Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Strekking van de wet
Het omvat regels voor de productie, de handel, het voorschrijven en verstrekken van geneesmiddelen. De wet bevat ook voorschriften om een veilig gebruik van geneesmiddelen te stimuleren
Slide 4 - Diapositive
Inhoud
wie mag er voorschrijven, en wat?
Electronisch voorschrijven
Delen van gegevens
Cadeautjes
Slide 5 - Diapositive
Wie mag er voorschrijven?
A
Arts, apotheker
B
Arts, apotheker en tandarts
C
Arts, apoth, tandarts en verloskundige
D
Arts, Apoth, Tandarts, VK, VS en PA
Slide 6 - Quiz
Mag iedereen apotheekhoudend huisarts worden?
A
Nee, alleen na aanvullende opleiding
B
Nee, tenzij er geen apotheek in de buurt zit
C
Ja
Slide 7 - Quiz
Video-consult
Je werkt als waarnemer in een huisartsenpraktijk. Mevrouw W. heeft een online consult. Je kent haar niet, ze heeft last van migraine die niet verbeterd met NSAID of PCM. Mag je sumatriptan voorschrijven?
Slide 8 - Diapositive
Mag dat?
A
Ja, want je kunt haar dossier inzien.
B
Ja, vanwege corona.
C
Nee, je hebt haar nooit fysiek gezien.
Slide 9 - Quiz
Over-the-counter?
Uitsluitend op recept (UR)
Uitsluitend in apotheek (UA)
Uitsluitend in apotheek of drogisterij (UAD)
Vrij verkrijgbaar (AV)
Slide 10 - Diapositive
NOEM EEN VOORBEELD VAN EEN UAD-MIDDEL
Slide 11 - Question ouverte
Waar vind ik dit?
Wet BIG
College ter beoordeling van geneesmiddelen (CBG) - Medicatielijsten
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Als huisarts mag ik er voor kiezen de 4de keus uit de NHG standaard als 1e voor te schrijven?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Een basisarts mag best op papier een kuurtje uitschrijven voor zichzelf?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quiz
Electronisch voorschrijven
KNMG richtlijn uit 2013
Verplicht sinds 2014
Slide 19 - Diapositive
Casus mw W.
Mevrouw W. is nogal gesteld op haar privacy. Ze heeft liever niet dat u met de apotheker deelt dat zij lithium gebruikt vanwege een manie. De apotheker weigert het te verstrekken als hij de indicatie niet weet. U antwoord dat hem dat niets aan gaat. Wie heeft er gelijk?
Slide 20 - Diapositive
Wie heeft er gelijk?
A
De apotheker
B
De huisarts
Slide 21 - Quiz
Verplichte indicatie bij geneesmiddelen
• een geneesmiddel met meerdere redenen van voorschrijven
• én uiteenlopende doseringen
• én waarbij sprake is van een smalle therapeutische breedte of potentieel ernstige bijwerkingen (toxiciteit).
Slide 22 - Diapositive
Welk middel staat niet op deze lijst?
A
Colchicine
B
Metronidazol
C
Doxicycline
D
Fluconazol
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Diapositive
Morrend is mevrouw W. akkoord gegaan. Ze heeft echter ook een lage nierfunctie (Egfr <40) en de lithiumspiegel is afwijkend. Maar het delen van haar nierfunctie en lithiumspiegel gaat haar echt te ver. Wat moet u delen?
A
Alleen de nierfunctie
B
Alleen de lithiumspiegel
C
Beiden
D
Geen van beiden
Slide 25 - Quiz
Vrijdagmiddag
Om 16.45 belt mw. W in paniek op, haar lithium is op en ze heeft het vanavond nog nodig. In de haast vergeet u op het recept de indicatie te schrijven. Om 17.30 staat ze bij de apotheek, u bent inmiddels niet meer bereikbaar.
Slide 26 - Diapositive
Mag de apotheker het meegeven?
A
Ja, als de indicatie op een eerder recept staat.
B
Dat mag niet.
C
Hij moet zelf een afweging maken.
Slide 27 - Quiz
Waar vind ik dit?
KNMG.nl
Advies en Richtlijnen; dossier geneesmiddelen
Slide 28 - Diapositive
Een farmaceut brengt een nieuw eczeemmedicijn op de markt. Wat mag hij u als huisarts toesturen?