intro période 4_vwo1_semaine 17

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

intro période 4_vwo1_semaine 17

Plan du cours

1. Introduction au chapitre 5
2. Les objectifs
3. Quiz sur Paris
4. Formatieve evauatie periode 3

Les objectifs

Ik weet wat ik fout heb gedaan in mijn toets

Ik weet hoe ik de volgende toets nóg beter ga maken

Ik weet waar ik op dit moment sta met mijn kennis over Parijs.

Objectifs P4 - Tu sais comment:

Vertellen over uiterlijk en kleding

Een onderwerp in de zin vervangen door il(s) of elle(s)

In het Frans iets schrijven m.b.v. de phrases-clés

Tu connais:

De vorm van het bijvoeglijk naamwoord

Het werkwoord aller (= gaan)

De futur proche

De werkwoorden être en avoir:

Hoeveel mensen wonen er in Parijs en de voorsteden?

1. Bijna 5 miljoen
2. Meer dan 11 miljoen
3. Meer dan 15 miljoen

Hoe heet het gebouw dat je net zag?

Welke kleur heeft de Sacré-Cœur?

1. Rouge
2. vert
3. jaune
4. blanc

Wat is het Louvre voor soort gebouw?

1. een kerk
2. een museum
3. een theater
4. een circus

Hoe heet dit gebouw?

1. L'Arc de Triomphe
2. La défense
3. L'Arc de Jeanne
4. L'arc-en-ciel

Hoe heet de bekendste straat van Parijs waar je alle dure winkels hebt?

1. Les Champs-Élysées
2. La Concorde
3. Rue de la paix
4. Rue des magasins chers

Hoe hoog is de Eiffeltoren?

1. circa 100 meters
2. circa 200 meters
3. circa 300 meters

Wat is waar over de Metro netwerk in Parijs? Er zijn...

1. 112 stations en 66 km lang
2. 199 stations en 113 km lang
3. 299 stations en 213 km lang

Parijs is dé modehoofdstad van Europa.
Welke modeontwerpers komen uit Frankrijk?

1. Karl Lagerfeld en Hugo Boss
2. Donatella Versace en Giorgio Armani
3. Jean-Paul Gaultier en Christian Dior

Nu toets inzage 

Heb je een onvoldoende, blijf aan de lijn.

Formatieve evaluatie van periode 3 

Log in in lessonUp.

Ga naar rapportage -> toets inzage.

Schrijf je vraag op als je die hebt.

Deze behandelen we aan het einde van de les.

Schrijf in de chat 2 verbeterpunten. Bijvoorbeeld: ik moet beter de vraag lezen, ik moet meer oefenen met grammatica, etc.

Mijn vragen over de formatieve evaluatie

Schrijf wat je al kunt en wat je beter kunt. Geef aan hoe je dat gaat doen!

Avez-vous des questions sur ce cours?

Au travail

Introduction - Faire exercices 1, 2, 3 (chapitre 5) en ligne

Texte A - Faire exercices 4, 5, 6 (chapitre 5)

Apprendre vocabulaire A - werkboek B blz 40