf Deutsch: hoe
A
wo
B
wer
C
wie
D
woher
Slide 19 - Quiz
Übersetze (vertaal):
1. Wie ben je? 5. Waar kom je vandaan?
2. Hoe heet je? 6. Wat is je adres?
3. Hoe oud ben je? 7. Wat is je telefoonnummer?
4. Waar woon je?
Hilfsmittel: die Sprachmittel
timer
3:00
Slide 20 - Diapositive
Aufgabe: Sprechen
Was? Je loopt door de klas. Bij belletje stel je een vraag (in het Duits) en geef je antwoord (in het Duits) op een vraag aan een leerling die het dichtst bij jou staat.
Wie? door de klas lopen/Vragen staan op bord/zelf vertalen/kies elke ronde een andere vraag
Wie oft? 7 X
Ergebnis (resultaat): je kunt vloeiend vragen en antwoord geven voor de klas
Slide 21 - Diapositive
Buchstabieren
Was? Wähle ein Wort aus der Lernliste
Buchstabiere (spel) das Wort. Deine Nachbarin/Dein Nachbar notiert die Buchstaben (letters) und sagt das Wort.
Hilfsmittel: Lernliste
Wie? zu zweit/wechselt die Rollen
timer
4:00
Slide 22 - Diapositive
Ziel erreicht? (doel bereikt)
Einige Schüler stellen Fragen, andere antworten
Slide 23 - Diapositive
An die Arbeit! die Hausaufgaben
Gemacht:
Oefentoets Kapitel 1 (online)
Gelernt:
slim stampen N-D und D-N
Grammatik: de persoonlijk voornaamwoorden en het werkwoord 'sein'