2K: paragraaf 6.1 en 6.2 - Vergroten

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

H6: Vergroten 

Wat gaan we deze les doen? 

• Lesdoelen 
• Uitleg paragraaf 6.1 en 6.2 
• Samen oefenen
• Aan de slag! 
• Afsluiting 
  

Huiswerkcontrole 

Het huiswerk was: 

maken paragraaf 4.4 en 4.5  

• 4.4: maken opdracht 27, 30, 31 en 33. 
• 4.5: maken opdracht 35, 38, 40 en 41.  
  

Lesdoelen

• Je leert deze les wanneer je spreekt van een vergroting. 
• Je leert deze lessen de begrippen vergrotingsfactor en factor. 
• Je leert de onbekende maten van een vergroting bereken. 
• Je leert de factor van een vergroting berekenen. 
  

Wat is vergroten?

Vergroten 

• Alle lengten worden met hetzelfde getal vermenigvuldigt. 
  
• Vorm van het figuur blijft hetzelfde 
  
• De hoeken blijven even groot bij vergroten. 
  

Vergroten of verkleinen? 

Vergroting

Vergroting

Lengte en breedte vergroten

• Wat gaat er mis? 

Afbeelding vergroten

Vergroot 2x

= Vergrotingsfactor of factor  

Vergroot de afbeelding 2x in je schrift. Maak er een foto van.

Vergroot de kerstster 1,5 keer in je schrift. Maak er een foto van.

Aan de slag! 

1. Teken het huis 2x zo groot in je schrift. 
   Klaar? laten zien aan de docent. 
2.     Maken opdr. 5 en 8. Upload deze in
   teams                                  
   
3. Klaar? Digitaal verder werken 
4. Punt 1 & 2 zijn allebei huiswerk. 
   

Wat gaan we deze les doen? 

• Lesdoelen 
• Uitleg paragraaf  6.2 
• Samen oefenen
• Aan de slag! 
• Afsluiting 
  

Factor berekenen bij een vergroting

1. Teken een pijlenketting en zet de maten op de juiste plaats in de pijlenketting. 
2. Bereken de factor. Deel hiervoor het getal achter de pijl door het getal voor de pijl. 

Origineel                           Vergroting       

x factor

Wat is de factor?

Hoe breed is tv B?

54

36

×?

54:36=1,5

64

×1,5

96 cm

Bereken de vergroting en de zijde met het vraagteken.

Bereken de breedte van foto B

Bereken de lengte met het vraagteken.

Aan de slag! 

1.     Maken Blauw opdr. 12 13 en 14
   Oranje opdr.    13 14 en 15                        
   
2. Klaar --> laten zien
3. Punt 1 heb je volgende les af