H2 Wat voor consument ben jij? 2.4 Wat doe jij voor het milieu? (Pincode editie 7) deel 2

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Welkom bij €conomie

Hoofdstuk 2: Wat voor consument ben jij?

2.4 Wat doe jij voor het milieu?

Wat gaan we vandaag doen?

           

• Herhalen Theorie 2.4 Wat doe jij voor het milieu? deel 1
• Theorie 2.4 Wat doe jij voor het milieu? deel 2
  
• Zelfstandig aan de slag

Herhalen 2.4 deel 1

Leerdoelen:

Je kunt nu:

• benoemen welke vormen van milieuschade er zijn √
• uitleggen wat er wordt bedoeld met het broeikaseffect √
  

2.4 Wat doe jij voor het milieu deel 2

Leerdoelen:

Aan het einde van deze les kun je

• uitleggen wat je zoal kunt doen om het milieu te sparen
  
• uitleggen  wat maatschappelijke kosten zijn

Zelfstandig aan het werk 

Opdracht: 

Maak nu zelfstandig opgave 7 t/m 12 op blz 54 en 55. Je mag overleggen. Schrijf de volledige antwoorden in je boek, inclusief formule bij een berekening!

Hulp nodig? In deze volgorde: 

1. Boek

2. Klasgenoot

3. Docent

(de eerste 2 minuten help ik niet)

Je krijgt 15 minuten de tijd

Klaar? 

Lees de blauwe stukjes nog eens door. Maak de herhalings-opgaven. Oefen met de flashcards.

Daarna help je een klasgenoot.

Sponsopdracht: 1b en c

Opgave 7 blz 54:

Kies hieronder het juiste antwoord.
Met zonnepanelen kun je je eigen gas / stroom / stroom en gas opwekken.

1. gas
2. stroom
3. stroom en gas

Opgave 8 blz 54:
Jos koopt een warmtepomp. Die kost normaal € 8.000. Hij krijgt
€ 1.950 subsidie.
a Bereken welk bedrag Jos zelf moet betalen voor de warmtepomp.

Opgave 8 blz 54:
b Bereken hoeveel de subsidie is in procenten van het normale
aankoopbedrag. Rond af op één decimaal.

Opgave 9 blz 54:
De prijs voor stroom is € 0,22 per kilowattuur. 10 zonnepanelen wekken
ongeveer 3.000 kilowattuur op.
Laat met een berekening zien dat de jaarlijkse besparing op stroomkosten
ruim € 600 is.

Opgave 10 blz 55:
Vul het juiste begrip in.
Alle nadelen die de samenleving van milieuschade heeft, noem je .............
kosten.

Opgave 11 blz 555:

Geef van ieder voorbeeld van milieuschade aan of dat wel in geld is uit te
drukken of niet/moeilijk in geld is uit te drukken.

Geluidsoverlast

1. Wel in geld uit te drukken
2. Niet / moeilijk in geld uit te drukken

Opgave 11 blz 555:

Geef van ieder voorbeeld van milieuschade aan of dat wel in geld is uit te
drukken of niet/moeilijk in geld is uit te drukken.

Geluidsschermen Plaatsen

1. Wel in geld uit te drukken
2. Niet / moeilijk in geld uit te drukken

Opgave 11 blz 555:

Geef van ieder voorbeeld van milieuschade aan of dat wel in geld is uit te
drukken of niet/moeilijk in geld is uit te drukken.

Luchtvervuiling

1. Wel in geld uit te drukken
2. Niet / moeilijk in geld uit te drukken

Opgave 11 blz 555:

Geef van ieder voorbeeld van milieuschade aan of dat wel in geld is uit te
drukken of niet/moeilijk in geld is uit te drukken.

Stiller asfalt aanleggen

1. Wel in geld uit te drukken
2. Niet / moeilijk in geld uit te drukken

Opgave 11 blz 555:

Geef van ieder voorbeeld van milieuschade aan of dat wel in geld is uit te
drukken of niet/moeilijk in geld is uit te drukken.

Verdwijnen van natuur

1. Wel in geld uit te drukken
2. Niet / moeilijk in geld uit te drukken

Opgave 12 blz 55:
Op welke manier betalen we mee aan het herstellen van milieuschade?

Afsluiten 2.4

Leerdoelen:

Je kunt nu:

• benoemen welke vormen van milieuschade er zijn √
• uitleggen wat er wordt bedoeld met het broeikaseffect √
• uitleggen wat je zoal kunt doen om het milieu te sparen √
• uitleggen wat maatschappelijke kosten zijn √