2.2 Skelet en houding 2/2 10-12-2021 + paarse vrijdag

Wat gaan we doen in deze les?
  1. Paarse vrijdag
  2. Vorige les bespreken
  3. Uitleg
  4. Opdrachten maken
  5. JZHMH afkijken 
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Wat gaan we doen in deze les?
  1. Paarse vrijdag
  2. Vorige les bespreken
  3. Uitleg
  4. Opdrachten maken
  5. JZHMH afkijken 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

🥳⭐️ PAARSE VRIJDAG 10 DECEMBER ⭐️🥳

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb in de school posters gezien over paarse vrijdag.
0100

Slide 3 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Op Paarse Vrijdag gaan leerlingen en docenten paars gekleed naar school omdat...
A
Het een nationale feestdag is over de kleur paars, paars is namelijk de kleur van acceptatie!
B
Om te laten zien dat wij iedereen steunen, ongeacht seksuele en gender diversiteit.
C
Om te vieren en laten zien dat wij elkaar steunen en accepteren, ongeacht seksuele en gender diversiteit en alle andere verschillen zoals cultuur, geloof, afkomst of handicap.
D
Omdat......?

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik ken mensen (van tv, vrienden, familie of kennissen) die binnen de LHBTIQ+ gemeenschap vallen en bijvoorbeeld homo, bi of lesbisch zijn.
0100

Slide 5 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Woordenschat
lhbti
lesbienne
Een meisje dat op meisjes valt. 
Nora valt op meisjes, ze is lesbisch. 
homoseksueel
Iemand die homoseksueel is valt op mensen van hetzelfde geslacht. Het is een ander woord voor gay.
biseksueel
Iemand die verliefd kan worden op jongens én meisjes. 

intersekse
Intersekse-personen hebben een lichaam met mannelijke én vrouwelijke eigenschappen. Ze hebben vaak een afwijking in hun DNA, of hormonen.  
transgender
Een transgender is iemand die in het verkeerde lichaam is geboren. Iemand voelt zich een meisje, maar is geboren in het lichaam van een jongen. Of iemand voelt zich een jongen, maar is geboren in het lichaam van een meisje.  

Slide 7 - Diapositive

Woordenschat
Bespreek de moeilijke woorden met uw leerlingen.
Weet jij wat deze woorden betekenen? Sleep de betekenissen naar het juiste woord.
Heb jij de tekst begrepen?
aseksueel
biseksueel
cisgender
gay
gender
GSA
homoseksueel
intersekse
non-binair
panseksueel
lesbienne
transgender
uit de kast komen
Vertellen op wie je valt of wie je bent. 
Valt op een mens.
Een meisje valt op meisjes.
Valt op mensen van hetzelfde geslacht.
geslacht
Niet aangetrokken voelen tot jongens of meisjes.
In het juiste lichaam geboren.
Valt op jongens én meisjes.
Ander woord voor homoseksueel.
Een groepje scholieren dat opkomt voor de acceptatie van iedereen.
Een lichaam met mannelijke én vrouwelijke dingen.
In het verkeerde lichaam is geboren.
Voelen zich geen jongen, en geen meisje. 

Slide 8 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige les

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een verkeerde lichaamshouding? Maak een foto waarin je een verkeerde lichaamshouding laat zien.

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een goede lichaamshouding? Maak een foto waarin je een goede lichaamshouding laat zien.

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lichaamshouding

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lichaamshouding

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak opdracht 1 t/m 12 van 2.2
Klaar? Kies uit:
- Opdrachten nakijken
- Werken aan je samenvatting
- Werk aan de powerpoint over blessures (zie teams)

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions