Les 3 en 4- Tekenen Mavo 3 - Periode 1

• Tekenen
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Welkom

Tekenen Mavo 3

les 3 en 4 - periode 1

• Huiswerk 15-9-2024:   
  
• Afmaken (als je het niet in de les hebt afgekregen):
  
• Maak 10 schetsen van verschillende voorwerpen (in de klas).
• Maak 3 schetsen thuis van spullen die je thuis hebt (=huiswerk)
• Te zien moet zijn dat je snel schetst, met een losse pols. Je mag niet gummen!
• Maak schetsen met een potlood, met een pen, met een viltstift.
• Schetsen maak je op een A4 - tekenblad, teken 2 voorwerpen op een blad (alleen op de voorkant!) 
• Meenemen in het rode mapje wat je in de les hebt gekregen.
• Foto's maken van je schetsen en het voorwerp wat je hebt nagetekend en verwerken in een Powerpoint / Google presentatie (2 schetsen per dia). Dit uploaden in Classroom.
• Originele schetsen worden in de les ingeleverd!

Wat doen we in klas 3

De boeken:

Kunst Actief, deel 3 + werkboek

Basis Beeldende Begrippen

Zowel theorie als praktijk.

Theorie: Kunstbeschouwing - voorstelling / vormgeving, toets

Praktijk: Tekentechnieken, oefeningen, werkstukken

Basistekenmateriaal:

• HB, 2B, 4B potlood
  
• Doosje zachte kleurpotloden
• Fijnschrijver
• Viltstiften
• Gum
• Puntenslijper

Schetsen Vincent van Gogh

Basis beeldende begrippen

Huiswerk 13-9:

Lezen: Basis Beeldende Begrippen, blz. 14 t/m 17

Verschijningsvorm = presentatievorm

Beelddragers = ondergrond waarop kunst is aangebracht (papier, linnen, platen, muren,  ... etc.)

                              Tweedimensionaal (lengte x breedte)

Beelddragers voor digitale kunst: filmrollen, videobanden, dvd's, cd-roms
                                                                    het beeld wordt opgeslagen en kun je pas zien met een afspeelapparaat.

 Traditioneel beeldende kunst:

stilstaande verschijningsvorm: schilderijen, etsen, tekeningen, standbeelden, designmeubelen.

Dit noemen we statisch

 

Nieuwe kunstvormen:
bewegende verschijningsvorm: kinetische kunst, performances

Dit noemen we dynamisch

Wat gaan we doen?

Maken vragen werkblad 1

HET BEGIN

Antwoorden vind je in Basis Beeldende Begrippen, blz. 14 t/m 17

STRUCTUUR

STRUCTUUR ontstaat door een herhaling van vormen en/of lijnen. Hierdoor ontstaat vaak een PATROON. We noemen een STRUCTUUR soms ook TEXTUUR. 

We kunnen met deze herhaling spelen d.m.v.

- afstand tussen de vormen/lijnen

- afwisseling in vormen/lijnen

- dikte van de vormen/lijnen

- richting van de vormen/lijnen

enz.

Een textuur is hoe iets is samengesteld en welke indruk het oppervlak ervan wekt, hoe het oppervlak van het materiaal aanvoelt en hoe de structuur eruitziet.

Materialen

Voorwerpen liggen voor in de klas.

Zet het in het midden van je groepje, zodat iedereen van een ander aanzicht het voorwerp kan tekenen.

Eerst opzetten, dan arcerend uitwerken met kleurpotlood. Denk aan licht / donker, zodat de textuur/structuur goed zichtbaar is.

Werkblad 2

De tekenopdrachtjes van dit werkblad laten je het begrip stofuitdrukking onderzoeken. Verder is er een aantal oefeningen die je helpen het materiaal te beheersen. Kijk goed naar wat er van je wordt gevraagd. Werk met potlood en kleurpotlood. Besteed zorg aan je werk...

Niet af is huiswerk voor 19-9, ook in Classroom uploaden

 Traditioneel beeldende kunst:

stilstaande verschijningsvorm: schetsen, schilderijen, etsen, tekeningen, illustraties,
standbeelden, designmeubelen.

Dit noemen we statisch

 

Hoe maak je een ets?

 Traditioneel beeldende kunst:
Design meubels

gravure

ets

collage

assemblage

affiche

grafiek

illustratie

tekening

beeldhouwwerk

relief

sculptuur

buste

sokkel

Performance

Werkblad 2 - stofuitdrukking

Dit werkblad gaat over ‘stofuitdrukking’. Heel lang werd gedacht dat je

pas écht kunst maakte als je in staat was stofuitdrukking goed toe te passen. Dat wil zeggen dat je materialen goed kunt suggereren. Glas, metaal, zijde, hout, bont, noem het maar wordt dan zó weergegeven, dat het nét echt lijkt...